Kapitaal en overheid: Linkse perspectieven voor politieke economie
Een voorzichtige, hernieuwde belangstelling gloort aan de horizon voor de belangrijke samenhang tussen politiek en economie. Politiek gaat over macht en zeggenschap, een beetje ook over hoe de samenleving is ingericht. Economie gaat over het huishouden van de samenleving, voorop staat dan altijd de verdeling van de benodigde schaarse middelen voor de samenleving.
(foto: Bron: Freepik)
Dat die belangstelling toeneemt, komt doordat erg veel mensen bedreigd worden in hun bestaanszekerheid. Die bedreiging beperkt zich niet tot de arme landen, maar manifesteert zich over de gehele wereld. De roep om overheidsingrijpen groeit. Velen voelen zich roepende in de woestijn, worden niet gehoord. ‘Het volk’ roert zich en trekt naar populistische partijen. Links, inclusief progressieve wetenschappers, bezint zich over ‘het gemor van het volk’!
Een ernstig probleem is dat links in de ontkoppeling van politiek en economie geen schone handen heeft. Daar is de mythe ontstaan dat de tegenwoordige overheden de problemen van de bestaansonzekerheden kunnen oplossen. Zoals migratie, energiearmoede, aantasting van het klimaat, slecht wonen, schulden, voedselvoorziening, slechte gezondheidszorg, enzovoort. Dat is echter niet het geval.
Onderneming en markt
Het parool van het neoliberalisme is dat de markt alle economische en politieke problemen kan oplossen. Vanaf de jaren 1980 hebben ondernemers alle ruimte gekregen en genomen om de politiek en economie anders vorm te geven. De geschiedenis is tot haar einde gekomen, schreef Fukuyama – het kapitalisme en de westerse democratie zijn wereldwijd dominant geworden.
Joost Smiers schreef samen met enkele collega’s een briljant boek over hoe groeiende ondernemingen de economie zijn gaan inrichten en gebruik maken van de overheid. (1) Zij komen tot de constatering dat de bewegingsruimte voor de ondernemingen, en dus de markt, te groot is geworden. De nieuwe machtige megabedrijven lossen de bestaansonzekerheden niet op, maar versterken ze. De reden is dat zij van de wereldwijde overheden teveel ruimte en vrijheid kregen om hun kernactiviteit, winst maken, ongebreideld uit te oefenen. Ze konden ongestoord hun gang gaan en werden daarin gestimuleerd.
Van echte marktwerking was geen sprake, de markt werd steeds meer gedomineerd door concentratie van kapitaal. Dat bracht Peter Mertens, bestuurder Belgische Partij van de Arbeid, tot een positieve beoordeling van het boek van Joost Smiers en anderen. Dit boek heeft de verdienste de huidige status quo te bevragen en op zoek te gaan naar een economie op mensenmaat. Ewald Engelen, hoogleraar Sociale Geografie in Amsterdam is een tikkeltje scherper: Wie nog meent in een democratie te leven, moet dit boek lezen. (citaten achterkant boek).
Smiers en collega’s gaan uit van de constatering dat er iets schort aan de politiek. Zij stellen dat de zogenaamde vrije markt de politieke speelruimte grof heeft misbruikt en bepleiten meer greep van de overheid op de economie. Hun hoop is gevestigd op de politiek.
Overheid als probleem
De toeslagenaffaire illustreert dat er meer aan de hand is dan een incident van een tekortschietende overheid. Sociale problemen worden door de overheid niet meer daadkrachtig opgepakt, laat staan opgelost. De strategie van de overheid is onsamenhangend pleisters plakken in de vorm van toeslagen. De ambtenaren van de belastingdienst krijgen het schaamrood op de kaken, als het gaat over de toeslagen van de kinderopvang. Ook bij (inmiddels) dossiers als de woon- en zorgproblemen faalt de overheid In Extra 514-2, schreef ik dat de overheid geen antwoord heeft op prangende vragen uit de samenleving. Sterker nog, ze is onderdeel van het probleem geworden.
Mirjam de Rijk beaamt deze vaststelling in haar boek (2). In de aankondiging van een bijeenkomst daarover, 22 juni jongstleden, in het Amsterdamse Pakhuis de Zwijger, staat: Het kapitaal rukt op in de zorg, het onderwijs, de volkshuisvesting. Huisartspraktijken, kinderopvangcentra, educatieve uitgeverijen, ouderenzorg: ze worden massaal opgekocht door private equity en andere grote kapitaalkrachtige partijen. Hetzelfde geldt voor tandartspraktijken, dierenklinieken en arbodiensten. Als gebruiker heb je er vaak geen weet van, want ze behouden hun oude naam, maar ondertussen telt voor de eigenaren maar één ding: rendement. Mirjam de Rijk schetst in haar boek, “Gekaapt door het kapitaal”, de onthutsende snelheid waarmee het kapitaal grip krijgt op essentiële onderdelen van de samenleving.
Deze terechte constatering komt echter vervolgens niet veel verder dan de oproep dat de overheid er iets aan moet doen; het kapitaal moet weer aan banden. Dat gaat uit van de gedachte dat, vanwege de alom geprezen democratie, er mogelijkheden zijn om de ontwikkelingen van alle macht aan het kapitaal door de overheid kan worden gekeerd en overgenomen. Is dat zo?
