Dictatoriale kanalen en de burgerrechten in Nicaragua
In april is het een jaar geleden dat Nicaragua een ware volksopstand beleefde, die met ongekend zware repressie van regeringswege de kop werd ingedrukt. Mensenrechtenactiviste Mónica López Baltodano kwam op 23 maart in De Pletterij in Haarlem de balans helpen opmaken.
(Door Kees Stad, foto’s Dik Bol, Monica links, Julienne rechts)
Monica is advocate en heeft een belangrijke rol gespeeld in de milieubeweging Popol Na, die vooral bekend werd door de strijd tegen het beruchte Interoceanische kanaal dat ook nu centraal stond in het programma. Haar moeder is een beroemdheid in Nicaragua, eerst vanwege haar heldhaftige rol bij het verzet tegen dictator Somoza en daarna vanwege de hoge posten die zij bekleedde in de Sandinistische regeringen. In 2005 stapte ze uit de Sandinistische Partij en hielp de MRS op te richten, de Movimiento por el Rescate del Sandinismo. Toen ging het al om de corruptie en de autoritaire tendensen in de top van de Sandinistische Partij onder leiding van Daniel Ortega.
Dochter Monica heeft vanwege haar uitgesproken standpunten over diezelfde president en regering inmiddels het land moeten ontvluchten. De ngo Popol Na is – evenals vele basisorganisaties in het land die de kant van de oppositie hebben gekozen – haar rechtspersoonlijke status ontnomen.
Het gesprek met haar in de Pletterij wordt geleid en meteen vertaald door Julienne Weegels van het CEDLA, het Centrum voor Latijns Amerika Studies van de Universiteit van Amsterdam.
De inleiding door Monica Baltodano is tamelijk koel, maar vertelt over het huiveringwekkende verloop van de gebeurtenissen die zonder veel spektakel begonnen. Er waren hervormingen aangekondigd van het pensioenstelsel waar op 18 april vooral ouderen tegen te hoop liepen. Die werden hardhandig aangepakt door ordetroepen, maar dat kwam vaker voor en er vielen nog geen doden. Dat veranderde toen studenten zich bij de pensioenprotesten voegden.
Studenten waren al een tijd aan het actievoeren, onder andere vanwege nalatig handelen door de overheid in het beschermen van natuurreservaat Indio Maiz in het zuidoosten van het land. In die streek zijn veel landconflicten. Iets noordelijker is de strook waar Ortega een omstreden interoceanisch kanaal heeft gepland, dat tientallen miljarden moet gaan kosten en waarvoor veel boeren onteigend zouden moeten worden. Die boerenbevolking protesteert daar al jaren tegen. Ver weg van de camera’s van de hoofdstad worden hun mensenrechten al jaren op alle mogelijke manieren geschonden.
Opstand en repressie
Toen de studenten zich achter de pensioenacties schaarden, reageerden de autoriteiten volslagen overstuur. Naar de precieze redenen daarvoor blijft het gissen, maar het lag in ieder geval niet aan de demonstranten. Want die gebruikten toen geen geweld. Even later vielen de eerste doden onder de demonstranten. Dat had tot gevolg dat er nog veel meer studenten de straat op gingen en verschillende universiteiten en scholen bezetten. Die kregen opnieuw te maken met zware repressie, waarbij opnieuw doden vielen. Daarop verspreidden de protesten zich over het hele land. Het was kennelijk een uitbarsting van lang onderdrukte wrevel onder een groot deel van de bevolking, gemengd met spontane solidariteit met de slachtoffers van repressie. Dit gaf duidelijk aan dat de maat vol was. In het hele land werden wegen gebarricadeerd waardoor veel steden en dorpen weken- en in sommige gevallen maandenlang ontoegankelijk waren. Die barricades werden soms aangevallen door politie, andere keren door knokploegen van de Sandinistische Partij (en vooral hun jongerenafdeling) en paramilitaire groepen.
