Ga naar de inhoud

Waar kapitalisme begon

Demonstranten bezetten het (het plein voor het gebouw waarin de NYSE Euronext AEX-beurs gevestigd is) op 15 oktober 2011 – vier weken nadat Wall Street begon en vierhonderd jaar nadat ‘s werelds eerste aandelenbeurs in 1611 zijn deuren opende op het .

21 min leestijd
Placeholder image

(het origineel van dit artikel verscheen op de website van occupy amsterdam)

Tijdens de Gouden Eeuw, de zeventiende eeuw, groeide uit tot het financiële centrum en de rijkste stad van de wereld. Nadat de VOC (dat de eerste verhandelbare aandelen uitgaf) was opgericht in 1602, werd het Twaalfjarige Bestand getekend in 1609 om de Tachtigjarige Oorlog tot stilstand te brengen. Datzelfde jaar arriveerden Nederlandse en Britse zeelieden onder leiding van VOC-huurling Henry Hudson in een baai waar nu de New Yorkse haven is en opende de Amsterdamsche Wisselbank (’s werelds voorganger van- of eerste centrale bank) zijn deuren op de Dam.

Kamperend om de hoek van de Dam, op een wandeling van vijf minuten vanaf het Centraal Station over de “rode loper” van de hoofdstad, het drukke Damrak, tegenwoordig gevuld met souvenirwinkels, fastfoodtentjes, hotels, rondvaartrederijen, gokhallen of amusementspaleizen (met exotische namen zoals Novoplay en Macao), Teasers en het wereldberoemde seksmuseum, zitten de Occupiers niet alleen dichtbij het belangrijkste doelwit van het , maar ook op een goede plek om publieke belangstelling te trekken.

Zes dagen nadat de eerste demonstranten hun tenten hadden opgezet, liet fractievoorzitter van de VVD Amsterdam (de partij die de meeste bankiers onder zijn leden schijnt te hebben) Robert Flos optekenen dat de snelgroeiende “antiglobalistische minicamping” die toen bestond uit meer dan honderd tenten “te groot” was voor Amsterdam en dat Van der Laan de demonstranten moest overhalen om te vertrekken. Flos werd hierin gesteund door het CDA. PvdA-er Van der Laan bracht een bezoek aan het kamp maar vond het te vroeg om te reageren op Flos’ verzoek.

De volgende dag trakteerde de Amerikaanse muzikant Michael Franti de Occupiers op een prachtig optreden op een klein mobiel podium. PvdA’s kandidaat-partijleider en financieel woordvoerder Ronald Plasterk doolde door de menigte met een Borsalino-hoed op zijn hoofd en een schaapachtige lach op zijn gezicht. Eerder die dag hadden demonstranten een vreedzame mars gelopen naar De Nederlansche Bank (de hedendaagse centrale bank die tot vorig jaar veertien jaar lang werd geleid door vaste bezoeker van Bilderbergconferenties en lid van de Trilateral Commission Nout Wellink).

De week daarop concludeerde het commerciële RTL dat “tachtig tot negentig procent” van de tenten op Beursplein ’s nachts leeg waren op basis van warmtebeelden gemaakt met een infraroodcamera, in navolging van de medewerkers van de Daily Telegraph die een paar dagen eerder in Londen hetzelfde hadden gedaan. VVD-chef Flos veinsde “geschokt” te zijn door de onthulling –die de volgende dag onjuist bleek te zijn- en verklaarde dat “de burgemeester zo snel mogelijk een eind moest maken aan het kamp.”

Britse protestanten bewezen een dag na RTL’s onthulling makkelijk dat de methode compleet onbetrouwbaar was door met exact dezelfde infraroodcamera te filmen hoe bijna negenennegentig mensen in één tent werden gepropt; op de warmtebeelden die dat opleverde leek de tent toch leeg, omdat tenten doorgaans van hittebestendig materiaal worden gemaakt. Dit vermorzelde de belachelijke berichtgeving van RTL en de Daily Telegraph. Geen enkel Nederlands medium nam het tegenbericht echter over; in plaats daarvan werden de demonstranten als huilerige weekendhippies gepresenteerd.

