reactie op Jelle Bruinsma
(ook geplaatst op site KSU) Interessant stuk! Ik heb er echter vrij veel mening over, en ben slecht in stukken kort houden… de lezer is gewaarschuwd! Eerst een beetje in de marge, er wordt gesteld: “op demonstraties wachten we nog altijd”. Is dat echt zo? Ik heb het onderscheid manifestatie/demonstratie altijd relatief onzinnig gevonden. Als … Continued
(ook geplaatst op site KSU)
Interessant stuk! Ik heb er echter vrij veel mening over, en ben slecht in stukken kort houden… de lezer is gewaarschuwd!
Eerst een beetje in de marge, er wordt gesteld: “op demonstraties wachten we nog altijd”. Is dat echt zo? Ik heb het onderscheid manifestatie/demonstratie altijd relatief onzinnig gevonden. Als er 20.000 mensen in Den Haag staan omdat ze het onderwijsbeleid kut vinden, maakt het dan wat uit of ze op het malieveld staan of een rondje door de stad lopen? Wat je in beide gevallen laat zien is namelijk hezelfde: heel veel mensen vinden dit beleid beroerd en nemen de moeite er een dag voor naar Den Haag te reizen. (Mijn woordenboek steunt me er trouwens in dat een demonstratie een “tocht of bijeenkomst is”.) Maar goed, dit terzijde.
Het artikel behandelt de verschillende strategieën die de LSVb hanteert. Er wordt gesteld: de actiestrategie staat ten dienste van de lobby- en mediastrategie. Maar: hoe komt de schrijver van het artikel daarbij? Volgens mij handelt (en handelde) de LSVb altijd vanuit de gedachte: we passen de strategie toe waarvan we denken dat hij het meeste kans van slagen heeft. Het doel is altijd het tegenhouden van slecht beleid of (proactief) het invoeren van nieuw goed beleid. Soms ligt daarbij de nadruk op lobby, soms op actie, soms op de media, maar deze zaken zijn nooit een doel op zich.
Misschien is het goed om in het achterhoofd te houden: de LSVb heeft vijf bestuursleden die meer dan 60 uur per week bezig zijn, met name met onderwijs en onderwijsbeleid. Zij worden ondersteund door een hoop medewerkers, tientallen vrijwilligers, betrokken oudbestuurders en hun lokale lidbonden. Er wordt op het kantoor van de LSVb heel goed en heel veel nagedacht; er is een grote feitelijke kennis, maar ook een groot politiek bewustzijn en kennis van welke partijen (in de regel) ontvankelijk zijn voor welke argumenten. Een LSVb weet (wederom in de regel) heel goed voor welke strategieën een bewindspersoon of parlementariër vatbaar is (en of persoon in kwestie überhaupt ergens vatbaar voor is).
Maar laten we, net als in het artikel, wat verder ingaan op de actiestrategie van de LSVb. Zoals terecht gesteld wordt, hebben de organisatoren van de 21e geprobeerd een zo breed mogelijke groep aan te spreken en zo veel mogelijk studenten naar het Malieveld te laten komen. Op de 21e probeerde de LSVb (en de andere organisatoren) inderdaad zelf de regie te houden van de actie: maar betekent dit dus, zoals in het artikel gesteld wordt, dat de studenten ‘studenten die wat actievers wilden’ probeerde te controleren? Ik denk het niet.
De LSVb heeft de manifestatie georganiseerd, samen met het ISO en de LKvV. Vooraf was al duidelijk dat het een niet radicale, misschien zelfs wat gezapige bijeenkomst zou worden met als doel zoveel mogelijk mensen op de been te krijgen. Ik kan me voorstellen dat dit voor sommige mensen te slap was, maar dit is de strategie waarvoor gekozen is: met het oog op de Provinciale Staten verkiezingen zoveel mogelijk mensen mobiliseren. Wat je daar ook van vindt: de 3 partijen hebben dat verdomde effectief gedaan, met de grootste studentendemonstratie in bijna twintig jaar, waarvoor ze een groot compliment verdienen. Echter: de meerderheid van de aanwezige studenten is nooit eerder bij een dergelijke activiteit betrokken geweest, en vele studenten hebben ook niets met radicalere vormen van actievormen. Zij weten niet, kunnen niet weten, dat als je na een demonstratie nog met vuurwerk naar de ME gaat staan gooien bij een ministerie of het binnenhof (of je daar bij gaat staan kijken) je waarschijnlijk een knuppel in je nek krijgt.
In dat kader vindt ik het eigenlijk wat onbeschoft dat andere clubs, op de dag van de 21e zelf, in Den Haag, andere activiteiten georganiseerd hebben. Dat je de opzet van de manifestatie slap vindt, prima. Dat je liever radicaler actie wil voeren, moet je zelf weten, ik kan me er wat bij voorstellen. Dat je bereid bent om als martelaar voor het hoger onderwijs een tijd in de cel te zitten of een ME-knuppel te koppen, nice. Maar, en dit is een hele belangrijke maar, ik vind ten principale dat je zoiets dan zelf moet doen, daar zelf de volle verantwoordelijkheid voor dient te dragen en je daar geen anderen bij in gevaar mag brengen!