Het land is in korte tijd in een ware politiestaat veranderd. In twee maanden tijd vielen meer dan 300 doden, bijna uitsluitend onder de demonstranten, en er zijn momenteel zo’n 800 politieke gevangenen, waarvan een deel onder erbarmelijke omstandigheden vast zit. Ook is een onbekend aantal regeringstegenstanders spoorloos verdwenen en waarschijnlijk vermoord. Naar schatting veertigduizend mensen zijn het land gevlucht, vooral naar Costa Rica. Een hele serie Niet-Gouvernementele Organisaties is illegaal verklaard en het is niet mogelijk om als oppositiegroep te vergaderen, te demonstreren of bijeen te komen. Wie in verband wordt gebracht met oppositionele activiteiten, loopt meteen gevaar om gearresteerd te worden, of zelfs vermoord.
Dat geldt ook voor journalisten, waarvan er minstens 60 in het buitenland zitten. Van de drie mensenrechtenorganisaties zijn er twee gesloten en zijn de medewerkers ondergedoken of het land uit. Het kantoor van de vermaarde mensenrechtenorganisatie CENIDH werd in december 2018 overvallen door de politie, nadat de juridische status van de organisatie ongeldig was verklaard. Een moeilijk te schatten aantal mensen is verdwenen. Dat zou onder andere het verschil kunnen verklaren in de lijst politieke gevangenen van de oppositie (ruim 800) en de lijst die de regering hanteert (zo’n 300). Het lot van een groot aantal gevangenen is onduidelijk en ze zouden kunnen zijn vermoord en begraven.
Voorgeschiedenis
Mónica López Baltodano vertelt kort over de voorgeschiedenis van de sociale bewegingen in het land. Sommige daarvan verzetten zich al jaren tegen Ortega, die opnieuw aan de macht kwam in 2007. Hij was toen een verbond aangegaan met zeer conservatieve sectoren in het land (waaronder de Katholieke Kerk en had een voormalig contra-leider als running mate) en de zakenwereld. Met name de vrouwenbeweging heeft vanaf het begin fel verzet geboden tegen zijn conservatieve agenda (waaronder een streng verbod op abortus), niet in de laatste plaats omdat Ortega door zijn stiefdochter van misbruik werd beschuldigd. Maar ook andere sectoren waren van meet af aan in de oppositie, waaronder vooral de boeren in het zuidoosten waar het kanaal aangelegd zou moeten worden. En ook milieu-activisten, inheemse bewoners en mensenrechtenorganisaties waren zeer actief. Het is dus niet zo, aldus Monica, dat we op 19 april ineens wakker werden. Het verschil is wel dat toen alles bij elkaar leek te komen en samen in actie kwam.
Monica vertelt hoe studentenleiders zich hebben verontschuldigd bij de vertegenwoordigers van de boeren die tegen het Kanaal hadden gestreden. Die hadden jarenlang al zware repressie te verduren gekregen zonder dat de studenten er voor de straat waren opgekomen. Maar andersom kwamen de boeren wel meteen voor de studenten op…
Dialoog
Na weken en maanden van rellen en repressie kwam er langzaam een proces van onderhandelingen op gang, dat uitmondde in een chaotische dialoog. Hieruit ontstond de brede oppositiebeweging UNAB, waar de door de werkgevers gedomineerde Alianza Civica, deel van uitmaakt. De UNAB pretendeert alle democratische, niet gewelddadige groeperingen die zich tegen de huidige regering keren, te bundelen. Ook de Articulacion de Movimientos Sociales, die de meer activistische groepen als de studenten omvatten en waar Monica een van de leidsters is, maken deel uit van de UNAB.