De volgende dag (28 oktober) verhuisden enkele Occupiers van Beursplein, waarvan ze vonden dat het overvol was geraakt, naar het ruimere Museumplein, waar naast de bekende musea en het Concertgebouw, een kantoor van het Chinese (deels in handen van de Chinese overheid, deels van Goldman-Sachs) ICBC staat, een kantoor van de Friesland Bank, de Russische handelsvertegenwoordiging RusTrade en, het strengst bewaakt van alle, het Amerikaanse Consulaat.

Burgemeester Van der Laan stond deze uitbreiding (die door media als een “scheuring” werd gepresenteerd) aanvankelijk toe, maar om 11 uur ‘s avonds dwong de politie de Occupiers toch om hun tenten te verwijderen; de demonstranten kregen wel toestemming om hun tenten om 7 uur ‘s ochtends weer op te zetten. Dat deden ze en bleven ze dagelijks doen.

Ongeveer een week later (4 november) begon Van der Laan na een overleg met Damrak-ondernemers te dreigen dat het kamp snel van Beursplein weg moest. Hij verdedigde zijn slecht verhulde dreigement door -ironisch genoeg- te stellen dat de Bijenkorf (waarvan de achteringang aan het Beursplein is) omzetverlies leed door het protest. De Bijenkorf ontkende dit onmiddellijk, maar ook dat zagen de media zorgvuldig over het hoofd.

Op 6 november kraakten demonstranten een gigantisch, oud en vervallen laboratorium in Amsterdam-Noord dat heel lang leeg had gestaan en waarschijnlijk ook zou blijven en eigendom is van ’s werelds op-een-na rijkste bedrijf –en een van haar grootste vervuilers- Royal Dutch Shell.

Scherp bewust van het belang van hun publieke imago en terecht bevreesd voor hoe media dat imago proberen te beschadigen, nam officieel een neutrale positie in ten opzichte van de kraak. (Kraken is sinds 2010 verboden, ondanks een gigantisch tekort aan woningen en talloze lege gebouwen in de stad.)

De volgende dag bezocht de burgemeester Occupy Beursplein nogmaals en werd een demonstrant die letterlijk moe was geworden van het opzetten en afbreken van tenten (en zodoende weinig slaap kreeg) gearresteerd op Museumplein omdat hij zich niet aan de avondklok had gehouden. Occupy Museumplein-demonstranten zetten hun tenten nog twee dagen op maar gaven uiteindelijk toe aan de druk van de autoriteiten nadat een gemeentemedewerker hen en hun spullen had doorweekt met een onaangekondigde sproei-installatietest. Zes weken later schreef de burgemeester een brief waarin hij zich half verontschuldigde voor het incident waar hij de gemeentemedewerker de van gaf. De media negeerden beide incidenten.

Afgezien van een paar eerlijke opiniestukken hebben publieke en commerciële omroepen en andere media de Occupy-protesten schaamteloos kleinerend of denigrerend en met nauwelijks verholen scepticisme beschreven. De demonstranten werden al aangevallen voordat de protesten begonnen: luttele uren voordat Beursplein werd bezet op 15 oktober, beschuldigde het langzaam stervende HP/De Tijd een Occupy Amsterdam-voorman ervan een samenzweringsidioot te zijn en suggereerde verder dat in de beweging “antisemitische tendensen waarneembaar zijn.”

Sommige media benaderde de protesten aanvankelijk met een redelijk neutrale toon voordat ze de voorgeschreven gingen napraten. Vervolgens begonnen ze de protestbeweging geleidelijk te presenteren als een gestaag groeiende lastpost en beschreven ze Van der Laans dreigement als een verstandige en overdachte zet, zeker vergeleken met de manier waarop Amerikaanse, om maar te zwijgen over Syrische demonstranten werden belegerd en aangevallen door hun overheden, waar constant uitgebreid verslag van werd gedaan en schande over gesproken.

Andere media hebben nooit moeite gedaan hun verlangen om het heersende systeem te verdedigen te verbergen; ze onderzochten niet waarom deze mensen zo graag hun boosheid of bezorgdheid uiten door buiten in tenten te slapen in plaats van in hun huizen. In plaats daarvan vielen ze individuele demonstranten gekscherend lastig en maakten ze hen belachelijk. Naar de doelwitten van de protesten, die ongetwijfeld ergere –en onbestrafte- misdaden hadden begaan dan wildkamperen werd niet kritisch gekeken en Van der Laan werd neergezet als een halve zachte.

huwelijk

huwelijk

Nadat demonstranten ongeveer een maand op Beursplein hadden gekampeerd, uitte de voorzitter van de Damrak Ondernemersvereniging René Wildeman het loze dreigement dat hij een rechtszaak tegen de demonstranten ging aanspannen en verklaarde hij: “Als we moeten wachten totdat het kapitalisme is afgeschaft, zitten ze er over duizenden jaren nog.”

