Ga naar de inhoud

WTO . ZIP (afsluiting Cancún) nr. 37

Nederlandstalig bulletin over WTO-zaken, dd. 24 september 2003

34 min leestijd
Placeholder image

inhoud

A) persoverzicht: Juichers en huilers

Na de mislukking van de WTO-top in Cancún kwam onmiddellijk de stroom analyses op gang in de media. Centraal stond de vraag of er reden was tot juichen, of anders gezegd of de gevolgen van de mislukte top negatief of positief zouden zijn (en voor wie?).

B) conferentieverslag: Terugblik op het falen van Cancún

Volgens Shefali Sharma van het IATP in Genève zijn de belangijkste redenen voor het falen van de WTO-top in Cancún dat de WTO niet tegemoet kwam aan de behoeften en verwachtingen van arme staten, en de ondemokratische praktijken waarmee geprobeerd werd een consensus te bereiken. Een samenvatting van een analyse over het mislukken van de WTO-top.

C) aktieoverzicht: Een hete actieweek in Cancún

Een samenvatting en de belangrijkste kritiekpunten die activisten hebben.

D) Vrijhandelsverdrag FTAA onder druk door mislukking WTO-conferentie

De halsstarrige poging van de EU om nieuwe onderwerpen aan de onderhandelingsagenda toe te voegen alvorens over de landbouwthema’s te willen onderhandelen, heeft waarschijnlijk vergaande gevolgen voor de volgende gespreksronde over de Vrijhandelszone van de Amerika’s.

E) analyse: Irak: reden tot een borrel?

Alle Iraakse overheidssectoren, behalve olie- en gasproductie, staan binnenkort open voor buitenlandse investeerders. Geen beperkingen op winstoverschrijving naar het buitenland en slechts een geringe ‘binnenlandse belasting’. Hier een analyse van de achterliggende IMF filosofie.

F) Cancún evaluatie-activiteiten

A) Juichers en huilers
door Kees Stad

Na de mislukking van de WTO-top in Cancún kwam onmiddellijk de stroom analyses op gang in de media. Eerste reacties werden kort al opgenomen in de vorige WTO.ZIP. Centraal stond de vraag of er reden was tot juichen, of anders gezegd of de gevolgen van de mislukte top negatief of positief zouden zijn (en voor wie?). Een overzicht van de reacties levert aan de ene kant een beeld op van tamelijk veel verwarring in de journalistieke wereld over de redenen van de mislukte operatie. Daarnaast zijn vooral de media uit de rijke landen geneigd om het publiek voor te schetsen dat juichen dom is, en onterecht. “Iedereen heeft verloren” is het tweelingzusje van het mantra dat vóór Cancún luidde dat “iedereen daar geholpen zou gaan worden”. Veel zuidelijke stemmen, in ieder geval die die wij van WTO-ZIP te horen krijgen, vertellen een fundamenteel ander verhaal, namelijk dat de mislukking in de eerste plaats onvermijdelijk was, en daarnaast perspectief biedt voor verandering ten goede.

Er is overigens niemand Рhet moet klaarblijkelijk toch benadrukt worden Рin het kamp van de juichers die van opvatting is dat met de mislukking van Canc̼n ineens alles opgelost is. In tegendeel, iedereen weet dat de strijd voor het ombuigen van regels en verhoudingen in een rechtvaardiger richting nu pas goed begonnen is, en dat de agendapunten van Canc̼n ook op allerlei andere plekken op zal duiken.

Opmerkelijk trouwens is dat niet een van de Nederlandse opinieweekbladen vorige week of deze week besloten heeft aandacht te besteden aan de WTO. Behalve dan de Groene Amsterdammer, die bij sluiting van de ZIP-deadline nog niet verschenen was, maar beloofd had een stuk van onze eigen Zipper Richard de Boer te plaatsen.

Volgende week komt bij XminY een reader uit met een bloemlezing aan artikelen die de uitslag van de WTO-top toejuichen en uitleggen waarom dat zo is.

Zakenpers

De financiële kranten (Financieel Dagblad (FD) en Financial Times (FT)) hebben dagelijks uitgebreid bericht over de nasleep van Cancún. In de brievenrubriek van de FT woedt een aardige discussie over de hele kwestie, waar afgelopen maandag ook de Amerikaanse hoofdonderhandelaar Robert Zoellick zich met een stuk in mengde. Volgens Zoellick wilden de ontwikkelingslanden eigenlijk de onderhandelingen graag voortzetten, maar hebben ze zich door protestsentimenten laten meeslepen.

In de FT van dinsdag 16 september verscheen al een paginalang stuk (Crushed at Cancún) waarin gesteld wordt dat de armste landen zullen moeten boeten voor de mislukking. Maar ook wordt in dat stuk de schuld bij de VS en de EU gelegd. De laatste omdat die zo hardnekkig doorging met het opdringen van de vier Singapore Issues (waaronder investeringen). Een van de meest uitgebreide stukken verscheen in het conservatieve weekblad The Economist, dat ook een prachtige voorpagina aan de WTO-top had gewijd (zie: voorpagina Economist). The WTO under Fire is een tamelijk droog relaas over de redenen dat Cancún mislukte, althans de verschillende versies die daarvan de ronde doen. Het lag in ieder geval niet aan Mexico, volgens The Economist, dat door sommige EU-landen beschuldigd wordt de vergadering slecht geleid te hebben en voortijdig de stop eruit getrokken te hebben. “The instant post-mortems blamed rich countries most” (vanwege Singapore Issues en niet vergaand genoeg landbouwaanbod). Maar The Economist blijft een echte gelovige in de vrije markt die heil voor iedereen kan brengen, en vindt het dus een slechte zaak dat de WTO in crisis dreigt te geraken. The Economist voorspelt een periode van toenemende handelsgeschillen, omdat dit jaar ook een einde komt aan de afspraak die de WTO-leden onderling gemaakt hebben bij het afsluiten van de Uruguay-ronde om geen klachten in te dienen tegen het dumpen van landbouwproducten. De WTO zou volgens het weekblad wel eens langzaam maar zeker aan betekenis kunnen verliezen en uiteindelijk niet meer dan een soort geschillenbeslechtingscommissie zijn.

