Ga naar de inhoud

Maatregelen voor het aanpakken van de brievenbusfirma’s hebben geen effect

(volgens cijfers van De Nederlandse Bank) Staatssecretaris van Financiën Menno Snel wil af van de slechte fiscale reputatie van Nederland. Door bewindslieden is de afgelopen jaren meerdere malen aangegeven dat de brievenbusmaatschappijen zouden worden aangepakt. Nederland zou geen plek meer moeten bieden aan lege hulzen van multinationale bedrijven, die zonder personeel of reële economische activiteit gebruik maken van de Nederlandse belastingwetgeving. Dit zou volgens de verwachting moeten resulteren in een afname in de stromen die door deze brievenbus-bv’s lopen.

4 min leestijd

(Door Rodrigo Fernandez, SOMO, oorspronkelijk verschenen op de website van SOMO. Foto: protest bij de brievenbus aan de Zuidas in Amsterdam waar het Canadese mijnbouwbedrijf zijn Griekse onderneming Eldorado Gold heeft gestald, foto globalinfo.nl)

Ondanks de maatregelen en uitlatingen in de media blijken de stromen sterk te zijn toegenomen. De cijfers laten een groot contrast zien tussen de papieren werkelijkheid van het kabinet, het narratief over effectieve maatregelen enerzijds en de praktijk anderzijds.

Zonder aanpassing beleid groeien de balanstotalen van BFI’s tot boven de €4.500 miljard

De meest recente cijfers van De Nederlandse Bank (DNB) laten een verontrustend beeld zien. De stromen van directe buitenlandse investeringen die door in Nederland gevestigde Bijzondere Financiële Instellingen (BFI’s) gaan, ook wel bekend als brievenbus-bv’s, zijn sinds 2008, het begin van de crisis, met 75% toegenomen (zie figuur 1). De uitgaande stromen laten een vergelijkbaar beeld zien. Na een korte stagnatie aan het begin van de crisis, laten de stromen een continue opgaande lijn zien.

Foto: Rodrigo Fernandez (bron: DNB)

Figuur 2 laat zien dat bij ongewijzigd beleid zowel de vorderingen als de verplichtingen (de balanstotalen) van BFI’s in Nederland de grens van €4.500 miljard zeer waarschijnlijk zullen overstijgen in 2018. Uit onderzoek van de UvA vorig jaar bleek al dat Nederland wereldwijd het grootste doorstroomland is.

Cijfers van het IMF laten ook zien dat Nederland (vanwege de BFI-sector) wereldwijd de grootste inwaartse investeringen heeft, vóór grote economieën als de VS, China en Duitsland. Het is belangrijk om hier even bij stil te staan. Deze BFI’s bevinden zich voornamelijk in Nederland vanwege de belastingvoordelen die Nederland aanwezig zijn, die het voor bedrijven makkelijk maken om hun belastingdruk (oneigenlijk) te verlagen, en omdat het in Nederland zo makkelijk is om een brievenbusfirma op te zetten. Deze cijfers bieden dan ook de beste illustratie van Nederlands sleutelrol in internationale belastingontwijking.

Foto: Rodrigo Fernandez (bron: DNB)

Wat moet er wel gebeuren?

De getallen laten een grotere rol van Nederland zien als doorsluisland voor kapitaal van multinationals dan in het verleden. Een nadere analyse van DNB zou meer inzicht kunnen geven in de toename. Het is daarvoor wenselijk dat DNB weer op terugkerende basis duiding geeft aan deze cijfers, met daarbij een uitsplitsing van de cijfers per sector.

Bovenal laat het zien dat alle voornemens van dit en vorige kabinetten om belastingontwijking en brievenbusfirma’s aan te pakken vooralsnog weinig effect sorteren. De doorsluisindustrie is nog in volle bloei. Verdere verscherping van de substance-eisen is noodzakelijk om brievenbusfirma’s zonder reële economische activiteiten aan te pakken. Het is toe te juichen dat deze staatssecretaris hier een eerste stap toe onderneemt door de eisen voor rulings te verhogen met een loonsomeis van €100.000 en het huren van een kantoor voor twee jaar, maar deze verhoging stelt nog te weinig voor en zal makkelijk kunnen worden omzeild.

Er is in het verleden door de Tweede Kamer keer op keer opgeroepen om de substance-eisen aan te scherpen, waarop eerdere kabinetten de eisen met kleine stapjes hebben verhoogd, maar zoals uit de cijfers blijkt hebben deze weinig effect gehad op de geldstromen. Donderdag gaat de Kamer in debat met de staatssecretaris van Financiën over belastingontwijking. Als de Tweede Kamer echt een einde wil maken aan de rol van Nederland als doorsluisland dan zal het de staatssecretaris donderdag oproepen om met een serieuzere aanscherping van de substance-eisen te komen.

Het is de hoogste tijd om het beleid ten aanzien van belastingontwijking meetbaar te maken. Het is dan ook goed nieuws dat de Algemene Rekenkamer op verzoek van de Tweede Kamer opnieuw onderzoek gaat doen naar belastingontwijking via Nederland. Niet het imago maar de praktijk moet leidend zijn. Maatregelen moeten jaarlijks worden jaarlijks geëvalueerd en getoetst op het effect dat ze hebben op de reële kapitaalstromen. Een verbetering van de fiscale reputatie van Nederland, zonder een meetbare afname van kapitaalstromen die door BFI’s stromen, versterkt de discrepantie tussen de praktijk en de retoriek. De methode-Duisenberg om beleid meetbaar te maken zou hier goed van toepassing kunnen zijn.