Vier dagen later (19 november) werd het eerste Occupy-huwelijk gevierd op Beursplein.

Ook werd een jonge moeder gearresteerd voor de ogen van haar vijfjarige dochter (die achterbleef bij gelukkig goedhartige demonstranten) toen ze een reverse-graffiti maakte: ze poetste termen als “Occupy” en “99%” in vuil op de voet van een lantaarnpaal met behulp van eco-zeep en een tandenborstel.

Twee dagen later verhuisden de Occupy Shell-demonstranten terug naar Beursplein; ze moesten het laboratorium ontvluchten omdat het was overgenomen door groepen mensen die niet kwamen om te protesteren maar om te psychetrance-feesten. Bovendien sloopte een andere groep, naar verluidt vooral Oost-Europeanen, al het koper uit het gebouw en bedreigde protestanten. Die belden daarop de politie, maar die kwam nooit opdagen. De pers linkte deze kopergangsters en psychetrance-feestgangers aan Occupy Amsterdam, ondanks de inspanningen van de beweging om zulke associaties te weerspreken.

Op 3 december woonde burgemeester Van der Laan een door Occupy Amsterdam georganiseerde ‘’ bij nadat hij een klassiek argument had toegevoegd aan zijn betoog, dat onder meer deed denken aan de burgemeester van New York Michael Bloomberg en voormalig president van Egypte Hosni Mubarak: het kamp begon een gevaar voor de gezondheid en veiligheid te worden.

De media richtten hun aandacht gezagsgetrouw op de daklozen, werklozen en buitenlanders die op Beursplein verbleven en overdreven kleine incidenten in een poging de bezorgdheid van de burgemeester te rechtvaardigen.

Na vijfenzestig dagen bezetting van het Beursplein (vier dagen korter dan de eerste bezetting van Zucotti Park in New York) gaf Van der Laan een klein leger agenten opdracht om het grootste deel van het kamp te ontruimen, omdat het artistiek ingerichte en nette kamp bestaande uit meer dan honderdtwintig nauwkeurig geplaatste tenten volgens hem nog steeds te vies en gevaarlijk was, ondanks alle concessies die de Occupiers hadden gedaan. Tijdens de ontruiming werden veertien vreedzame demonstranten gearresteerd. Van der Laan stond toe dat er enkele tenten mogen blijven staan, waarin maximaal vier mensen mogen slapen.

De demonstranten veranderden onmiddellijk hun strategie: diezelfde dag confronteerden ze de burgemeester die rijke handen aan het schudden was op de Millionaire’s Fair; negen dagen later bezetten ze een ING-bankfiliaal door vreedzaam de ingang te blokkeren totdat ze allemaal hardhandig werden gearresteerd.

De media vervolgde hun rol door (weer) te berichten dat er verdeeldheid heerste onder de Occupiers en dat de beweging was gekrompen tot een paar kleine groepjes diehard activisten. De Occupiers reageerden door op 14 januari een sarcastische protestmars genaamd Occupy got it all wrong te organiseren, waarmee ze toegaven dat het financiële systeem ontzettend stabiel en helemaal eerlijk is en dat alles dat de media ons vertellen absoluut waar is.

In tegenstelling tot wat de media ons hebben verteld, zijn de demonstranten die de kampen hebben verlaten niet opeens van mening veranderd. Het verzet en de spot waar ze mee zijn geconfronteerd, valideren hun bezorgdheid en hebben hun creativiteit gevoed: meer specifiek gerichte demonstraties (tegen staatsgeorganiseerde wapenhandel en de Anti-Counterfeiting Trade Agreement) werden georganiseerd en, om te voorkomen dat mensen zouden doodvriezen, lieten de Occupiers op 2 februari een container op Beursplein plaatsen – tot grote ergernis van een deel van het stadsbestuur.

Na een week lieten ze de container onvrijwillig verwijderen, omdat de gemeente ze er alleen een vergunning voor verleende (tot 4 maart) op voorwaarde dat ze de omliggende tenten zouden verwijderen. Het laatste is dat de overgebleven tenten waarschijnlijk niet binnenkort ontruimd zullen worden.

