Ga naar de inhoud

Op weg naar een industriebeleid van de FNV – deel 2

De Energieman ontdekt wat Groenstaal is.(2) Geleidelijk wordt duidelijk wat de gevolgen zijn van onbeteugeld industriebeleid. De transitie, oftewel ‘omvorming’, naar een duurzame industrie komt op gang. Het gaat erg traag en met uitstel en afstel worden de gevolgen problematischer. Vooraf aan omvormen, gaat het ‘omdenken’. Om het zicht op een andere samenleving niet te verliezen, zijn rigoureuze veranderingen nodig. Aanpassingen van wat we kennen, vooral politiek en economisch, zullen ontoereikend zijn. Terug naar de ‘goede oude tijd’ is uitgesloten. Dat het anders kan, is te illustreren aan het plan Groenstaal.

6 min leestijd

Foto X Gerben Maurix)

De wijze waarop in de industrie geproduceerd kan worden, is eerder uit de doeken gedaan. Onze vakbond heeft een industriebeleid nodig om het tegengaan van de ecologische catastrofes aan te kunnen pakken. De vakbond moet zich bezig houden met de inhoud van de arbeid en de organisatie ervan. Het kapitalisme zal geen industriebeleid hanteren dat uitzicht op verandering biedt, De belangen van de samenleving beperken zich niet meer tot arbeidsvoorwaarden. (3)

Marx

Terug naar zoiets als de verzorgingsstaat is ook een fictie. We hebben behoefte aan andere perspectieven, daarvoor is ‘omdenken’ noodzakelijk. Peter Hudis is daarmee bezig: het alternatief voor het kapitalisme is het socialisme. (4) Marx werd ervan beschuldigd zich beperkt te hebben tot de kritiek op het kapitalisme en geen concept te bieden voor een post kapitalistische samenleving. Hudis bestrijdt dit en verwijst naar de elfde stelling van Marx naar aanleiding van de filosoof Feuerbach: De filosofen hebben de wereld slechts verschillend geïnterpreteerd; het komt erop aan haar te veranderen.

Wat voor filosofen geldt, geldt ook voor alle andere wetenschappers, maar ook voor politici en vooral ook managers. De wereld is van mensen, evenals al het andere leven, die zij gezamenlijk duurzaam en leefbaar moeten maken.

De vakbond

De vakbeweging organiseert mensen die arbeid verrichten of dat willen doen of hebben gedaan en behartigt hun belangen. Dat biedt een kritisch perspectief op mogelijkheden om sociale en economische veranderingen tot stand te brengen. De potentiële leden verbinden zich de laatste decennia steeds moeizamer aan de vakbeweging, de organisatiegraad neemt sterk af. Dat beperkt zich niet tot Nederland. Wereldwijd is de door de vakbeweging georganiseerde tegenmacht ten opzichte van management aan het afnemen.

FNV en CO2
FNV vreest duizenden banen door CO2 heffing

Dat heeft ook met de interne structuur van de vakbeweging te maken. Vóór de lange periode van het naar een overeenstemming zoeken met het management – ‘het polderen’ – waren de vakbonden veel sterker. Met name het zogenoemde bedrijvenwerk – bondsorganisatie op bedrijfsniveau – legde daarvoor de basis. Wie in het verleden net over een vaste baan beschikte, ook tijdens de proeftijd, werd vaak door collega’s aangespoord lid te worden van een vakbond. Die bond ging niet alleen over het loon of de arbeidsomstandigheden, maar hield zich ook bezig met de organisatie van het werk. Dat gebeurt tegenwoordig veel minder.

Zelf doen, activerend en democratisch

De lancering van het plan Groenstaal bij Tatasteel Nederland heeft de betrokkenheid van de werkers enorm vergroot. De organisatiegraad is hoog en er zijn duidelijk ideeën over hoe het bedrijf veranderd moet worden. Ze willen zich daar ook voor inzetten. Dat bleek duidelijk uit de documentaire van de Energieman. Mensen hebben het over veranderprocessen als het staal maken met waterstof. Die betrokkenheid met hun werk is de sleutel voor veranderingen. Niet het zoveelste plan, maar het initiatief van mensen zelf kan Tatasteel doen veranderen in een bedrijf met duurzame industrie.