De reactie van de hoofdonderhandelaar van de EU, Pascal Lamy, was van de hem kenmerkende arrogantie. Alle media hebben bericht over de roep van zowel Lamy als landbouwcommissaris Fischler om de procedures binnen de WTO aan te passen zodat toekomstige onderhandelingen beter kunnen verlopen. Net zoals de Nederlandse verantwoordelijke onderhandelaars Brinkhorst en van Gennip, weigerde Lamy om te erkennen dat zijn rol in Cancún ook een belangrijke bijdrage aan het fiasco heeft geleverd. In plaats daarvan schermt Lamy openlijk met de mogelijkheid dat de EU zich voortaan meer zal richten op bilaterale handelsverdragen (EU May Rethink its Multilateral Trade Obligations, FT 17/09/03, Lamy (EU) Wil Dialoog Handel Heroverwegen (NRC 17/09/03)).

Behalve het ontluisterende interview met Brinkhorst en van Gennip in NRC dat al in de vorige WTO.ZIP vermeld werd, heeft ook geen enkele journalist in Nederland voor zover ik weet een lastige vraag gesteld. Naar verluidt bestond de persconferentie van het duo op Schiphol ook uit niets meer dan een drietal snelle obligate antwoorden en hup-de-limousine-in.

VS vs. China

De International Herald Tribune (IHT, 16 september) komt met een analyse van de tactiek van de Amerikaanse delegatie, die zich opmerkelijk op de achtergrond hield. Behalve natuurlijk toen ze het verzoek van vier arme Afrikaanse landen om wat aan de katoensubsidies te doen keihard van de hand wezen, wat van doorslaggevende betekenis is geweest omdat het waarschijnlijk de Afrikaanse landen deed besluiten de onderhandelingen voor gezien te verklaren. Maar verder was de bende van Zoellick dus vrijwel onzichtbaar, hetgeen te maken zou hebben met de komende presidentsverkiezingen in de VS. Bush zou ingeschat hebben dat een akkoord in Cancún niet goed zou vallen bij de Amerikaanse boerenstand en hem dus stemmen zou kunnen kosten… Verder wordt in de FT voorspeld dat de handelsrelatie tussen de VS en Brazilië – dat leidinggevend optrad binnen de G21 – drastisch zal verslechteren.

De grote clash in de toekomst zal echter gaan tussen de VS en de snel opkomende economische macht China, zo valt in vele artikelen te lezen. Lobbygroepen uit ondernemerskringen eisen ineens dat de VS zich hard opstelt ten opzichte van China en elke overtreding van de WTO-regels (waarvan China nu lid is) aanvecht. De slag speelt zich momenteel af rondom de koers van de Chinese munt, die veel te laag zou liggen volgens de Amerikaanse ondernemers waardoor hun export veel te goedkoop is.

EU

Ondanks de dreigende taal van Lamy, leeft bij de landbouwministers van de EU de overtuiging om de hervorming van het subsidiestelsel voort te zetten. Maar, waarschuwden ze, dat hangt wel af van de bereidheid van ontwikkelingslanden om concessies te doen (EU Ministers Vow to Defend Trade System (FT 23/09/03). Vooral de afbouw van de subsidie aan de suikerproducenten (die in Cancún zwaar bekritiseerd werd) zal volgens de Volkskrant in snel tempo voortgezet worden (Suikersubsidies EU Snel Afgeschaft, VK 24/09/03).

IMF, WB, G7

Drukke tijden voor de financiële regelaars want in het weekend na de WTO-top voltrok zich die van IMF en Wereldbank in het oliestaatje Dubai. De G7 maakten van de gelegenheid gebruik om ook snel bij elkaar te komen, nu ze er toch waren. En de ‘instorting van Cancún’ overheerste gedeeltelijk de agenda, of zoals de Financial Times het zo lekker betitelt ‘Collapse of WTO talks reverberates in Dubai’ (FT 20/09/03). Volgens Wereldbankpresident Wolfensohn moet er snel een nieuw evenwicht gezocht worden tussen arme en rijke landen. IMF-directeur Horst Köhler riep aan de vooravond van de top in Dubai op tot hernieuwd begrip voor de wederzijdse afhankelijkheid van de verschillende landen. Maar de zalvende woorden lijken weinig geholpen te hebben, want op 23 september luidt de kop in de FT: Voice for the Poor at World Bank is Muffled. Pogingen om arme landen meer zeggenschap te geven over het beleid van de Wereldbank zouden zonder resultaat gestrand zijn. Volgens Oxfam kregen de arme landen de volgende boodschap mee van de heersende landen binnen de Bank: “misschien de volgend keer”. “The trade talks in Cancún ended with a bang and now these meetings have ended with a whimper”, wordt Oxfam-medewerker Oliver Buston geciteerd in de FT. De IMF/WB-top zou dan ook weinig opgeleverd hebben, ook niet op het gebied van onderwijs dat speciale aandacht op de agenda kreeg. Alleen Nederland zou geld vrij hebben willen maken voor extra investeringen in onderwijsprojecten in de komende vijf jaar. Het NRC publiceerde op 22 september een uitgebreid artikel over de IMF/WB-top. Daarin wordt melding gemaakt van de gezamenlijke brief van Köhler en Wolfensohn aan de 148 WTO-lidstaten waarin aangedrongen wordt op “hervatting van gesprekken over handelsliberalisering”. Verder ging veel aandacht naar Argentinië, dat in een steekspel met het IMF beland was over een nieuwe lening. Nederland onthield zich van stemming toen de lening ter waarde van ruim 12 miljard dollar uiteindelijk goedgekeurd moest worden, hetgeen gelijk zou staan aan een afkeuring. Zalm eist dat er striktere voorwaarden aan Argentinië worden gesteld.