Waar het kamp sneller krimpt dan de bezette gebieden van Palestina – of de autoriteiten de eerder bezette openbare ruimte glorieus terugwint en teruggeeft aan de mensen- wordt high finance voortgezet en floreert het toerisme alsof de Gouden Eeuw nooit is opgehouden.

De vier-eeuw-lange geschiedenis van kapitalisme heeft in ieder geval de inwoners van zijn geboorteplaats verdeeld in een deel van zijn trouwste aanhangers en een deel van zijn meest kritische tegenstanders. Hoewel de laatstgenoemden ook het vertrouwen in het huidige politieke systeem volledig hebben verloren, putten ze misschien toch hoop uit de laatste politieke peilingen die worden aangevoerd door SP-leider Emile Roemer. Dit zou er op kunnen wijzen dat zwevende kiezers langzaam in de richting van de idealen van de Occupiers zweven, die dapper colleges, bijeenkomsten en demonstraties blijven organiseren om mensen ervan te overtuigen dat er meer nodig zal zijn dan stemmen op Roemer om onze problemen op te lossen. De volgende verkiezingen zijn in 2014.

Update:
het kamp heeft inmiddels nog twee tenten verloren. Alleen de informatietent staat nu nog op het Beursplein. De burgemeester had besloten om het kamp te laten ontruimen (en eiste terloops dat het plein schoongemaakt werd opgeleverd) waarop de Occupiers een rechtszaak aanspanden om dat besluit aan te vechten. De rechter bracht een bezoek aan het Beursplein en oordeelde uiteindelijk dat alleen de informatietent mocht blijven staan. De Occupiers blijven dapper vreedzame demonstraties en bijeenkomsten organiseren.

Dit artikel is en geschreven en vertaald door Jurriaan van Oortmerssen en eerder in het Engels verschenen in het blad Counterpunch. http://www.counterpunch.org/2012/02/24/occupation-in-amsterdam/

_

Translation

Where Stock Exchanges First Began

Amsterdam protesters occupied Beursplein (Exchange Square – a modest-sized piazza in front of the building that houses Wall Street-based NYSE Euronext’s Amsterdam stock exchange AEX) on October 15 2011 – four weeks after Occupy Wall Street took off and four hundred years after the first stock exchange in the world opened its doors on the Beursplein in 1611.

During the Dutch Golden Age of the seventeenth century, Amsterdam became both the world’s financial center and wealthiest city. After the Dutch East India Company, which itself issued first continuously traded stock, was established in 1602, the Twelve Years Truce was signed to halt the Eighty Years’ War in 1609. That same year Dutch and British sailors under DEIC-employee Henry Hudson arrived at a bay now known as New York Harbor and the Bank of Amsterdam (the precursor to, if not the first central bank) opened its doors on Amsterdam’s central Dam Square.

Encamped around the corner from Dam Square, a five-minute walk from the Central Station down the ever-crowded main drag Damrak that nowadays is mainly filled with souvenir stores, fast-food places, hotels, canal cruise companies, cheap casinos (sporting exotic names like Novoplay and Macao), Teasers (a bootleg-Hooters) and the world-famous sex museum, the Occupiers are not only near the main targets of their protest, but also well-placed to attract public attention.

Six days after the first protesters had pitched their tents, leader of the Amsterdam fraction of the “liberal” party VVD (the People’s Party for Freedom and Democracy, which is said to have the most bankers among its members), Robert Flos stated that the quickly growing “anti-globalist campsite” then consisting of over a hundred tents was “too large for Amsterdam” and that he wanted the city’s Labour Party mayor Van der Laan “to persuade its inhabitants to leave.”

Flos was backed by the “modern Christian-democratic People’s Party” (as self-proclaimed on their English website) CDA, that, with the VVD, forms the Dutch minority government presently in power. Government-appointed mayor Van der Laan paid his first visit to the encampment that day but thought it too early to respond to Flos’ appeal.

The next day American musician Michael Franti treated Occupiers to a wonderful performance on a tiny mobile stage. Labour Party MP and financial spokesperson Ronald Plasterk wandered through the crowds wearing a Borsalino hat and smiling sheepishly. Earlier that day, protesters had peacefully marched to the present central bank (the Netherlands Bank) that until last year had been headed for fourteen years by Bilderberg habitué and Trilateral Commission member Nout Wellink.