Overheid als bedrijf
De wetenschap kan veel, maar de overheid tot (her)leven brengen, zou weleens vergeefse moeite kunnen zijn. Tot die conclusie neigen Mariana Mazzucato en Rosie Collington in een scherpe analyse. (3)
Ze gaan nog een stap verder dan Mirjam de Rijk. Niet alleen het beleid van de overheid is gekaapt door het kapitaal. De overheid zelf, in de uitoefening van de macht, wordt gedomineerd door het kapitaal. Het is een voortwoekerend gezwel, dat elke vitaliteit belemmerd. De ondertitel van hun boek uit 2023 illustreert dat: Consultants verzwakken de bedrijven, hollen de overheden uit en beschadigen de economieën. Bij het uit- en aanbesteden van overheidstaken, infrastructuur, huisvesting, zorg, onderwijs, herverdelen van de welvaart, blijft het niet, de overheid is zelf een bedrijf, een onderneming geworden.
Daarbij is het kapitalistische principe van accumulatie onverkort van toepassing. De enige legitimatie van investeren is: van geld meer geld maken. De exploitatie van de arbeid is bij lange na niet meer toereikend. Het principe van de financialisering, E506-2, heeft zijn intrede gedaan. De overheid kan zich niet meer onttrekken aan alle bronnen van mogelijke accumulatie, de hebzucht is te groot, de vrijheid is onvrijheid geworden voor de meerderheid van de bevolking.
Oorspronkelijk waren overheidsactiviteiten niet gericht op een winstprincipe. Consultancy bedrijven denken daar anders over. Ze weten belemmeringen handig te omzeilen. Zij bieden overheden hun diensten aan onder het mom van ‘excellente expertise; De ambtenaren kunnen daar niet mee concurreren. Deze bedrijven wapperen met lucratieve projectcontracten. Eerst goedkoop, maar heeft de vis beet, dan worden de vervolgcontracten duurder en duurder. De kwaliteit van dienstverlening daarentegen verschraalt. Ongemerkt gaat het overheden erg veel geld kosten waarvoor de samenleving opdraaien, het is immers publiek geld.
Een zeer voor de hand liggend advies dat deze consultancy bedrijven vaak geven is privatiseren!
Opsporing misbruik
Een ander treffend verschijnsel in deze wereld van zwendel en bedrog is het idee van Reinventing Government. (4) Overheden gaan zichzelf inrichten en gedragen zich als private bedrijven. De bedrijfsvoering wordt aangepast, rendement en winst zijn het doel geworden. Dat betekent ook voor overheidsdiensten geen mens minder of meer om de taak te kunnen uitvoeren. In de praktijk betekent dit ook de enorme afslanking van overheidsdiensten en een rigide arbeidsdeling. Op die manier werd gedacht dat overheden enorm op hun uitgaven kunnen besparen. Het geluk was slechts van korte duur. De overheidstaken werden verdeeld en volstrekt verkeerd ingericht.
Een voorbeeld is de toekenning van de toeslagen door de belastingdienst. Het criterium is niet de terugdringing van armoede, maar de opsporing van misbruik. De overheid is door deze ontwikkeling volledig vervreemd van haar oorspronkelijke doelen.
Deze overgang van publieke diensten naar private ondernemingen is een kenmerk geworden van linkse politiek en wordt de Derde Weg genoemd. Een constructie van mensen als Bill Clinton, Tony Blair en Wim Kok. Zij maakten zich voor het kapitaal ‘salonfähig’ door privatiseringen binnen de overheid in te voeren. (Daarbij werd gebruikt gemaakt van het werk van Osborne en Gaebler, zie C174 van Solidariteit).
Conclusie
Overheden zijn hun onafhankelijkheid en autonome functie kwijt geraakt. Voor de samenleving hebben ze door de doorgeslagen privatiseringen hun politieke, sociale en culturele betekenis volledig verloren. Ze zijn voor de samenlevingen onbetrouwbaar geworden. Bij mensen groeit dan ook het besef dat de overheid niet meer de instantie is die hun bestaansonzekerheid zal oplossen. Uiterst rechts schuift daarvoor, opportunistisch als ze is en gedeeltelijk terecht, de schuld naar links. Daarbij zijn ze niet te beroerd om het met het kapitaal zelf op een akkoordje te gooien.
Tegelijk zullen de samenlevingen ervaren dat dit zeker niet de weg zal zijn voor de verbetering van hun bestaansonzekerheid. Er is maar één uitweg, vertrouwen als samenlevingen op eigen democratische kracht en daarvoor actief worden. De linkse elite heeft de diagnose gesteld, het is aan de mensen om de overheid weer politiek gezond te maken.
Noten: (1) Joost Smiers, Pieter Pekelharing, John Huige, De macht van de mega onderneming, naar een rechtvaardige internationale economie, 2016, Amsterdam, van Gennep – vangennep-boeken.nl, beter is www.bol.com.
(2) Mirjam de Rijk, Gekaapt door het kapitaal, zorg, onderwijs, wonen en kinderopvang, vitale ideeën voor de wereld van morgen, 2024, Amsterdam, uitgeverij Pluim – uitgeverijpluim.nl.
(3) Mariana Mazzucato en Rosie Collington, De consultancy industrie, hoe consultants bedrijven verzwakken, overheden uithollen en economieën schaden, 2023, Rotterdam, Managementboek.
(4) David Osborne en Ted Gaebler, Reinventing Government, How the entrepreneurial spirit is transforming the public sector, 1992, New York, Penguin Books.