Trouw

Twee opiniestukken in Trouw van vrijdag 19 september leggen uit dat er goede redenen waren om Cancún te laten mislukken. Esther van der Kaaden en Simone Ransijn van Fairfood stellen dat vrijhandel slechts zal kunnen werken om honger op te lossen als voedsel niet meer alleen als handelswaar maar als mensenrecht beschouwd wordt. (Ontwikkelingslanden hadden gelijk met Veto). In het stuk daaronder (Landbouwliberalisatie niet Zaligmakend) geeft Harm Schelhaas, oud-voorzitter van het Produktschap voor Zuivel, aan hoe er van alles verbeterd zou kunnen worden aan de wereldhandelsverhoudingen. Dat zou ook zonder opheffing van de handelsbarrières tussen Noord en Zuid kunnen. Centraal zou daarbij wel moeten staan dat kleine boeren over de hele wereld beschermd worden tegen “de economische grootmachten van deze tijd en tegen de ongunstige werking van de landbouwmarkten”. En dat is nu precies wat de WTO niet wil. De pagina in Trouw wordt aangevuld met twee ingezonden brieven over Cancún. Adrie Papma van de Novib legt uit dat ze echt niet stonden te juichen en het juist een gemiste kans vonden. En Wendy Agnes Bijlsma uit Hilversum meent dat er best winnaars waren, namelijk “zij die verworven rechten en bescherming niet hoeven af te staan”.

Opmerkelijk

Opmerkelijk nieuws dat de krant (bijna niet haalde):

*) Ook Afrikaanse landen zouden (moeten) overwegen uit de WTO te stappen. Volgens de hoogste handelsafgevaardigde van de Unie van Afrikaanse Landen Vijay Makhan zouden Afrikaanse landen de WTO vaarwel moeten zeggen als de rijke landen nog langer weigeren hun beloftes in te lossen. Cancún zou hem alleen maar in zijn overtuiging gesterkt hebben: “Cancún heeft niets opgebracht wat betreft hun beloftes om armoede te bestrijden en de levensomstandigheden te verbeteren”.

*) Brazilië heeft na de mislukking van Cancún verklaard dat dit ook implicaties heeft voor de vorming van de continentale vrijhandelszone FTAA. Het vrijhandelspact zou volgens de Braziliaanse minister van Landbouw ‘verlamd raken’ als de VS niet bereid zou zijn te onderhandelen over de subsidiëring van de eigen landbouw en industrie. (FD)

*) Een enerverende discussie over Cancún en wie er nu schuldig aan was en beter van wordt is te vinden op de website van de BBC. Mensen uit de hele wereld (nou ja, de engelssprekende dan, en voor zover in bezit van internettoegang…) mengen zich daar in een fel en verfrissend debat. Zie: discussie BBC

*) Het Franse dagblad Libération opende op 16 september met de vraag of de WTO gered moet worden of niet. Vier pagina’s meningen en analyses waarin de vertegenwoordigers van arme landen De Haitiaan Hervé Goutier, woordvoerder van de ACP-landen, de minister van handel van Burkina Faso en de minister van Economie van Argentinië duidelijk maken dat wat hen betreft de tijd voorbij is dat er ‘blind verdragen ondertekend worden’.

B) Terugblik op het falen van Cancún
(door Rob Bleijerveld)

Volgens Shefali Sharma van het IATP in Genève zijn de belangijkste redenen voor het falen van de WTO-top in Cancún dat de WTO niet tegemoet kwam aan de behoeften en verwachtingen van arme staten, en de ondemokratische praktijken waarmee geprobeerd werd een consensus te bereiken.

De onderlinge verhoudingen

De VS en EU hadden in Cancún nauwelijks iets te bieden, op de herhaalde en lege retoriek na dat verdere liberalisering de arme staten voordelen zal opleveren. Ze zijn zeer ambitieus, ook op terreinen waar andere staten niet of niet vergaand wilden onderhandelen. De VS had een aggressieve agenda gericht op de opening van markten in arme staten op het gebied van landbouw, diensten en industriële goederen. Vanuit de eigen nationale belangen steunde ze de EU in diens poging onderhandelingen te forceren op het gebied van twee van de Singapore Issues: Transparantie in Overheidsaanbestedingen en Handelsfacilitatie. De EU was vastbesloten om de arme staten ook onderhandelingen voor de andere twee Issues – Investeringen en Concurrentiebeleid – te laten accepteren. Evenals meer marktopeningen op andere gebieden, maar zonder zelf te willen tornen aan de binnenlandse steun die ze de Europese boeren geeft.

De meeste arme staten willen dat de problemen op landbouw aangepakt worden. Daarnaast zijn velen van hen om verschillende redenen tegen het starten met onderhandelingen over de Singapore Issues. Voor sommigen is niet duidelijk welke gevolgen eventuele akkoorden met zich mee zullen brengen. Anderen hebben nu al problemen met het uitvoeren van de verplichtingen die voortvloeien uit de huidige akkoorden, laat staan dat ze een uitbreiding van de agenda aankunnen. Een derde groep staten denkt er weinig voordeel mee te kunnen behalen terwijl deelname een aanslag betekent op overheidsmiddelen.

Het afgelopen jaar heeft de WTO-leiding steeds geprobeerd de Cancún-top af te doen als ’tussentijdse balans’ bedoeld om de op veel terreinen vastgelopen onderhandelingen weer vlot te trekken. Tijdens de laatste zes maanden van voorbereidingen in Genève was er sprake van veelal ongedokumenteerde vergaderingen en van een niet gereglementeerde rol van voorzitters. Dit leidde tot de opstelling van basisteksten voor de onderhandelingen zonder expliciete goedkeuring door de lidstaten. In augustus was het duidelijk dat de inhoudelijke tegenstellingen tussen groepen staten onoverbrugbaar waren en dat die niet in korte tijd opgelost zouden kunnen worden. Toch besloot de directeur-generaal, in samenwerking met de voorzitter van de Algemene Raad, de ‘Vrienden van de Voorzitters’ en het WTO-secretariaat ‘op eigen verantwoording’ een ambitieus dokument met technische bijlagen op te stellen dat aan de handelsministers toegestuurd werd. Het gaat niet om een echt onderhandelingsdokument omdat de verschillende standpunten niet opgenomen waren. Gebruikelijk is dat alle standpunten tussen ‘vierkante haken’ vermeld staan of weergegeven zijn als opties. Het gaat bij dit dokument echter om een interpretatie van hoe een ‘compromis’ er in de ogen van de WTO-leiding uit moet zien. Het geboden raamwerk en de detaillering van de onderhandelingselementen maakten het onmogelijk om de tegenstellingen tijdens enkele dagen te overbruggen in Cancún.