Ik heb grote moeite dat, onder de vlag van een groter protest waar men zelf blijkbaar niets mee had, groepen besloten hebben om radicale acties te gaan voeren, waarbij de meerderheid van de bij de 21e aanwezige studenten niet weet dat de kans dat het afloopt met een ME-charge groot is. Als je ballen hebt organiseer je zelf je eigen actie, op een andere dag op een andere locatie. Als iedereen die op komt dagen weet dat er consequenties aan zo’n actie kunnen zitten. En laten we wel wezen: iedereen die iets afweet van actievoeren weet ook donders goed dat je niet op de dag van een grote studentendemo werkelijk iets gedaan krijgt bij het ministerie van OCW.
En de LSVb weet ook donders goed dat zo’n ‘spontane’ actie naar het binnenhof of ministerie waarschijnlijk uitloopt op geweld. Dan heb je als organisatie de plicht om de mensen, die naar jou activiteit zijn gekomen, te beschermen. Ik heb dan ook weinig moeite met het optreden van de ordedienst bij het station. De organisatoren van de 21e hebben hier hun verantwoordelijkheid genomen en gekozen voor de veiligheid van hun demonstranten. De organisatoren van de kleine opstootjes hebben andermans actie proberen te kapen voor eigen doeleinde en andere studenten in gevaar gebracht. Nogmaals, als je zo’n actie wil: doe het dan zelf! In plaats van mee te liften op het succes van anderen, en vervolgens tegen die anderen te gaan zeuren dat ze je niet genoeg ondersteund hebben!
Ik weet niet welke clubs verantwoordelijk zijn voor de optocht naar OCW en het Binnenhof, maar aangezien dit stuk toch over strategie gaat: vraag je ajb eens af in hoeverre je acties bijdragen aan het doel dat we allemaal proberen te bereiken? Als de landelijke studentenorganisaties na lang wikken en wegen besloten hebben dat het effectiefst is om te laten zien dat er breed verzet is tegen de plannen, tegen een achtergrond van verkiezingen, hoe slim is het dan om op eigen houtje iets radicaals te doen? Hoe zeker ben je van je zaak dat dit iets positiefs bijdraagt? Hetzelfde geld m.i. voor recente bezettingen in Utrecht in Amsterdam, aan instellingen die de studenten nota bene steunden! (En ik heb in ieder geval nog geen enkel bewijs gezien dat het deze instellingen waren die stiekem hebben gelobbyt om meer geld op studenten te bezuinigen).
Het tweede deel, ‘hoe nu verder’, laat volgens mij zien waar de schoen wringt. Volgens de schrijver is het niet de strijd tegen de langstudeerderboete, de bezuinigingen op de hogescholen en universiteiten en het afschaffen van de masterstufi; neen, het is de strijd tegen de neoliberalisering!
Wat ik zelf ook van het neoliberalisme mag vinden (ik zal een tipje van de sluier oplichten: ik vind het geen groot feest), het gelijkstellen van de strijd hiertegen met de strijd voor goed onderwijs en tegen bezuinigingen in het hoger onderwijs, betekent de dood voor de studentenbeweging. Om het bot te zeggen: de geschiedenis heeft in Nederland al twee keer het ongelijk van de door de schrijver aangehaalde Chomsky bewezen. In de jaren zestig werd de studentenbeweging groot middels de Studenten Vak Beweging (SVB). Deze werd groot en machtig door zicht te focussen op praktische, voor alle studenten tastbare zaken als kamernood, prestatiedwang en het gebrek aan medezeggenschap. Toen de SVB in latere jaren radicaliseerde, onder invloed van de Kritische Universiteit-stroming steeds Marxistischer werd en zich bezig ging houden met politiek, economie en de wereldproblematiek in socialistisch perspectief, viel ze snel uiteen (1970), onder andere in de vrouwenbeweging. In de jaren zeventig werd toen het Landelijk Overleg Grondraden (LOG) opgericht. Het verhaal is hetzelfde: na een aantal succesvolle jaren radicaliseerde de organisatie eind jaren zeventig, viel uiteen in de antikernwapenbeweging, kraakbeweging en (wederom) de vrouwenbeweging. Tot zover een stukje geschiedenis.
Dus neen: een studentenbeweging die zich in gaat zetten voor andere zaken dan de (pragmatische) zaken die haar aangaan marginaliseert zichzelf, vervreemd zich van studenten die wél goed en betaalbaar onderwijs belangrijk vinden, maar verder niet politiek geïnteresseerd zijn of zich niet kunnen vinden in een anti-neoliberale stroming. Als de LSVb, of het ISO, in zo’n valkuil zouden trappen brengen ze hun eigen bestaan in gevaar, en vervreemden ze een grote groep studenten van zich.
Tot slot: ik vind het heel mooi dat er overal kritische studenten opstaan! Maar, naar mijn bescheiden mening begint het ‘kritisch zijn’ bij het hebben van zelfkritiek. Het zou ieder sieren wanneer hij/zij zich af zou vragen bij iedere actie: brengt wat ik nu doe mijn doel dichterbij? Ben ik nu een deel van de oplossing? Of misschien toch een deel van het probleem? Bij twijfel kan het m.i. geen kwaad om even naar een landelijke studentenclub in Utrecht te bellen, om dat ff te checken… voor je het weet loop je namelijk een strategie in de weg die het dit kabinet heel moelijk had kunnen maken.