Lithium en politiek
Lithium wordt het witte goud genoemd. Hét mineraal van de eenentwintigste eeuw. Jawel. Als energiebron voor het opwekken van elektriciteit kan lithium zowel petroleum, steenkool als uranium vervangen. De energetische waarde van een halve kilogram lithium is gelijk aan 70.000 barrels petroleum. Volgens het Internationaal Energie Agentschap (IEA) zal de wereldwijde vraag naar lithium, voornamelijk voor de productie van batterijen voor elektrische voertuigen, tegen 2040 naar verwachting met 42% toenemen.
(Door Walter Lotens, oorspronkelijk verschenen bij Uitpers, foto zouthotel in Salar de Uyuni door Pedro Szekely, Flickr, CC2.0)
In 2021 is de prijs van lithium spectaculair gestegen, met meer dan 400 procent. En dan liggen er natuurlijk veel haaien van de grootindustrie van het formaat Rio Tinto of ByD op de loer. De jacht op het witte goud is volop aan de gang en dat luidt een nieuwe fase in van extractivisme in alvast in die delen van de wereld waar lithium aanwezig is. En dan komt de politiek ook om de hoek kijken.
Servië
Neem nu Servië bijvoorbeeld. De ondergrond van de Jadarvallei bij het westelijke grensstadje Loznica bevat een grote lithiumvoorraad. Rio Tinto was er dan ook als de kippen bij. In 2021 kondigde het bedrijf aan dat het twee miljard euro zou investeren om een lithiummijn annex verwerkingsfabriek te bouwen. (1) Met dat lithium kunnen batterijen voor zowat een miljoen elektrische auto’s worden gemaakt, en het bijproduct borium is een essentieel bestanddeel in windturbines en zonnepanelen. De huidige president Vucic ontving Rio Tinto met alle honneurs ondanks het feit dat de regio goed is voor zowat een vijfde van alle landbouwopbrengst in Servië en dat er zou moeten worden onteigend en dat families moeten verhuizen. Er is ook grote bezorgdheid over water- en bodemvervuiling. Maar… in april van dit jaar zijn er zeer belangrijke verkiezingen in Servië en tegenstanders van het lithiumproject vermoeden dat geprobeerd wordt om de zaak op de achtergrond te houden tot na die verkiezingen.
Chili
En dan is er Chili dat een van de grootste producenten ter wereld van lithium is. Chili ligt, samen met Argentinië en Bolivia in de zogenaamde “lithiumdriehoek” die goed is zijn voor ongeveer 60% van de totale lithiumreserve. Het lithium is daar op dit ogenblik een politiek zeer hot item. Tijdens de verkiezingen van 19 december 2021 werd de jonge linkse kandidaat Gabriel Boric tot president gekozen, maar zijn officiële inhuldiging zal pas plaats vinden op 11 maart van dit jaar. Het is in die tussenperiode dat er voor en vooral achter de schermen allerlei aan het gebeuren is. De uittredende president, de liberaal Sebastian Piñera, tracht nog nieuwe mijnbouwconcessies voor lithiumwinning te verlenen aan verschillende particuliere bedrijven. Deze aanbesteding betreft de exploitatie van 400.000 ton lithium gedurende twintig jaar. (2)
Het verzet bleef niet uit. “Chili kan niet opnieuw de historische fout maken om hulpbronnen te privatiseren, zoals nu weer met het lithium,” reageerde Gabriel Boric dadelijk en daarmee verwees hij naar Salvador Allende die tijdens de drie jaar dat hij aan het bewind was de kopermijnen in zijn land nationaliseerde. Die operatie werd echter te niet gedaan onder de militaire dictatuur van Pinochet. “Recuperar nuestros recursos” (Laten we onze middelen terugwinnen). Onder deze slogan demonstreerden duizenden Chilenen begin januari in het hele land tegen die aanbesteding waarmee Piñera het land voor een fait accompli wilde stellen. In de goede traditie van het neoliberalisme wil hij, voordat hij de politieke macht overdraagt, een laatste geschenk geven aan een aantal extractivistische multinationals. Het Chinese bedrijf ByD (Build your dreams) is een van die bedrijven. ByD, opgericht in 1995 in Shenzen (China), heeft 65% van de wereldwijde markt voor nikkel-cadmiumbatterijen in handen en is wereldleider in lithium-ionbatterijen. Via zijn investeringsfonds MidAmerican bezit de Amerikaanse miljardair Warren Buffett 10% van het kapitaal van ByD. Hij is de derde rijkste man ter wereld met een fortuin dat in 2020 geschat werd op 87,5 miljard dollar. Chinese bedrijven zijn vooral aanwezig in Latijns-Amerika. In de lithiumdriehoek hebben Chinese bedrijven bijna $ 4,5 miljard geïnvesteerd. Ook in Bolivia.