De weigering van de WTO-leiding om een gebalanceerd basisdokument te produceren leidde er tevens toe dat een aantal groepen van lidstaten vlak voor de opening van de top eigen dokumenten aanboden. Met name landbouw en Singapore Issues waren de onderwerpen waar deze groepen – de G21, de G33 en AU/ACP/MOL’s-coalitie – zich op concentreerden. Ze hebben effectief weerstand geboden aan de pogingen van VS en EU om de top naar hun hand te zetten. Ondanks de zware druk van de rijke staten hielden de coalities tot het eind stand.

Het verloop van de conferentie

Op de eerste conferentiedag, 10 september, werden struktuur van de besprekingen bepaald, werkgroepen ingedeeld, voorzitters en ‘faciliteerders’ benoemd. Er is kort te voren een tekst geproduceerd die als basis moet dienen voor de besprekingen tijdens de top. Noch basistekst noch vaststelling van struktuur en de benoemingen zijn totstand gekomen op demokratische en tranparante wijze.

Van 10 tot en met 12 september vinden er vele vergaderingen plaats van diverse omvang waarbij de inzet is te komen tot verkleining van de verschillen in standpunt tussen de delegaties. Er vinden echter geen direkte, plenaire onderhandelingen plaats waar alle lidstaten aan mee kunnen doen. De voorzitters hebben een sturende rol in de diskussies en er worden geen notulen gemaakt.

Aangewezen personen brengen verslag uit bij Derbez en op basis van hun (niet van te voren door de lidstaten goedgekeurde) bevindingen wordt de basistekst aangepast. Deze herzieningstekst wordt gepresenteerd op zaterdagochtend 13 september. De meeste lidataten hebben grote bezwaren tegen de inhoud, met name waar het landbouw, marktoegang voor industriële goederen en Singapore Issues betreft. Vooral de landbouwvoorstellen zijn slecht nieuws voor arme staten. De meeste standpunten van de tegenstanders van de Singapore Issues gewoonweg niet opgenomen in de tekst. Als onbegrijpelijk wordt ervaren dat het katoen-voorstel van vier West- en Centraal Afrikaanse staten, waarvoor veel steun bleek te zijn, verwijderd is.

Er is die dag een langdurige besloten bijeenkomst van 9 staten (VS, EU, Brazilië, China, India, Kenya, Maleisië, Zuid-Afrika en Mexico). Ze komen er niet uit; de boel loopt vooral vast op de Singapore Issues. De volgende dag, zondag de 14e, buigen zich ongeveer 30 staten, waaronder vertegenwoordigers van de verschillende coalities van arme staten, over de impasse. Ondanks de explicite wens van veel arme staten om eerst te praten over landbouwhervormingen (door de rijke staten) dwingt Derbez hen verder te praten over de Singapore Issues. De EU, de VS, Japan en nog enkele staten willen perse dat er een besluit valt over onderhandelingen op die gebieden. De vertegenwoordigers van de ACP-staten, de lidstaten van de Afrikaanse Unie en de Minst Ontwikkelde Landen blijven bij hun verzet. Daarna kan een deal tussen de EU en VS (weghalen van investeringen en concurrentiebeleid uit het pakket van vier) niet meer baten. Na een overleg-pauze blijken ook daarover de standpunten niet verzoenbaar en Derbez schorst de vergadering: de impasse is blijvend.

Vervolg

Een uur later wordt – weer in besloten kring – door Derbez verklaard dat de de top beëindigd is en er wordt een eindverklaring opgesteld, wederom zonder dat alle leden daarin gekend zijn! In de verklaring wordt gesteld wordt dat de besprekingen in Genève verder zullen gaan en dat de Algemene Raad van de WTO op of voor 15 december 2003 bijeen zal komen om de voortgang te beoordelen. Tevens is het bedoeling dat dan aktie zal worden ondernomen zodat de Doha Ronde succesvol en op tijd afgerond kan worden.

C) Een hete actieweek in Cancún?
(door Robin van Stokrom)

De lange actieweek in Cancún tijdens de WTO-conferentie is alweer een tijd achter ons, maar een overzicht en evaluatie van de gebeurtenissen en acties in Cancún hadden we in WTO-ZIP nog niet gegeven. Hierbij een samenvatting en de belangrijkste kritiekpunten die activisten hebben.

Een dramatische climax in het begin van de week kondigde de (tijdelijke) ondergang van de WTO aan. Een boer uit Zuid-Korea, Lee Kyang Hae, stak zichzelf met een mes uit protest met WTO-politiek. Het moment van het gebeuren sprak boekdelen: vlak nadat er een felle confrontatie met de Mexicaanse politie was ontstaan tijdens een grote boerendemonstratie op 10 september. De Koreaan stierf enkele uren later in het ziekenhuis en zijn dood legde een grote druk op de WTO-onderhandelingen. Hoewel de zelfdoding vaak gepresenteerd is als incident, zijn de feiten anders. In Zuid-Korea zijn meer boeren tot deze daad gekomen als gevolg van de liberaliseringen in de landbouw, en vooral in India komt het regelmatig voor. Dit jaar hebben tweehonderd boeren in India zelfmoord gepleegd.

