Brussel: Ibrahima stierf op politiebureau
Ibrahima werd het zoveelste dodelijke slachtoffer van de politie. Er blijft nog veel onduidelijk over zijn overlijden in een politiekantoor aan het Noordstation in Brussel. Er zijn volgens het parket ondertussen wel al voldoende feiten opgedoken om een onderzoek te openen wegens onvrijwillige doodslag.
(Door Christophe Callewaert, oorspronkelijk verschenen bij DeWereldMorgen)
Zaterdag rond 19u bevond Ibrahima zich bij het Noordstation. Hij zag hoe de politie een groep mensen controleerde in het kader van de coronamaatregelen en haalde zijn gsm boven. Toen hij begon te filmen, keerden enkele agenten zich tegen hem. Hij werd bang dat hij ook opgepakt zou worden en liep weg. De politie haalde hem in, sloeg hem in de boeien en bracht hem over naar het commissariaat aan de achterkant van het Noordstation waar hij kort daarna het bewustzijn verloor. Hij werd overgebracht naar het Sint-Jansziekenhuis en overleed daar om 20u22.
Wat er zich in die tussen zijn arrestatie en de aankomst in het politiekantoor afspeelde, moet het onderzoek uitwijzen. Volgens Alexis Deswaef, de advocaat van de familie, is ondertussen wel bekend dat Ibrahima zich in het politiekantoor onwel voelde. “Hij ging op een stoel zitten. Hij verloor het bewustzijn en gleed van de stoel. Gedurende lange minuten, 5 tot 7 minuten, liet de politie hem daar liggen. De politie liet Ibrahima sterven,” aldus Deswaef.
Het parket laat intussen weten aan de familie van Ibrahima dat er een onderzoek is geopend wegens onopzettelijke doodslag. Het Vast Comité P heeft ook een onderzoek geopend. Zij zullen onder meer ook onderzoeken hoe de familie op de hoogte werd gebracht. Dat gebeurde pas om 2u30, meer dan zes uur na het overlijden van Ibrahima. Bovendien kreeg de familie niet te horen waar hun zoon zich bevond. Zij moesten zelf bellen naar ziekenhuizen. De politie diste daar ook een leugen op en vertelde de familie dat Ibrahima opgepakt werd omdat hij de avondklok had overtreden.
De advocaat van de familie toonde zich ook bijzonder verontwaardigd over een andere leugen die in veel artikels en nieuwsuitzendingen opdook. In het journaal van RTBF werd verteld dat Ibrahima volgens anonieme bronnen een ‘aanzienlijke hoeveelheid drugs’ bij zich had. In onder meer Het Nieuwsblad en De Standaard heette het dat hij ‘xtc-pillen’ bij had. Dat blijkt volgens Deswaef niet uit het onderzoek: “De politie – wie anders? – hebben een leugen verteld en de media hebben die overgenomen enkel en alleen om aan victim bashing te doen.” Volgens Deswaef tonen de eerste resultaten van de autopsie dat Ibrahima niet onder de invloed van drugs was.
Die twee zaken – de schandalige manier waarop de familie van het slachtoffer behandeld wordt en de leugens die meteen verspreid worden via de pers – zijn een vast ingrediënt van veel recente politiemoorden.
Het sinistere politiekantoor waar Ibrahima stierf. Agenten stellen zich op voor hun collega’s die een onderzoek wegens onvrijwillige doodslag aan hun been hebben.
Burger heeft recht om politie te filmen
Deswaef: “Ibrahima is in de eerste plaats een burger die zijn recht uitoefende om de politie te filmen. Dat recht heeft hij volgens alle mensenrechtenorganisaties. Enkele agenten hebben daar slecht op gereageerd, ze maakten zich kwaad en zoals dat zo vaak gebeurd als burgers de politie filmen, hebben ze beslist om hem aan te houden. Ibrahima werd dus volledig onterecht aangehouden.”
De familie vraagt gerechtigheid en wil de volledige waarheid kennen. Dat willen ook de honderden mensen die woensdag samenkwamen aan het politiekantoor waar Ibrahima stierf. Na een korte toespraak van Deswaef, sloten honderden agenten de actievoerders in en bestookten hen met traangas. Stewards hadden op vraag van de familie de actie tot dan toe rustig gehouden.
Volgens Deswaef werd Ibrahima het slachtoffer van racisme. “De politie heeft een probleem met racisme. Mijn witte zoon zou dit nooit overkomen zijn.”