Ga naar de inhoud

Het Wilde Kapitalisme. Het Destructieve Werk Van Neoliberalen

Het Franse dagblad Le Monde nam het initiatief om een debat te openen over de vraag hoe de kunst de crisis zou kunnen uitbeelden. Daarvoor is het nodig enig inzicht te hebben in wat er economisch speelt in de wereld om ons heen. Een collectief van ‘verbijsterde economen’ had daar juist een korte karakteristiek van gegeven in Le Monde van 20 juli 2012 en wel als volgt:

4 min leestijd
Placeholder image

 

‘De wereld maakt zijn grootste economische crisis door sinds de jaren dertig van de vorige eeuw. Het neoliberale model is overduidelijk verantwoordelijk voor de openlijke financiële ineenstorting in 2007. Desondanks slagen de neoliberalen sinds 2010, met name in Europa, in een werkelijke krachttoer: zij presenteren hun failliete model als het middel om de kwaal te genezen. In plaats van de publieke schuld te nemen voor wat ze is – een consequentie van de crisis –, presenteren zij die als de oorzaak van alle kwaad’. Maak daar maar kunst over…

Het waanzinnige geld

Een dag later (21 juli 2012) gaat de econoom en voorzitter van de Franse vereniging van de politieke economie, André Orléan, daar in Le Monde nader op in onder de kop ‘Het waanzinnige geld brengt het theater van de hartstocht in vervoering’. Ik besteed hier alleen aandacht aan enkele van zijn economische overwegingen. Daarover het volgende.

Het kapitalisme is een gewelddadige en ordeloze economie, die als beginsel heeft: verrijking zonder grenzen van het individu. Zijn canonieke formule is van grote eenvoud: geld produceert meer geld. Een dergelijke economie is geknipt voor het veroorzaken van onevenwichtigheden. Het traject dat het gedurende een lange periode heeft afgelegd, is te herkennen aan zijn wanordelijke opeenvolging van expansies en recessies.

De crisis markeert het paradoxale moment waar de zoektocht naar winst ophoudt een drijvende kracht te zijn en waarbij tegelijkertijd de onderdompeling van grote aantallen mensen in armoede wordt veroorzaakt. Tevens kan men opmerken dat er een verlies van een groot aantal banen en een verlaging van salarissen wordt veroorzaakt. Vele kunstenaars, schrijvers, filmers, documentaire- en theatermakers hebben met talent beelden gemaakt van hoe het alledaagse leven van mensen, getroffen door de crisis, er dan uitziet…

Destructie van waarde

Welnu, de crisis is ook in beeld te brengen door het zichtbaar maken van de mechanismen die de geschetste situatie produceren. Dat is niet eenvoudig want de kapitalistische economie presenteert zich gemaskerd: de accumulatie van handelswaar is slechts een van de aspecten van zijn dynamiek, en wel zijn meest onmiddellijke. Even belangrijk is de circulatie van monetaire en financiële verschijnselen, want daar is de sleutel van de recessieve keten te vinden.

Het is echter niet makkelijk zich er een voorstelling van de maken. Tussen het hoogtepunt in 2007 en het dieptepunt in 2009 is wereldwijd de helft van de beursgenoteerde kapitaalvoorziening verdampt. Dat betekent een verlies van 25 000 miljard dollar. Dat is een kolossale destructie van waarde, het equivalent van de helft van de geproduceerde rijkdom in een jaar over de hele wereld gemeten of wel tienmaal het binnenlands bruto product van Frankrijk. Het is zo immens dat het niet evident is om de zin en de draagwijdte ervan te bevatten.

Hetzelfde geldt voor het verlangen naar verrijking. Het probleem is de zin en de raadselachtige natuur van dit verlangen. Ook de econoom wordt met dat probleem geconfronteerd. Hij moet begrijpen hoe een abstractie – economische waarde – bezit neemt van individuen en hen onderwerpt aan haar waarde: het verlangen naar geld.

Het is van belang om op te merken dat de taak, te weten het geld begerenswaardig maken om daarmee de handelsorde te laten draaien, vooral die van de handelsgemeenschappen is. Men moet er dus niet over denken in termen van bankbiljetten en muntstukken. Het gaat juist om het ‘inschrijven’ in veel krachtiger symbolen, geschikt om sterke gevoelens op te roepen. Het geld zelf moet namelijk ondubbelzinnig als legitiem verschijnen.

Welnu, daarmee is de economie zeker ook een zaak van afbeelding, van symbolen, van collectieve affecties. De rationaliteit komt daarmee op het tweede plan te staan. Om het kapitalisme en zijn crisissen te begrijpen moet men dus het spel van de afbeeldingen aan het licht brengen. Wat dat aangaat kunnen economen veel leren van kunstenaars, omdat juist zij de logica van de passies en het geloven in beelden weten te vertolken.

[ André Orléan in Le Monde van 21 juli 2012; bewerking uit het Frans door Thom Holterman]

[Of de waarde in zijn totaal ‘verdampt’ is, valt te bezien. James Henry, voormalig topeconoom bij een consultancybureau, nu werkzaam in opdracht voor The Tax Justice Netwerk, becijferde dat 17 000 miljard euro is ‘verhuisd’ naar belastingparadijzen; de Volkskrant van 23 juli 2012.]

[Beeldmateriaal van de Rotterdamse dichter en illustrator Manuel Kneepkens.]