De confrontaties met de politie ontstonden nadat het grote hek dat de rode “veiligheidszone” rond de WTO-conferentieruimte en de hotelzone moet beschermen, doorbroken werd. Dit gebied rond de politieblokkade staat bekend als Kilometer Zero. Volgens diverse berichten ontstonden de confrontaties met de politie, nadat uit een groep achter de eerste groep stenen naar voren werden gegooid, die mede-activisten raakten. Zo’n situatie ontwikkelde zich ook tijdens protesten tegen de EU en Fort Europa in Griekenland, zomer 2003, waarbij activisten in beschermende kledij op geweldloze wijze door de politielinie probeerden te breken, maar de groep achter hen met stenen begon te smijten. Dit was niet volgens afspraak en activisten in Cancún weten nog steeds niet of wat in Cancún gebeurde nu door andere activisten kwam, of dat het provocateurs waren die de stenen gooien. Wat er ontwikkelde was een behoorlijke confrontatie met de politie, die zelf ook met stenen smeet en traangas inzette. Na verloop van tijd riepen boerenleiders met megafoons de activisten vooraan terug. De bedoeling van de mars was overigens om een verklaring voor te lezen in het WTO gebouw. Het hetwerk bij Kilometer Zero stond daar om de boeren tegen te houden.

De boerendemonstratie was niet de eerste activiteit in Cancún. Voordat de meeste boeren en andere activisten aankwamen, was er een festival van media-activisme. Ook was er een groen kamp opgezet. Dit kamp moest als voorbeeld dienen voor de alternatieven die de beweging presenteert, met lokaal beheerd voedsel, water en energie, als tegengesteld aan beheer door bedrijven. Duizenden mensen verbleven in het tentendorp.

Het eerste protest was gericht tegen de onmogelijkheid van de WTO om dieren, biodiversiteit en natuur te beschermen. Tweehonderd dolfijnen liepen door de stad. Een naaktprotest op het strand wist de volgende dag, maandag 8 september, de nodige media-aandacht te trekken. Ruim tien activisten vormden de woorden NO WTO. Aan het eind van de week werd zo’n protest herhaald en spelden de activisten: We are winning. De dag voor de boerendemonstratie was er een mars van studenten. Vooral uit Mexico-stad waren veel studenten in een karavaan bussen naar Cancún gekomen. Zij deden een symbolische bestorming van het hekwerk rond de Kilometer Zero zone.

Na de boerendemonstratie verlieten veel boeren de stad weer. Donderdag was het dan ook weer wat rustiger in de stad. Wel hielden vooral boeren uit Zuid-Korea bijna continu herdenkingsbijeenkomsten en wakes bij de ingang van de rode zone, Kilometer Zero. Donderdag was er nog wel een mars van zo’n duizend activisten door de stad, op zijn Argentijns met potten, pannen en lepels. Een filiaal van Burger King werd daarbij een beetje vernield. In een lokale krant verscheen daarna het commentaar dat de actie goed te begrijpen was, aangezien demonstreren bij de WTO vrijwel onmogelijk was voor hen.

Op vrijdag kwamen acties weer volledig op gang. In de vroege ochtend bezetten drie activisten een hoge kraan en hingen een enorm spandoek op, dat te zien was vanuit het WTO-conferentiecentrum. Op het spandoek stond de duidelijke tekst: “Que Se Vayan Todos”, “Ze moeten allemaal vertrekken”. Veertien uur hielden ze het vol. In de avond wist een grote groep van ruim honderd activisten de belangrijkste weg naar de Conferentiecentrum te bezetten binnen de Rode Zone. Zij hadden zich als toeristen verkleed en wisten in kleine groepjes het gebied binnen te dringen. Na vier uur feest op straat, het neerzetten van twee bomen op de autoweg en onderhandelingen met de politie, wisten ze zelf voor elkaar te krijgen dat er bussen kwamen, om ze naar Kilometer Zero te brengen. De volgende dagen wisten verschillende basisgroepen dit te herhalen en werden de toegangswegen opnieuw bezet. Op deze dag. vrijdag, werd ook een oud restaurant gekraakt. Het stond al jaren leeg. Na schoongemaakt te hebben, werd voedsel bereid en gratis uitgedeeld door de activisten.

De dag van de grote demonstratie was zaterdag. Tienduizend activisten liepen in een grote mars naar Kilometer Zero. Daar was het hekwerk, dat inmiddels herbouwd en verstevigd was, het doelwit. Twee strategieën waren bedacht. Eerst knipte een blok vrouwen met gereedschap het binnenwerk van het hek weg. Zij werden daarbij door een cordon van activisten afschermd tegen macho-activisten en journalisten. Daarna hingen de Zuid-Koreanen zware touwen aan het hekwerk en werd de rest van het hek naar beneden getrokken door tientallen activisten, onder luid gejuich en het roepen van “Tira! Tira!”.

Samenwerking tussen het “zwarte blok” en boerengroepen verliep hierbij in eerste instantie goed – er was goede wisselwerking – maar er waren ook wrijvingen. Activisten van het zwarte blok beschermden de rest van de demonstranten tegen aanvallen van de politie. Na een tijdje echter vonden “boerenleiders” dat iedereen moest gaan zitten om te luisteren naar speeches. Duizenden volgden het verzoek op en de speeches werden vertaald in diverse talen. De protestdynamiek ging hierdoor weliswaar verloren, maar aan de andere kant werd een zinloos gevecht met de politie voorkomen. Toch werden later de zwart-blokactivisten opgedragen ook te gaan zitten, terwijl zij juist bezig waren de zittende activisten te beschermen tegen de politie die dichter bij kwam en al enkele wegen heroverd had. De boerenleiders wilden niet dat het “zwarte blok” barricades opwierp, maar dat de activisten een menselijke keten vormden om de politie tegen te houden. Na een uur van speeches werd nog een grote vlag van de VS verbrand en klommen velen op de restanten van het hek. Met samba-tonen van een bekende band uit Seattle en een Mexicaanse band, trok de demonstratie later weer weg van Kilometer Zero.