De discussie in de vakbeweging over de ‘sectoralisatie’, de versterking van de sectoren, laat zien hoe het niet moet. Wetenschappers en bondsbestuurders hebben een plan met een lang verandertraject. De vakbondsleden komen er niet of nauwelijks aan te pas. Voor een krachtige vakbeweging die in staat is zich bezig te houden met de ledenbelangen en de manier waarop de arbeid georganiseerd is, zijn drie principes van belang:

* Vakbondswerk aan de basis.

* Activerend vakbondswerk, leden doen niet mee, maar doen het zelf.

* Democratisering van de vakbond.

Het management

Opvallend was de uitspraak van de manager Narendran van Tatasteel dat staal maken niet zonder kolen kan. (5) De werknemers weten wel beter, zij kennen de inhoud van het plan Zeester/Groenstaal. Zijn uitspraak was duidelijk ergens anders op gebaseerd. Dat bleek ook in het vervolg. Er is namelijk erg veel geld nodig, zeker tien miljard euro om het proces kolenvrij te maken, maar dan heb je ook iets.
Een dergelijke investering laat zich niet snel terugbetalen. Tata wil daarvoor ondersteuning van de Nederlandse overheid. Het is nu een partijtje touwtrekken geworden wie er met geld over de brug komt. Dit dilemma is ook de oorzaak van de lange doorlooptijd van het proces dat pas in 2050 gereed moet zijn. Het gevaar bestaat dat tegen die tijd het bedrijf al ernstig rekening moet houden met ‘natte voeten’.

actie scheppen fnv
Bron FNV Groenstaal

Ook het plan Zeester worstelt met de uitvoering. Erg creatief is het niet, ook Groenstaal en de vakbeweging kijken en lobbyen naar Tata en de overheid om het plan te redden. Maar de oplossing ligt daar niet. Het kapitaal en daarbij de overheid beschouwen gedurende de laatste decennia het principe van de noodzaak tot groei als oplossing voor de economische en ecologische problemen. Maar dat vergroot ze juist. Industriebeleid heeft andere belangen te dienen, namelijk die van de mensen. Staal is een nuttig product.
De aansturing van de industrie moet door mensen zelf geschieden. De vakbeweging kan daarin een belangrijke rol spelen. Niet onderhandelen met management en overheid, voordat de vakbeweging weer krachtig is. Dat is de enige manier om af te komen van het principe dat groei noodzakelijk is.

Bundeling van krachten

De laatste tijd zat de vakbeweging meerdere malen in het spanningsveld van ‘klimaat en werkgelegenheid’. Denk aan Sterrenbos en Schiphol waar het ging om een schijntegenstelling, alsof klimaatproblemen zich niet kunnen verhouden tot belangen van de werkenden, die ook bij Tatasteel/Groenstaal speelt. Het loopt zelfs af en toe uit de hand.
Die schijntegenstelling zit vast in de gangbare productieprocessen. De milieubeweging komt in een stalen bus uit Amsterdam, om vervolgens in rubberbootjes met motoren op fossiele brandstof te demonstreren aan de buitenkade voor de kolenoverslag. (6) Maar tegelijkertijd geven werknemers van Tatasteel een rondleiding over hoe prachtig het bedrijf is, zeker als het over twintig jaar helemaal draait op waterstof. Overigens, langs de grootste viespeuk op het bezochte terrein, de Kooksfabriek 2, komen ze niet.

tata op de klimaatmars
Trots op Groenstaal uit de IJmond
klimaatmars 12 nov 2023, foto Sjarrel

De vakbeweging heeft een netwerk Klimaat, waarin kaderleden actief zijn. Dat netwerk heeft behoefte aan een nieuw industriebeleid dat de werkgelegenheid van mensen veiligstelt. Als daaraan niet voldaan wordt, is de bond onwaarachtig. De belangen van de industrie dienen namelijk verbonden te worden aan die van de werknemers. Dat is een vakbondsbeleid, waarin de leden zich kunnen vinden en dat het mogelijk maakt in gesprek te gaan met activisten uit de milieubeweging om een gezamenlijke strijd te ontwikkelen.


(1) Met dank aan: Patrick van Klink, Jan Müter, Bert Veenstra en Hans Boot
(2) Zie: De Energieman aflevering 2
(3) Zie: Extra 498 – 2
(4) Hudis P. (2012),The Alternative to Capitalism, Marx’s concept of, Leiden, Koninklijke Brill.
(5) De tijd dringt voor Groenstaal
(6) Zie noot 2.