The following week The Netherland’s oldest (1989) and most popular private broadcaster RTL reported that “eighty to ninety percent” of the tents on Exchange Square were empty at night, having produced thermal images with an infrared camera, as the Daily Telegraph had done some days earlier in London. VDD honcho Flos feigned “shock” at the disclosure –which a day later proved to be false— stating “the mayor should put an end to the encampment as soon as possible.”

British protesters easily proved the infrared method to be completely bogus: after stuffing almost ninety-nine people into a single tent, they used exactly the same camera to produce thermal images in which the tent still appeared empty, simply because most tents are made of heat resistant material. This shattered the ludicrous report. Not a single traditional news outlet however took up the counter report; instead they portrayed protesters as whiny weekend hippies.

The next day (October 28th) some protesters moved from Exchange Square, claiming it was getting too overcrowded, to the spacious Museumplein (Museum Square) whose adjacent buildings include: the Van Gogh Museum; Rijksmuseum, home to Rembrandt’s most famous painting, The Night Watch; the Stedelijk Museum; the Diamond Museum; the famed Concertgebouw concert hall; Chinese (partially state-owned, partially Goldman-Sachs-owned) branch of ICBC; a branch of Friesland Bank; the Russian Trade Representation and, most heavily guarded of all, the American Consulate.

Amsterdam’s Labor Party mayor Van der Laan initially allowed this expansion to the Museumplein (presented by media as a reflection of internal dissension among the protestors) but in the evening police forced all protesters to remove their tents at 11 pm, while giving them permission to re-pitch their tents at 7 am. So they did, and kept doing.

About a week later (November 4th), following a meeting with Damrak entrepreneurs, Van der Laan started threatening that he wanted the encampment out of Exchange Square—and soon.

Mayor Van der Laan ironically supported his poorly disguised threat by claiming multi-story department store De Bijenkorf, or Beehive –an apt description of this wannabe-Harrods, that has its back entrance on Exchange Square and front entrance on Dam Square–was among several nearby businesses that were losing sales because of the protest. De Bijenkorf‘s management immediately denied this, a fact that most of the media studiously failed to mention.

On November 6 protesters squatted a huge old decayed laboratory that had been and would surely stay empty for a long time and is owned by the world’s second richest company—and one of its biggest polluters—Royal Dutch Shell.

Keenly aware of the importance of its public image and rightly frightened of how media try to harmfully distort that image, Occupy Amsterdam officially adopted a neutral position on the squat. (Squatting has been prohibited in Amsterdam since 2010, despite a huge housing shortage and countless empty buildings in the city.)

The next day the mayor paid another visit to Occupy Exchange Square to negotiate and a protester who had literally gotten tired of pitching and taking down tents (and therefore getting little sleep) got arrested for disobeying curfew on Museum Square.

Occupy Museum Square protesters re-pitched for two more days but eventually gave in to authority pressure after a municipality contractor had performed an unannounced sprinkler test – soaking protesters and their belongings. Six weeks later the mayor wrote a letter half-apologizing for the incident, shifting blame onto the contractor. The media largely ignored both incidents.

With the exception of only a few honest opinion pieces, both public and private broadcasters and other media have been reporting the protests with ill-concealed skepticism, belittling or blatantly denigrating the movement, already criticizing the campaign before protests had even begun: hours before protests took off, the slowly-dying news magazine HP/De Tijd accused one of Occupy Amsterdam’s leaders foremen of being a conspiracy-nut and further claimed that the movement harbored anti-Semitic views.

Some initially reported on the protests with a fairly neutral tone before they started parroting the official line. Media then gradually started presenting the protests as a steadily growing nuisance and embraced Van der Laan’s threat as a sensible and considered move, especially compared to the way American, not to mention Syrian, protesters were being besieged and attacked by their authorities.

Others never bothered to disguise their desire to protect the prevailing system – jokingly harassing and ridiculing the individuals protesting, instead of investigating questions of why these people are so keen to express their anger or concern by sleeping outside in tents instead of in their homes. No efforts were made to cast a critical eye on the protests’ targets, who have undoubtedly committed worse—and unpunished—crimes than camping in a public space.

After about a month of protesting on Exchange Square, the chairman of Damrak business association, René Wildeman, representing all businesses on this hellishly touristy street, threatened protesters with a law-suit, stating: “If we wait until capitalism is abolished, they will keep sitting there for thousands of years.”