De activisten die terugblikken op de protesten, geven aan dat het een goede week was. De protesten waren divers en dynamisch. Maar het had beter geweest kunnen zijn, is een van de conclusies. De samenwerking tussen de diverse groepen tijdens de acties verliep over het algemeen goed. De coördinatie tussen de activisten en basisgroepen buiten de acties om was haast clichématig gebrekkig. Over het algemeen wijzen zij naar het ontbreken van een protestbeweging en infrastructuur in Cancún zelf. Vooral het verlangen om de WTO te stoppen en de energie die je krijgt van acties, hebben bijgedragen aan de felheid van de protesten.

Opvallend genoeg zijn er geen arrestaties uitgevoerd, viel het aantal gewonden mee en heeft de politie zich niet enorm verschrikkelijk gedragen – mede omdat de internationale pers er meestal boven op zat en omdat de Mexicaanse staat geen slecht imago wenste te krijgen. Diverse commentaren en delegatieleden uit het Zuiden wijzen erop dat de protesten geholpen hebben in het steunen van hun standpunten tegen de macht van Noordelijke lidstaten. Ook de protesten binnen het WTO-terrein door NGO’s, tijdens de openingsdag en tijdens persconferenties, droegen bij tot een positieve anti-WTO sfeer.

Een overzicht van de gebeurtenissen is te vinden op Indymedia Cancún
De meeste (ook Nederlandstalige) verslagen over acties in Cancún staan gelinkt op de overzichtspagina van Indymedia.nl

D) Vrijhandelsverdrag FTAA onder druk door mislukking WTO-conferentie
[oorspr.: ALCA onder druk door mislukking WTO-conferentie]
(door Peter Gelauff, Noticias)

De halsstarrige poging van de Europese Unie op de conferentie van de Wereld Handels Organisatie (WTO), gehouden in Cancún México van 10 tot 14 september j.l. om nieuwe onderwerpen aan de onderhandelingsagenda toe te voegen alvorens over de landbouwthema’s te willen onderhandelen, heeft waarschijnlijk vergaande gevolgen voor de volgende gespreksronde over de Vrijhandelszone van de Amerika’s, beter bekend als ALCA of FTAA, die op 20-21 nov. a.s. zal plaats hebben in Miami.

Cancún, zo was de ontwikkelingslanden in 2001 tijdens de vorige WTO-bijeenkomst in Doha door de ‘rijke landen’ (Europa, de VS en Japan) toegezegd, zou eindelijk ingaan op de gerechtvaardigde eisen van de arme landen aangaande de verlaging of zelfs afschaffing van de landbouwsubsidies en importheffingen van de rijke landen, waardoor de arme landen met hun landbouwproducten beter zouden kunnen concurreren op de internationale markt. De EU, met de Nederlandse Minister Brinkhorst als vice-voorzitter van de conferentie aan het hoofd, eiste nu echter dat eerst vier zogeheten ‘Singapore issues’ in de onderhandelingen zouden worden opgenomen en dat er anders geen landbouwakkoord zou komen.
Deze vier onderwerpen, tamelijk willekeurig afgeleid van de slotverklaring van de Ministersconferentie van WTO-landen in 1996 in Singapore, hebben vooral betrekking op meer investeringsvrijheid voor met name de rijke landen. Nationale wetgevingen zouden moeten worden aangepast om de internationale handel meer de ruimte te geven, douaneprocedures moesten met datzelfde doel worden vereenvoudigd, overheidsbestedingen zouden transparanter moeten verlopen en zelfs antidumping maatregelen zouden opgeheven moeten worden.

De belangrijkste reden van de EU-delegatie om deze nieuwe onderwerpen eerst op de agenda te willen hebben, lijkt echter vooral het onvermogen te zijn van de EU zelf om het intern eens te worden over het landbouwbeleid, waardoor de delegatie geen enkele ruimte had om werkelijk te onderhandelen. In weerwil van veel officiële jammerklachten was een mislukking voor de Europeanen te verkiezen boven serieuze toegevingen aan de arme landen. Vooralsnog huilt delegatieleider Brinkhorst dan ook krokodillentranen als hij zegt dat de ernstigste consequentie van de mislukking van Cancún is dat de armste landen hun landbouwproducten nu nog jarenlang niet kwijt kunnen op de westerse markten. De Europese landen zijn daar om zeer uiteenlopende redenen namelijk volstrekt niet in geïnteresseerd.

De vooruitzichten op de komende besprekingen over de ALCA, de vrijhandelszone die op den duur alle landen van Noord en Zuid Amerika moet gaan omvatten, en waarover op 20-21 november in Miami verder wordt gepraat, zijn er na de mislukking van Cancún niet vrolijker op geworden. Weliswaar presenteerde de Noordamerikaanse Handelsattaché Robert B. Zoellick aan het einde van de conferentie de komende ALCA-meeting als ‘een nieuwe kans’, maar zijn bezorgde gezicht sprak boekdelen. Weliswaar zijn er na Cancún geen landen die hebben afgezegd voor Miami, maar zij hebben wel aan zelfvertrouwen gewonnen, nu zij het dictaat van de rijke landen hebben weten te weerstaan én ze verdedigen nog steeds de stellingen, waarvan de VS gehoopt hadden dat ze in Cancún van hun scherpte zouden zijn ontdaan.

Vooral de nieuwe Groep van 23, waar Brazilië en Argentinië deel van uitmaken, heeft in Cancún rechtstreeks de aanval geopend op de VS Farm Bill 2002, waarin de Amerikaanse boer, geheel tegen de idee van vrijhandel in, allerlei overheidssteun beloofd wordt om de toekomst van de Amerikaanse boerenstand te garanderen. Zo willen Argentinië en Brazilië hun markten voor citrusfruit en suiker vergroten, twee grote industrieën in Florida. De VS onderhandelingsdelegatie naar de ALCA besprekingen heeft echter van de regering nog minder onderhandelingsmarge gekregen dan de delegatie naar de WTO. Bij de ALCA weegt het soortelijk gewicht van de VS veel zwaarder dan bij de WTO, waar elk land in beginsel een even zware stem heeft. Volgens ingewijden speelt Brazilië, dat uit de WTO-conferentie te voorschijn kwam als een van de belangrijke leiders van de ontwikkelingswereld, hoog spel als het in Miami probeert de VS uit te dagen. De handelsexpert van het North-South Center van de Universiteit van Miami, Robin Rosenberg, kan het niet duidelijker zeggen: ‘In de ALCA hoeven de VS Brazilië geen vetorecht toe te staan over een regionale overeenkomst.’

