Anarchist Zijn Of Handelen Als Anarchist
In twee eerdere items is eerst naar aanleiding van wat René Berthier aanvoert omtrent inzichten van Bakoenin, de inhoud van ‘anarchisme van de daad’ bediscussieerd. Vervolgens is het leven van de Italiaanse anarchist Malatesta belicht. Nu komen we Malatesta opnieuw tegen, eveneens naar aanleiding van het vraaggesprek tussen de uitgever Mimmo Pucciarelli en de Italiaanse historicus Nico Berti. De kwestie die dit keer aan de orde komt, gaat over: anarchist zijn of handelen als anarchist. Pucciarelli vraagt Berti of hij begrijpt waarom veel van de mensen, die eerst de anarchistische beweging komen versterken, die vervolgens na verloop van tijd weer verlaten.
(Oorspronkelijk verschenen op Libertaire orde)
Extreme keuze
In zijn antwoord herinnert Berti er aan wat hij al over intellectuelen heeft gezegd, die wel anarchist blijven, maar, indien zo, slechts aangepast als anarchist handelen: anarchisme biedt vrijwel geen praktische invalshoeken behalve radicale. Om de anarchistische beweging trouw te blijven, moet men een zekere ‘geloof’ hebben. Men hoeft niet een anarchist te worden zoals men lid wordt van een sportvereniging: het is een ‘extreme keuze’.
Jonge mensen kunnen geïnteresseerd zijn in het anarchisme, omdat ze enthousiast zijn. Maar na een paar jaar actief te zijn geweest, zien zij dat er niets gebeurd en realiseren zij zich enerzijds dat er geen praktisch perspectief is. Anderzijds beginnen voor hen de problemen van het ‘echte’ leven een rol spelen, zoals geldt voor iedereen [huisje, boompje, beestje].
Anarchisme helpt je niet om een plaats in het ‘echte’ leven te vinden. Het houdt je er zelfs van af; het zijn van activistische anarchist voorkomt het sluiten van ‘een aantal compromissen met de werkelijkheid’. En dus, ja, men kan een anarchist zijn, maar er is een verschil tussen dat zijn en optreden als zodanig. Als men begint met handelen als activist dan worden de dingen een stuk moeilijker…
Wat is dan het verschil tussen een anarchist zijn en handelen als een anarchist?
Men kan een bepaalde kijk op de wereld hebben, maar praktisch daar weinig of niets mee doen. Men kan op anarchistische wijze denken, maar zich verder gedragen als iedereen omdat men ook elke dag, als iedereen, moet leven. Men kan niet elke dag de straat op gaan om revolutie te maken.
Men kan niet elke dag voor 100% anarchist zijn…
Maar Mimmo, handelen alle anarchisten die wij kennen zo? De een meer, de ander minder, toch…
Niet zo als Malatesta, die altijd heeft gehandeld als een anarchist…
Zeker, hij heeft er voor gekozen om gedurende zestig jaar als anarchist te handelen en te kiezen, bijvoorbeeld, om handmatig werk te verrichten als een onafhankelijk mens en niet als een werknemer in een fabriek. Hij maakte zichzelf tot ambachtsman, elektricien, loodgieter, hij was een totale anarchist gedurende zestig jaar, volgens mij. Hoeveel mensen zijn van die statuur?
Het principe van de vrijheid
Dit doet me er aan denken dat Malatesta ook zei dat anarchie niet met geweld komt: ‘te willen dat het komt, zo voegde hij eraan toe, zou de meest domme tegenspraak inhouden’. Hier ligt de grondslag van veel problemen bij al die activisten die ‘dromen’, die hopen dat op een dag er uiteindelijk een gewenste machtsverhouding zal zijn. Maar in een passage in je boek over Malatesta citeer je hem waar hij zegt dat ‘anarchie volledig zal zegevieren alleen wanneer alle mensen anarchisten zullen zijn’. Betekent dat niet: nooit?
Ja, het is een tautologie. In het begin was zijn idee, dat eerst een revolutie de obstakels voor de vrije experimenten moest opruimen. Nadat die obstakels zoals staat, kapitalisme, enzovoort, vernietigd zullen zijn, zal iedereen zijn eigen leven kunnen leiden. De anarchisten zullen een manier van leven kiezen waarvan iedereen tenslotte zal zien dat dit het beste is. Wat betekent dat het vele decennia zou vergen.
Maar stel nu, als we toegeven dat er ooit anarchie zal zijn wanneer alle mensen anarchisten zijn geworden, zullen er dan geen zijn tegenstellingen meer zijn?
Malatesta heeft dit soort zaken niet overwogen. Hij was geïnteresseerd in een maatschappij van vrije en gelijke mensen, waarin er ook sprake zou zijn van tegenstrijdigheden, maar het zou al een enorme stap voorwaarts zijn. Hoe dan ook, er zouden nog steeds tegenstellingen voorkomen. Maar met dat verschil: het zijn niet meer de tegenstellingen in een wereld die gedomineerd wordt door het principe van de hiërarchie. Het zullen andere tegenstellingen zijn en dan in een wereld beheerst door het principe van de vrijheid.
We weten niet of we in staat zullen zijn om daar te geraken.
Dat is een andere kwestie. Malatesta heeft gezegd dat er eerst een revolutie moet komen en daarna zouden we zien. We moeten evenwel beseffen dat toen hij dat zei [begin 20ste eeuw], het in een tijd was, dat men zich op die manier uitte. Heden ten dage zeggen we dat soort dingen niet meer zo. Hij leefde in een wereld van brute uitbuiting, van onuitsprekelijk onrecht, van overheersing door de monarchie, door het leger, door de bevoorrechte klassen, toen mensen stierven van de honger, enzovoort, zodat, ik herhaal, men kan denken aan een revolutie.
Het belangrijkste ding was toen, zoals Malatesta zei, ‘niet de triomf van onze plannen, onze projecten, onze utopieën, die bovendien vereisen dat we ze in vorm van experimenten testen en onder invloed van de ervaring kunnen veranderen (…), maar dat de mensen hun schaapachtigheid en hun chiliastische slaafsheid [wachten op de komst van het duizendjarige vrederijk] verliezen en leren te denken en vrij te handelen. En aan dat grote werk van de bevrijding moeten anarchisten zich vooral wijden’.
Mimmo Pucciarelli en Nico Berti
[vertaling en bewerking Thom Holterman.]