Bolivia
De salar de Uyuni in Bolivia, maakt deel uit van deze lithiumboom in Latijns-Amerika. De salar de Uyuni is een van de grootste zoutmeren van het land. Het heeft een oppervlakte van ca. 10.000 vierkante kilometer en ligt verspreid over de departementen Potosí en Oruro. Daniel Campos heet de provincie waarin het meer ligt. Ze geniet de eer van één van de armste van een land te zijn dat dan nog één van de armste van Zuid-Amerika is. De overwegend inheemse bevolking overleeft door wat aan landbouw te doen en wat vee te houden, maar door de aanhoudende droogte en de lange vriesperiode komt daar maar weinig van in huis. De meeste gezinnen zijn onvolledig. Je treft er veel vrouwen en kinderen aan. Weinig mannen. De meeste steken noodgedwongen de Chileense grens over om daar als peon op een grote hacienda te gaan werken.
Het ‘witte goud’-beleid heeft in Bolivia al een achtergrond van ongeveer veertig jaar. In de jaren tachtig deed een Frans onderzoeksteam boringen in de salar en stuitte er op wat sindsdien geboekt staat als de grootste voorraad lithium ter wereld. Ook toen al lagen grote multinationals op de loer. Het was toen LITHCO, een dochteronderneming van Foot Machines Company, een multinational uit Chicago die warme broodjes bakte met de neoliberale regeringen in het Bolivia van na 1985. Op 14 februari 1992, in de vrieskou, gezeten aan een tafeltje midden in de desolate zoutvlakte, zette de toenmalige president Jaime Paz Zamora fotogeniek zijn handtekening onder het contract met LITHCO. De overeenkomst wees de Amerikaanse onderneming een ontginningszone van achthonderd vierkante kilometer toe. Als na veertig jaar geen 400.000 ton lithium werd opgedolven, kon het contract verlengd worden met een periode van tien jaar. De Boliviaanse staat kon ondertussen geen andere contracten afsluiten voor de exploitatie van dit deel van het zoutmeer.
Uiteindelijk is dat contract toch afgesprongen en bleef het jarenlang stil rond de salar en het lithium. Tot in 2006 Evo Morales president werd en een linkse koers ging varen dat onder meer leidde naar een zoektocht om niet alleen lithium boven te halen maar ook over te gaan naar een industrieel verwerkingsproces om uiteindelijk zelf lithiumbatterijen, hecho en Bolivia, af te leveren. Het bleek al snel dat zowel financieel als technologisch de beentjes van Bolivia te kort waren om dat proces in eigen hand te houden. Het staatsbedrijf Yacimientos de Litio en Bolivia (YLB) en Morales moesten dus op zoek naar partners – socios no dueños – klonk het stoer, want Morales wilde een meerderheidsparticipatie van 51 procent voor Bolivia. Een heel rijtje van kandidaten uit o.a. Duitsland, Japan en China boden zich aan maar Morales zelf kon geen overeenkomst afsluiten met een Chinese partner omdat hij tijdens de tumultueuze verkiezingen van 2019 via een coup aan de dijk werd gezet. Geruchten gingen toen dat het controle krijgen over de exploitatie van het witte goud aan de basis lag van het politiek laten verdwijnen van Morales. Nieuwe verkiezingen in 2020 leverden echter opnieuw een overwinning op voor MAS (Movimiento Al Socialismo) van Morales en zijn voormalige minister van economische zaken, Luís Arce, werd de nieuwe president. Deze verzekerde tijdens zijn verkiezingscampagne dat lithiumwinning tot $ 4,5 miljard per jaar zou kunnen genereren. In de afgelopen maanden hebben acht buitenlandse bedrijven – vier uit China, twee uit de Verenigde Staten, een uit Rusland en een uit Argentinië – gestreden voor een van de proefprojecten om lithiumreserves in Uyuni te exploiteren.