Van de andere kant staat Brazilië niet alleen. Ook de andere Mercosur-landen Argentinië, Paraguay en Uruguay hebben het landbouwdossier hoog op de agenda staan en zij zouden wel eens de voorkeur kunnen geven aan een bilateraal handelsakkoord met de VS in plaats van een continentaal akkoord. Tenslotte zijn Canada, México en Chili hen daar al in voorgegaan en denken landen als Colombia, Peru en Ecuador ook dat een bilateraal akkoord hen meer te bieden kan hebben dan de allesoverkoepelende ALCA. Of zoals de handelsexpert Roberto Bouzas van de Universiteit van San André in Argentineë zegt: ‘Er zijn problemen die zich moeilijk in multilateraal verband laten oplossen, maar wel in bilateraal of regionaal verband – met name die tussen ontwikkeld en ontwikkelingslanden.’

Dit artikel is reeds gepubliciceerd op de speciale globaliseringspagina van Noticias.nl.

Naschrift:
(door Rob Bleijerveld)

Volgens het artikel “Machtsblok ontwikkelingslanden vertoont scheuren” op de OneWorld website overwegen zes van de dertien Latijns-Amerikaanse landen die van de G23 deel uitmaken af te haken. Zij zouden vrezen vrijhandelsverdragen met de Verenigde Staten mis te lopen.
El Salvador stapte al voor het einde van de handelstop in Cancun uit het samenwerkingsverband. Waarnemers vermoeden dat Colombia, Costa Rica, Chili, Guatemala, Mexico en Peru dit voorbeeld nu zullen volgen.
Volgens een Mexicaanse expert in economische integratie zullen alleen Argentinië, Brazilië, Venezuela en Cuba een tegengewicht bieden tegen de Amerikaanse dominantie. Ze hebben overeenkomstige commerciële belangen en worden bestuurd door linkse regeringen.
Onduidelijk is wat de progressieve regering van Ecuador zal besluiten. En ook of Paraguay en Uruguay de voorkeur zullen geven aan handelsbanden met hun huidige Mercosur-partners van Argentinië en Brazilië, of met de VS.
Bron: IPS, van 23 september. Zie:
hier op oneworld

E) Irak: reden tot een borrel?
(door Rodrigo Fernandez, bewerkt door Rob Bleijerveld)

Een week na het mislukken van de WTO top in Cancun heeft de voorlopige executieve macht van Irak een merkwaardig besluit genomen. De tot voor kort staatsgeleide economie zal in snelvaart tempo toegankelijk worden gemaakt voor buitenlandse investeringen. De voorwaarden waarop de buitenlandse investeringen mogen plaatsvinden, laten zien dat met of zonder een WTO besluit over buitenlandse investeringen (een van de zogenaamde Singapore issues) de neoliberale trein doordendert.

Irak wordt omgeven door vraagtekens over waarom de oorlog gevoerd werd en hoe het nu verder moet. Het kapot geschoten land dat na jaren van embargo vele gebreken kent heeft buitenlands kapitaal nodig. Het doet me denken aan een bank die ooit werd opgericht om Europa te herbouwen. Die bank is de Wereld bank. Vorig weekend vergaderde die samen met het IMF in Dubai.

Op deze jaarlijkse top van de Bretton Woods instellingen – waar de ministers van de G-7 nog even bleven naborrelen – werd de boodschap van de Irakese ‘minister’ van financiën met geheven glas welkom geheten. Na het debacle van Cancun was het weer fijn om zonder tegenspraak verder te werken aan de neoliberale utopie.

Deze neoliberale utopie wordt tegengewerkt door mensen die niet begrijpen hoe de mens en de wereld in elkaar steken, zo stelt de hoofdeconome van het IMF Anne Krueger. Het is door het eigenbelang van mensen, bedrijven en landen dat de ware potenties naar boven komen drijven. Ontwikkeling vind plaats door ongelimiteerde concurrentie, zo vind ieder zijn plek. Analoog aan de boodschap van Thomas van Aquino die stelde dat de economische functie van ieder door god gegeven is, stellen de ware idealisten onder ons dat de markt de weg wijst.

Kapitaal moet op zoek naar bedrijvigheid evenals arbeid op zoek gaat naar werk. Al zoekende naar het meest winstgevende, in concurrentie met ander kapitaal, toont het de wereld wat ze zoekt. Op die manier kunnen landen zich aanpassen, zich netjes aankleden, rustig in de rij staan en afwachten. Landen die zich niet aanpassen aan de wens van het mobiele kapitaal en dus niet hun sociale rechten, milieu bescherming, belastingstelsel en ruimtelijke ordening veranderen krijgen geen bezoek.

Deze neergaande spiraal aan regelgeving die voortkomt uit landen die zich aanpassen aan de wensen van mobiel kapitaal is een belangrijk element van wat tegenwoordig globalisering wordt genoemd. Het is direct gerelateerd aan de toegenomen mobiliteit van kapitaal. Dit komt doordat de restricties op kapitaalbewegingen in de jaren ’70 zijn afgebouwd (liberalisering en deregulering) en de hieraan gerelateerde explosieve ontwikkeling van de internationale kapitaalmarkten in de jaren ’80 en ’90.

De Keynesiaanse orde die bestond tussen de Tweede Wereldoorlog en de jaren ’70 was juist gebouwd op de idee dat kapitaal niet mobiel zou zijn. In de woorden van Keynes: “Freedom of capital movements is an essential part of the old laissez-faire system and assumes that it is right and desirable to have an equalisation of interest rates in all parts of the world (.) In my view the whole management of the domestic economy depends upon being free to have the appropriate rate of interest without reference to the rates prevailing elsewhere in the world. Capital control is corollary to this.”

