Niet zozeer het klimaatakkoord, maar de rest van Rutte’s neo-liberale beleid leidt tot meer onrechtvaardigheid
Gisteren maakte het Centraal Plan Bureau (CPB) zijn doorrekening van de effecten van het klimaatakkoord bekend. “De gepresenteerde effecten zijn ramingen en dus onzeker. Het is niet mogelijk een betrouwbaarheidsinterval aan te geven”, aldus het CPB. We weten dus nu eigenlijk nog niets. Wat we wel weten, is wat we in ons dagelijks leven merken op het gebied van koopkracht, inkomen, hoge energierekeningen, een toenemende kloof tussen arm en rijk, verdwijning van de biodiversiteit om ons heen, enzovoorts.
(Door Piet van der Lende, overgenomen van Doorbraak, foto Demonstranten bij UN climate summit in Copenhagen, Denmark in 2009. (Photo: kris krüg/flickr/cc)
Mensen met lage inkomens, die nu al minstens twintig procent van hun inkomen aan energie uitgeven, merken dat ze daaraan steeds meer geld kwijt zijn, terwijl ze geen geld hebben om investeringen te doen in hun vaak tochtige huizen die een energiezuiniger leven mogelijk zouden kunnen maken. Zo groeit energiearmoede: om toch vanuit een zekere wanhoop te bezuinigen op energie, gaan armen minder vaak dan noodzakelijk onder de douche, draaien ze de kachel wat lager als het toch koud is, en slaan ze af en toe het koken van warm eten over.
Koopkrachtplaatjes
De koopkrachtplaatjes van het CPB vormen een schril contrast met de dagelijkse ervaringen. Dat zit zo. Het CPB berekent prijsstijgingen, de effecten van het overheidsbeleid en de ontwikkeling van de lonen en uitkeringen. Belastingverlagingen, stijgende toeslagen en loonsverhogingen leiden tot meer inkomen. Overigens profiteren niet alle groepen van belastingverlagingen. Trek van de inkomensstijgingen de inflatie af, en je hebt het koopkrachtplaatje. Maar dat zijn gemiddelden. Wie in zijn werk op de nullijn zit of in een sector werkt met weinig loonsverhoging, of wie een pensioen heeft dat jarenlang niet is geïndexeerd, merkt niets van een koopkrachtstijging. En het maakt voor je energierekening nogal wat uit of je in een goed geïsoleerde nieuwbouwflat zit of in een slecht geïsoleerd huis. Het CPB maakt geen uitsplitsing naar leefmilieu. Veel mensen gaan er in werkelijkheid op achteruit. Het CPB waarschuwt er zelf ook voor dat het gaat om gemiddelden. Maar de berekeningen van het CPB over het klimaatakkoord geven wel een ruwe schets van een trend die we ook in ons dagelijks leven merken: de groeiende kloof tussen arm en rijk en een toenemende armoede onder sommige groepen.
Volgens de berekeningen gaan in de nabije toekomst de lage inkomensgroepen tot 184 procent van het wettelijk minimumloon er in koopkracht 1,8 procent op achteruit. De hogere groep (met meer dan 390 procent van het minimumloon) gaat er 0,8 procent op achteruit. Daarbij valt op dat het CPB een uitsplitsing heeft gemaakt tussen enerzijds de effecten van het totale klimaat- en energiebeleid, niet alleen klimaatakkoord maar ook andere maatregelen van de regering, en anderzijds de effecten van het klimaatakkoord alleen. De bovenstaande cijfers hebben betrekking op het totale plaatje. De inkomenseffecten van het klimaatakkoord, met zijn 600 maatregelen, zijn als zodanig minder onrechtvaardig. Alle huishoudens blijken er tussen de 0,3 en 0,5 procent op achteruit te gaan. Met andere woorden: de sociale onrechtvaardigheid van het milieubeleid en van ander regeringsbeleid (bijvoorbeeld de verhoging van energiebelasting en de verlaging van belastingen, waar de rijken het meest van profiteren) zit ‘m in het neo-liberale beleid van de regering buiten het klimaatakkoord.
Draagvlak
We hebben een neo-liberale regering die de armen armer maakt en de rijken rijker, waarbij men handig gebruik maakt van noodzakelijke milieumaatregelen om de in mijn ogen onrechtvaardige samenleving nog onrechtvaardiger te maken. En ondertussen kan rechts de drammerige milieubeweging de schuld geven. Dit regeringsbeleid, en niet het klimaatakkoord, is desastreus voor het draagvlak van een goed milieubeleid onder lagere en midden inkomensgroepen. Die groepen zullen gedeeltelijk de klimaatveranderingen en de noodzakelijke maatregelen daartegen in twijfel trekken, terwijl de oorzaak van de toenemende lasten die ze niet meer kunnen betalen, elders ligt. Premier Mark Rutte heeft razendsnel gereageerd en compenserende maatregelen aangekondigd. Eerst zien, dan geloven. Zijn de neo-liberalen van hun geloof afgevallen? Ik geloof er geen barst van. In tegenstelling tot Jesse Klaver, die Rutte hoorde zeggen dat hij het Groen Links-programma gaat uitvoeren. Maar drastische maatregelen om de kloof tussen arm en rijk te verkleinen zal men niet nemen.
(Dit is een iets geredigeerde versie van een artikel dat eerder op de Bijstandsbondblog-site verscheen)