Nu ook linkse voorstellen voor een Europees herstelplan
Als men de respons van de Europese Unie op de coronacrisis in twee lijnen wil samenvatten is het: grote bedrijven krijgen zeer goedkope leningen van de Europese Centrale Bank (ECB), de lidstaten van hun kant moeten het doen met hun eigen begroting en leningen, en desnoods de begrotingstekorten en staatsschuld laten oplopen. Dat het ook anders zou kunnen werd aangetoond in Europees relanceplan in quarantaine. Door middel van eeuwigdurende obligaties of ‘consols’, opgekocht door de ECB, is financiering van de lidstaten mogelijk, zonder dat hun schulden vergroten.
(Door Herman Michiel en José Gusmão, eerder verschenen op Ander Europa)
Verschillende variaties van deze formule zijn mogelijk: in plaats van eeuwigdurend kunnen de obligaties een langdurige looptijd hebben, bijvoorbeeld 50 of 100 jaar; een nulrente is het beste, maar een zeer lage rente (0,01 of 0,1 % bijvoorbeeld) maakt geen fundamenteel verschil uit. In tegenstelling tot ‘coronabonds’ wordt de openbare schuld er niet door verhoogd.
Het idee van eeuwigdurende obligaties in de context van de coronacrisis dook eerst op in Macrons liberale Europese fractie Renew Europe, waar ook Guy Verhofstadt er zich een voorstander van toonde. Het is echter duidelijk dat de liberalen er een wapen zouden van maken om nog meer neoliberale hervormingen door te drukken: wie van de consols wil gebruik maken moet hervormen.
Het was nogal merkwaardig dat er vanuit linkse hoek wel gesproken werd over coronabonds, maar niet over consols. Daar blijkt nu verandering in te komen. In de recente position paper Solidarity is the cure – Reimagining a post-pandemic Europe van Verenigd Links, de radicaal-linkse fractie in het Europees parlement (GUE/NGL), worden de coronabonds nu voorgesteld als ‘perpetual and interest free’, en er wordt gepleit voor een Herstelfonds van minstens 1500 miljard euro gefinancierd door eeuwigdurende obligaties met nulrente (*1). Ze moeten toegekend worden volgens objectieve criteria, en ‘zonder enige voorwaarde van macro-economische of andere aard.’
Het zal wel niet toevallig zijn dat de Spaanse premier Sánchez vroeger reeds het idee verdedigde van een relancefonds van 1500 miljard gebaseerd op eeuwige obligaties; als het via zijn regeringspartner Podemos, lid van GUE/NGL, in de linkse Europese fractie is binnengedrongen mag de Spaanse PSOE-Podemos-coalitie deze pluim op haar hoed steken. Ook al is de kans momenteel zo goed als onbestaande dat consols aangewend worden voor het coronaherstelfonds (*2), het zou een belangrijke boodschap zijn aan de publieke opinie dat er financieringswijzen bestaan voor overheden die niet neerkomen op het vetmesten van de financiële markten.
Maar ook in buurland Portugal gaan stemmen op om het coronaherstel in te schrijven op de balans van de Europese Centrale bank. José Gusmão is econoom van vorming, lid van het Portugese Bloco de Esquerda en sinds 2019 verkozen in het Europees Parlement; hij schreef een interessant pleidooi om deze crisis in ieder geval niet te laten ontaarden tot een nieuwe ronde staatsschulden zoals we meemaakten met de financiële crisis. Hieronder zijn artikel If it it comes with interest, it’s no recovery, verschenen op 13 mei 2020 op Social Europe Journal. Nederlandse vertaling door Ander Europa.
(Herman Michiel)
Als er rente bij komt kijken is er geen herstel
(José Gusmão)
Europa staat, eens te meer, op een kruispunt. De Covid-19 pandemie heeft een buitengewone impact gehad op de lidstaten van de Europese Unie (EU), wat een serieuze bedreiging betekent voor het weerstandsvermogen van onze gezondheidszorgsystemen. Hele sectoren van de economie kwamen in de verdrukking, en de zwakheden van onze steeds ongelijkere samenlevingen kwamen duidelijk aan het licht.
Geconfronteerd met een wereldwijde pandemie en haar enorme sociale, economische en menselijke kost, hadden de leiders van de EU het moeilijk om tot een gemeenschappelijk standpunt te komen. De laatste maanden maakten we herhaalde keren het uitstel mee van dringende beslissingen, een teken dat er een grondige verdeeldheid bestaat tussen groepen landen.
Men verwacht dat de Europese Commissie later deze maand eindelijk de aankondiging zal doen van het Europees Herstelfonds, dat door hoge ambtenaren bejubeld wordt omwille van meer geld en meer middelen. Maar we mogen niet vergeten dat de EU in het verleden al gelijkaardige aankondigingen deed, waarvan het ‘Junckerfonds’ een van de meest krasse voorbeelden is (*3).
In werkelijkheid waren de nieuwe middelen van het plan dat de vorige Commissievoorzitter in 2014 lanceerde beperkt, en afhankelijk van de ‘hefboomwerking’ van private investeringen. Het zou fout zijn aan te nemen dat de EU deze truc een tweede keer kan opvoeren, gezien het de vorige keer mislukte en het er niet goed uitziet voor de private investeringen met de huidige grimmige economische vooruitzichten.