Toen de doos van Pandora geopend werd en het kapitaal landen tegen elkaar opzette – met steun van de Wereld Bank het IMF en later de WTO – brak een nieuw moment aan. Nu dertig jaar later zijn de gevolgen goed zichtbaar en kunnen we inschatten wat de gevolgen voor Irak zullen zijn.

De VS heeft gekozen om het turbokapitalisme in te voeren in Irak door te gaan voor de snelle privatisering, deregulering en liberalisering van de investeringsregels. Los van de reeds explosieve toestand in Irak zal deze overhaaste beslissing de fouten die gemaakt zijn in Rusland en de Oostbloklanden snel overschaduwen. In die landen is geleerd hoe slecht het is om in een situatie van chaos en gebrek aan transparante regels aan het privatiseren te slaan.

Van dit alles wordt niets geleerd door de neoliberale idealisten die zich onbegrepen voelen door anders-globalisten en zich verschansen in beschermde conferentieoorden. Het naborrelen van Cancun was in Dubai, laten we hopen dat dit het laatste was.

——————————-
Kader: ‘investeringen’ toegelicht

‘Investeringen’ ofwel directe buitenlandse investeringen (FDI) worden opgedeeld.in nieuwe of productieve investeringen enerzijds en overnames en fusies anderzijds.
Bij FDI van het eerste type komt buitenlands kapitaal een land binnen om een nieuwe fabriek of ander type productiecapaciteit op te bouwen.
Bij het tweede type wordt een bestaande hoeveelheid productiecapaciteit opgekocht en/of wordt gefuseerd met een buitenlands bedrijf. Er vindt dan een concentratie van kapitaal plaats en de productiecapaciteit zelf wordt niet vergroot. De gehele wereldproductie neemt niet toe, maar wordt gecontroleerd door een dalend aantal grote ondernemingen. Kortweg: de invloed van grote TNC’s neemt toe zonder dat er meer productie is. Het CEPR uit Washington noemt dit cynisch: The emperor has no growth.
Uit UNCTAD-cijfers (World Investment Report 2000) blijkt dat privatisering in combinatie met kapitaalsmobiliteit, deregulering en liberalisering heeft geleid tot een overname van de mondiale productiecapaciteit en handel door TNC’s. De koek is herverdeeld en op wereldschaal nauwelijks gegroeid. Was de groei op wereldschaal in de periode 1960- 1980 nog 83%, in de periode 1980-2000 was deze 33%.

F) Cancún evaluatie-activiteiten

* Hoe verder na Cancun?
Was de WTO top een mislukking of een overwinning?

Op zaterdag 27 september zullen vertegenwoordigers van ngo’s, vakbonden, activisten, ambtenaren, andersglobalisten en ontwikkelingsorganisaties zich over deze vraag buigen.

Waar: zalencentrum Concordia, Hoge Zand 42, Den Haag (centrum)
Wanneer: 27 september van 11.00 tot 15.00 uur

Georganiseerd door het GATS-platform.
Meer informatie: 020-6126368 of

* (Engelstalige) ‘post-Cancún WTO Conference’

Op 30 september organiseren het Clingendael Instituut, de Universiteit van Utrecht, het Centre for Latin American Research and Documentation (CEDLA), in samenwerking met het ministeries van Buitenlandse Zaken en van Economische Zaken een (Engelstalige) ‘post-Cancún WTO Conference’.

Ministers, wetenschappers, politici, medewerkers van Wereldbank, EU en NGO’s zullen daar de uitkomst van de WTO-top bespreken.

Clingendael Instituut, 30-9 van 12.30 tot 17 uur
Meer info en opgeven bij Marinella Wallis, Coordinator WTO Project, Keizersgracht 397, 1016 EK Amsterdam (tel: 020-525 3240)
email: website: cedla

* Lezing ‘De WTO Top van Cancún: Wat volgt voor Latijns Amerika?’

Lezing op vrijdag 3 oktober (vanaf 15.30 uur), bij het CEDLA, Keizersgracht 397, 1016 EK Amsterdam

Sprekers: Pitou van Dijck (CEDLA), Gerrit Faber (Utrecht School of Economics), Margriet Kuster (Ministerie van Buitenlandse Zaken)

Hoe moeten wij de uitkomst van Cancún beoordelen, is de Top in Cancún mislukt of niet? Wat zijn de consequenties voor de verschillende (groepen van) landen in Latijns Amerika. Wat betekent dit voor de voortgang van de onderhandelingen over die andere grote onderneming, de Free Trade Area Of the Americas (FTAA). En zal de verhouding met de Europese Unie drastisch gaan veranderen?

President Lula gaf als eerste reactie op de afloop van Cancún dat hij nog optimistisch was over het vervolg. Maar er komen ook pessimistische geluiden vanuit Latijns Amerika.
De lezing op 3 oktober zal een goede gelegenheid geven om van gedachten hierover te wisselen met drie sprekers die op de Cancún Top aanwezig waren, zowel vanuit het beleid als vanuit de wetenschap.

Marinella Wallis
tel:020-5253240
mail:wallis@cedla.uva.nl

colofon

Nieuwsbrief over ontwikkelingen rondom Wereld Handels Organisatie WTO. Deze dagelijkse uitgave is een initiatief van de Werkgroep Globalisering Delft-Den Haag en XminY Solidariteitsfonds.
De Cancun-uitgaves van WTO.ZIP zijn mogelijk gemaakt door steun van het NCDO. Aan dit bulletin hebben meegewerkt: Robin van Stokrom, Kees Stad, Rob Bleijerveld en Rodrigo Fernandez.
Stuur mededelingen, copy of reacties naar:WTO.ZIP-dagelijkse Cancún en meer over globalisering is te vinden op de https://www.globalinfo.nl en http://www.indymedia.nl. Voor gratis email-abonnement, mail naar

(Dit artikel was oorspronkelijk op GlobalInfo gepubliceerd door diversen.)