Nadat de eerste onderhandelingsronde eind vorig jaar door de regering afgeblazen werd, is er recent een nieuwe dialoog uitgeroepen. De Alianza Civica, de organisatie van grote zakenlieden en enkele onafhankelijke kopstukken van onbesproken signatuur, onderhandelt achter gesloten deuren met een door Ortega samengestelde onderhandelingsdelegatie. Het dilemma is nu of geeist moet worden dat de dialoog transparant en verbreed wordt of helemaal afgewezen moet worden totdat de politieke gevangenen vrij en de burgerrechten hersteld zijn. Een lastige vraag omdat de dictatuur alle protesten met geweld de kop indrukt en geen enkele ruimte laat aan de oppositie. Dat maakt het praktisch onmogelijk om druk uit te oefenen om de onderhandelingen in goede banen te leiden.
Half maart vond er voor het eerst weer een demonstratie plaats, waarbij bijna tweehonderd mensen op werden gepakt (waaronder de moeder en zus van Monica). Ze werden echter dezelfde dag weer vrijgelaten, hetgeen als een positieve ontwikkeling wordt gezien!
Baltodano legde aan de zaal het dilemma voor en leek te worden gesteund in haar standpunt dat er een stel grondeisen zijn die eerst moeten worden vervuld.
Ze somde ze op:
*) Vrijlating van alle politieke gevangenen en de vernietiging van alle vonnissen tegen hen,
*) Herstel van de politieke vrijheden (zoals van vergadering, demonstratie, pers etc.),
*) De mogelijkheid tot terugkeer van de mensen die naar het buitenland zijn gevlucht,
*) Terugkeer van de internationale mensenrechtenorganisaties, zodat die hun werk en monitoring kunnen doen,
*) Ontwapening van de paramilitaire groepen.
En eigenlijk geldt het ook voor de eis dat Ortega en Murillo moeten aftreden. Maar die lijkt helemaal onhaalbaar. Daarom wordt van de regering allereerst verlangd dat die aantoonbaar bereid is om deze dialoog aan te gaan en structurele oplossingen te bereiken. Monica Baltodano verklaarde na afloop over deze kwestie dat er elf maanden lang geëist is dat de president en zijn vrouw – tevens vicepresident – zouden aftreden. Het overgrote deel van de bevolking vindt dat nog steeds. “Natuurlijk vinden wij dat ook, dat ze niet aan zouden kunnen blijven. Het is alleen nu geen harde voorwaarde om aan onderhandelingen te beginnen. Ze moeten onze rechten en vrijheden herstellen en dan kunnen we gaan praten over een overgang naar een betere situatie.”
Pas na het inwilligen van de overige eisen kunnen er dus onderhandelingen beginnen over de noodzakelijk hervormingen, zoals aanpassing van het kiesstelsel, hervorming van politie en justitie, en het berechten van mensenrechtenschenders.
Ortega, die voorlopig alleen over het eerste punt wil praten, heeft aangeboden om alle politieke gevangenen binnen 90 dagen vrij te willen laten. De regering hanteert echter een beperkte lijst van gevangenen en stelt bovendien de voorwaarde dat er in de tussentijd geen demonstraties plaatsvinden. In feite worden de gevangenen als gijzelaars gebruikt, volgens Monica Baltodano.
Het eerste deel van de avond werd besloten met het maken van een groepsfoto om de gevangenen een hart onder de riem te steken. En met de oproep om zoveel mogelijk te ondernemen om oppositiegroepen te ondersteunen in deze duistere dagen.
Na de pauze werd uitvoeriger ingegaan op het miljardenproject van Ortega en zijn zakenlieden om een kanaal aan te leggen dat scheepvaartverkeer tussen de Atlantische en de Stille Oceaan mogelijk te maken (een tweede ‘Panamakanaal’). Ortega is daarvoor in zee gegaan met een mysterieuze Chinese geldschieter, die al enige tijd van de aardbodem verdwenen lijkt te zijn. Het project zou betekenen dat een heel gebied onteigend zou moeten worden en dreigt ecologisch en sociaal dramatische gevolgen te krijgen. Daarover in een later verslag meer.
Zie hier een opname van de live-stream van (een groot deel van) de avond