Four days later (November 19th) two protesters got married on Exchange Square celebrating the world’s first Occupy-marriage. Also, a young mother got arrested in front of her five-year-old (who was left behind with thankfully kind-hearted protesters) when making a reverse graffiti, writing terms like “Occupy” and “99%” in dirt on the stone below a lamppost with the use of eco-soap and a toothbrush.

Two days later Occupy Shell protesters moved back to Exchange Square, claiming they were forced to flee the laboratory as it had been taken over by masses of people who had no interest in protesting and only came to take part in psyche-trance party. Also, another group of apparently mainly Eastern Europeans had stripped the building of its copper, and threatened protesters, who then called the police, who never showed up. The press linked these copper-gangsters and psyche-trance partiers to Occupy Amsterdam, despite the group’s own efforts to deny such associations.

Van der Laan attended an Occupy Amsterdam-organized general assembly on December 3rd after he had added a classic argument to his plea that reminds one of, among others, New York mayor Michael Bloomberg and former Egyptian president Hosni Mubarak: the encampment was becoming a health and safety hazard.

Media faithfully focused their reports on the homeless, the unemployed, and foreigners staying on Exchange Square, exaggerated small disturbances involving them—all in an attempt to justify the mayor’s concerns.

After fifty-six days of occupying Exchange Square (four days fewer than New York protesters occupying Zuccotti Park), Van der Laan commissioned a small army of policemen to remove most of the encampment on December 8, asserting that the artistically decorated and tidy encampment consisting of over hundred-and-twenty carefully placed tents was still too dirty and dangerous despite all the concessions Occupiers had made. In the course of the removal operation, fourteen people were arrested. Van der Laan allowed a few of tents to stay, in which maximum four people may pass the night.

Protesters immediately changed strategy: that same day they confronted the mayor, who was shaking rich hands at the Millionaire’s Fair (a fair for “spoilt hedonists, the rich and famous, the happy few, and everyone who simply wants to be inspired by luxury lifestyle” as stated on its own website); nine days later they occupied an ING Bank branch, peacefully blocking its entrance. All were brutally arrested.

In an attempt to write the Occupiers out of existence, Dutch media have been continuing their role reporting that the movement was divided, simultaneously estimating the group’s numbers to have shrunk to a couple of small knots of die-hard activists.

Protesters reacted by organizing a sarcastic protest march on January 14th called Occupy got it all wrong, admitting the financial system to be super stable and completely fair and everything media tells us is absolutely true.

Unlike what the media told us, protesters that left the encampments have not suddenly had a change of heart. The opposition and ridicule they face validate their concerns and have nourished their creativity: more specifically targeted demonstrations (against governmental arms trades and the Anti-Counterfeiting Trade Agreement) have been conducted, and, in order to prevent people from freezing to death, a trailer was placed on Exchange Square on February 2nd, much to the annoyance of part of the municipality.

After a week they felt forced to have it removed, as the municipality only granted them a permit for a trailer (until March 4th) provided they would abandon the surrounding tents. Latest news is that the remaining tents will probably not be forcibly evacuated soon.

Where the encampment shrinks faster than the occupied territories of Palestine – or the authorities are gloriously winning back the earlier occupied public space to return it to the people – high finance continues and tourism flourishes as if the Golden Age has never ended.

The four-century-long history of capitalism has at least divided its birthplace’s inhabitants into part of its most faithful supporters and part of its most critical opponents. However the latter have also completely lost confidence in the current political system, they may still feel supported by the latest voting polls topped by Socialist Party leader Emile Roemer. This might indicate Dutch swing voters are drifting towards the ideals of Occupiers who bravely keep organizing colleges, gatherings, and demonstrations to convince people that it will take more than voting for Roemer to solve our problems. The next elections are planned for 2014.

Update:
the camp has lost two more tents; now only the information stand is still on Beursplein. The mayor had decided to evacuate the camp (and demanded that the protesters would clean the square) which the Occupiers brought to a lawsuit to challenge that decision. The judge visited Beursplein and judged that only the information stand could stay on the square. The Occupiers remain brave in their peaceful demonstrations and gatherings.

This article was written and translated by Jurriaan van Oortmerssen (jurriaanvanoortmerssen@gmail.com) and previously appeared in English on: