Twee jaar geleden: het Marrakesh Pact
Herinnert u het zich? Twee jaar geleden stond de politieke wereld in rep en roer over het ‘migratiepact’ dat op 10-11 december 2018 in het Marokkaanse Marrakesh zou ondertekend worden. Samen met een verdrag over vluchtelingen was het verdrag over migratie ontstaan in de schoot van de Verenigde Naties. Over de onderhandelingen was weinig inkt gevloeid, en het vlot verloop ervan hoefde eigenlijk niet verbazen aangezien het geen bindende overeenkomsten waren. Zelfs de toenmalige Belgische staatssecretaris voor asiel en migratie Theo Francken (N-VA), nochtans nooit beducht voor wat anti migrantenhetze, had er zijn mond nog niet over open gedaan.
(door Herman Michiel, oorspronkelijk verschenen op Ander Europa)
Totdat rechtse demagogen te elfder ure in het ‘migratiepact’ een kans zagen om er politiek mee te scoren. Trump en Victor Orbán hadden al aangekondigd het verdrag niet te zullen tekenen, eind oktober 2018 sloot de Oostenrijkse christendemocratische kanselier Sebastian Kurz zich daarbij aan, gevolgd door de Tsjechische premier en miljardair Babis. ‘Marrakesh’ werd een hot item in de media; Francken en de N-VA beseften dat ze een kans aan het verkijken waren en vervoegden in allerijl het anti-Marrakesh kamp. De laattijdigheid van hun reactie compenseerden ze met de hevigheid ervan, en lieten er de Belgische regering over vallen.
Maar deze nieuwe politieke constellatie bood ook goedkope propagandamogelijkheden voor de ‘decentere’ vleugel van het politiek establishment, dat zich met de ondertekening toch tot niets verbond. De toenmalige Belgische premier Michel en huidig ‘president van Europa’ kon plechtig verklaren dat “zijn land aan de goede kant van de geschiedenis zou staan”. Commissievoorzitter Juncker hekelde Orbán & Co omdat ze de ‘Europese waarden’ verloochenden.
In twee artikels 1 heb ik de hypocrisie achter het Marrakesh-vertoon onder de loep genomen, en ook gewezen op het gevaar dat progressieve organisaties zich laten op sleeptouw nemen door patronale standpunten die alleen geïnteresseerd zijn in goedkope arbeidskracht, maar dit verpakken als een bijdrage tot ‘duurzame ontwikkeling’. Er is een hemelsbreed verschil tussen het verdedigen van migranten, mensen die oorlog, geweld, droogte, honger of armoede willen ontvluchten, en het voorstellen van door westerse economische belangen geselecteerde migratie als duurzame ontwikkeling. “Het VN-migratiepact is geen stap vooruit om de drama’s op de Middellandse Zee te vermijden, om de redenen voor ‘gedwongen migratie’ af te bouwen, om hoop te geven aan de wanhopigen”, schreef ik, en in de voorbije twee jaar werd dit door de Europese migratie-en asiel politiek volledig bevestigd.
Maar zelfs waar het migratiepact een sprankeltje had kunnen bijdragen om het lot van migranten te verbeteren is er niets veranderd. Ik heb het over het overmaken van geld door migrante arbeiders alhier naar familie in het thuisland, de zogenoemde ‘remittances’, die soms belangrijker zijn dan alle ontwikkelingshulp samen. Bij de transfer van deze gelden profiteren Westerse banken en financiële instellingen van schandalige woekerrentes, waardoor een aanzienlijk deel van de zuurverdiende centen in de verkeerde zakken terecht komt. Een van de bekende kanalen voor dergelijke transfers is Western Union, dat er niet voor terugschrikt 10% en meer van de transfer voor zich te houden. De ondertekenaars van het migratiepact zouden proberen de transferkosten tot 3% te reduceren (door promotie van ‘a competitive and innovative remittance market’). Hoever staan ze daarmee?
Nergens, zo blijkt uit recente cijfers. In een rapport van de Wereldbank (oktober 2020) lezen we: “Banks continue to be the costliest channel for sending remittances, with an average cost of 10.9 percent in 2020 Q3, while post offices are recorded at 8.6 percent, money transfer operators at 5.8 percent, and mobile operators at 2.8 percent.” Caritas publiceert een tabel die getuigt van de ‘ijver’ waarmee de ‘decente’ politiekers dit zeer beperkte, praktische puntje van het migratiepact nastreven:
Ondertussen gaat de Europese Unie onverdroten verder met de uitbouw van een buitengrenswacht van 10.000 man en is ze die buitengrens steeds verder in Afrika aan het vooruitschuiven…