De nood aan radicale vernieuwing in het denken
Links in het Europees parlement lanceert een oproep (*4) voor een radicaal vernieuwd denken over de EU. Onze prioriteit is er voor te zorgen dat het Herstelfonds voldoende is om op te tornen tegen een recessie van historische afmetingen.
Als we voortgaan op de vooruitzichten van diverse instellingen, zoals de Europese Centrale Bank, is het bedrag van 1500 miljard euro een absoluut minimum. Maar we mogen het niet alleen hebben over de grootte van het fonds. Het is even belangrijk hoe het gefinancierd wordt.
We sluiten ons aan bij de groeiende consensus onder economen van diverse politieke gezindheid over de noodzaak om het herstel te laten financieren door de centrale banken . Het absurde verbod op monetaire financiering zoals vastgelegd in de EU-verdragen kan omzeild worden door de Europese Commissie via obligaties, die de ECB dan kan opkopen en op haar balans houden totdat de nodige aanpassingen gemaakt zijn in de Europese wetgeving. De ECB kan ze dan vervangen door eeuwigdurende obligaties met nulrente, of ze kan ze eenvoudig uit de balans laten verdwijnen.
Subsidies, geen leningen
Het fonds moet eerlijk verdeeld worden. Om een drijvende kracht te zijn voor het economisch herstel en echte convergentie binnen de EU moet het geld toegekend worden in de vorm van subsidies, niet als lening, en de verdeling moet verlopen zoals het geval is voor de cohesiefondsen (*5).
Dit is de enige manier om te garanderen dat lidstaten hun economie terug tot ontwikkeling kunnen brengen en de strijd aangaan tegen armoede, ongelijkheid en klimaatverandering, zonder een berg nieuwe schulden toe te voegen aan de reeds bestaande. Nieuwe schuld zou niet alleen betekenen dat de problemen niet kunnen opgelost worden, het zou ook een toenemende financieringskost meebrengen voor de economieën in de periferie, en dat niettegenstaande de aankoopprogramma’s van activa door de ECB, want beleggers zouden het risico van wanbetaling, of zelfs van het uiteenvallen van de eurozone gaan afwegen.
Het is bovendien van essentieel belang om er zeker van te zijn dat deze subsidies niet afhankelijk gemaakt worden van enige macro-economische of andere conditionaliteit. Het Stabiliteits-en Groeipact moet opgeschort worden in afwachting dat het definitief kan opgeheven worden.
De vorige crisis heeft aangetoond dat soberheidsmaatregelen niet het geschikte middel zijn om een recessie te bestrijden, gezien het economisch basisfeit dat de uitgaven van de ene persoon het inkomen vormen van een andere; de soberheidspolitiek zet daarom een domper op de effectieve vraag. Aangezien de openbare uitgaven tijdens de recessie beperkt werden, versterkten de soberheidsmaatregelen nog de economische neergang; ze deden de openbare schuld stijgen door de dalende economische groei, zodat ook de verhouding staatsschuld/BBP toenam. Europa kan het zich niet veroorloven om dezelfde fouten te maken als bij de vorige crisis.
Een kans voor de transitie
Het economisch herstel mag ook niet gezien worden als een ‘reis in de tijd’ terug naar de gewoontes van voor de crisis. Het Herstelfonds moet gebruikt worden voor de financiering van een hervorming van ons economisch systeem, iets wat in ieder geval onvermijdelijk is. Dit betekent dat de financiering moet gericht zijn op het vooruithelpen van de transitie naar een groenere economie, de herverdeling van de inkomens, sterkere openbare diensten en het gevecht tegen de belastingsontduiking en geheime regelingen.
Dat betekent een minder geglobaliseerde economie, iets wat natuurlijk enorme implicaties heeft, zowel voor de werking van de EU zelf als haar economische verhoudingen met de rest van de wereld. De vrije beweging van kapitaal en goederen zal moeten plaatsmaken voor de belangrijkste vrijheden van mensen, zoals gezondheid, werk en milieurechten.
Maar het is een dergelijke economie die een toekomst heeft.
Voetnoten
- Zie Solidarity is the cure pag. 11.
- Er wordt verwacht dat de Europese Commissie op 20 mei een Europees herstelplan zal bekendmaken. Alles wat daarover uitlekte wijst op een nieuwe schuldenberg voor de openbare financiën. De lidstaten zorgen voor een waarborgfonds door verhoging van het Europees budget, waardoor de Commissie leningen aangaat op de markt en die dan doorschuift naar de lidstaten. Het is uitkijken naar de ‘conditionaliteit’ die daaraan zal verbonden worden
- Over het Junckerfonds, zie bv. Ander Europa, In de aanloop naar de Europese verkiezingen – Deel 3 [Noot van de vertaler]
- Er wordt verwezen naar Solidarity is the cure
- Bij de verdeling van de cohesiefondsen wordt rekening gehouden met de armoede van een regio. [Noot van de vertaler]