‘Zonder de natuurlijke hulpbron te privatiseren, kan en moet Bolivia samenwerken met bedrijven die denken aan het industrialiseren van lithium, dat wil zeggen aan het produceren van batterijen en vervolgens elektrische auto’s ter plaatse. Door de staat gesteunde bedrijven in hun land, zoals die China en Rusland, zijn betrokken bij deze projecten in Bolivia. Hetzelfde geldt voor EnergyX, een innovatief privébedrijf in Texas dat niet de steun van zijn overheid heeft, maar een zeer goede technologie heeft die geen zoet water gebruikt voor lithiumwinning en met een lage uitstoot van broeikasgassen,’ zei Diego A. von Vacano, hoogleraar politieke wetenschappen aan de Universiteit van Texas en informeel adviseur van president Arce sinds januari 2020. (3) Die EnergyX is een nieuwe en jonge speler op het lithiumterrein, die in handen is van de Texaan Teague Egan. Voor hem is de salar de Uyuni, en bij uitbreiding heel Bolivia, het nieuwe Saoedi Arabië. Egan is zonder meer een gewiekste zakenman. Tien jaar geleden begon hij te investeren in Tesla. Hij kocht toen aandelen voor 9 dollar die nu 100 keer meer waard zijn. Teague Egan heeft intussen een voet in huis bij de nieuwe Boliviaanse regering. Hij heeft goede contacten met energieminister Franklin Molina, maar ook met viceminister Álvaro Arnez belast met de ontwikkeling van het lithium en met Carlos Humberto Ramos van het staatsbedrijf YLB (Yacimientos de Litio en Bolivia). De liefdesverklaringen van enkele grote internationale spelers aan (het lithium van) Bolivia komen dus van verschillende kanten. EnergyX is er daar een van maar de grote stukken van de taart zijn intussen al gereserveerd voor de Chinezen en de Russen (via het bedrijf Rosatom) en het is dus zeker niet toevallig dat Poetin himself intussen al twee keer een onderhoud over het witte goud gehad heeft met president Arce.
Wat is de moraal van het verhaal? Het witte goud beroert de gemoederen, zowat overal waar dat ‘mineraal van de 21ste eeuw’ in de grond zit. De verwachtingen rond de ontginning en industrialisatie ervan worden duchtig opgeklopt zowel bij politici als bij grote bedrijven, die bijvoorbeeld in een land als Bolivia ineens het nieuwe Saoedi Arabië zien. Of dat lithiumverhaal nu in een neoliberale context zal worden ingebed, zoals Piñera het in Chili nog snel wil forceren of dat de exploitatie van dat witte goud ten goede zal komen aan de hele bevolking zoals Boric of Arce – en eerder Morales dat willen -, wordt op dit moment uitgevochten. De ontginning en industrialisatie kan in een linkse of rechtse context worden aangewend en dat maakt maatschappelijk natuurlijk een immens verschil, maar toch is er over de politieke tegenstellingen heen een consensus over wat in het Spaans extractivismo wordt genoemd. Dat is een economische politiek die volgens de definitie van de onderzoeker Eduardo Gudynas gericht is op het ontginnen van natuurlijke rijkdommen op grote schaal, specifiek gericht op de globale markt. Door de hoge vraag naar mineralen, grondstoffen en landbouwproducten is dit in Latijns-Amerika een economisch succes geworden. Volgens Naomi Klein in ‘No time’ gaat het in die economische benadering om een niet-wederkerige, op overheersing gerichte relatie met de aarde, een relatie van alleen maar nemen. Die economische politiek gaat aan ‘Moeder Aarde’ voorbij en leidt tot grote protesten zowel bij de kleine Servische landbouwers die moeten onteigend worden als bij de Aymara’s en Quechua’s die al eeuwen in de lithiumdriehoek wonen en die nu zien hoe Pachamama, Moeder Aarde, pijn wordt gedaan.
(1)Stefan Blommaert, In Servië beroert een lithium-mijn van 1.000 voetbalvelden groot al weken de gemoederen: wat is er aan de hand? vrt nieuws van 15 januari 2022
(2) Jean-Marc Adolphe, Bolivie, la nouvelle Arabie saoudite. In : Mediapart van 12 januari 2022
(3) Jean-Marc Adolphe, op. cit.