Schijfschieten in de Rode Zee
Houthi missielen vlogen maandag en dinsdag weer over de Rode Zee, naar container- en andere schepen op weg naar verre bestemmingen. Houthi’s schieten sinds 7 oktober geregeld op de grote schepen in de Rode Zee, bij wijze van steun aan de Palestijnen in hun oorlog met Israël in Gaza. Maar sinds ze vorige week ook Amerikaanse helikopters bestookt hadden die zo’n schip ter hulp kwamen ( en meteen een drietal Houthi-bootjes tot zinken brachten) vonden de VS en UK en hun bondgenoten het nodig om dit avontuur stop te zetten, en voerden ze op 11 januari een reeks luchtaanvallen uit op Houthi installaties in Jemen.
(Foto: erder bericht van Amerikaanse ministerie van defensie over aanvallen op schepen in de Rode Zee (2018) Flickr, CC2.0)
Dit gaf onmiddellijk aanleiding tot massale manifestaties in Jemen en in de Arabische wereld. Anderzijds bleek dat de Houthi lanceer installaties meestal mobiel zijn, en niet zo gemakkelijk uitgeschakekld worden. Houthi’s zijn per slot al lang aan het vechten.
De nieuwe missielen vormden dan een antwoord op de Amerikaanse en Britse luchtaanvallen van 11 januari, die die aanvallen juist moesten stoppen, en onderstrepen dat de luchtaanvallen de capaciteiten van de Houthi’s om schepen te bestoken ver van uitgeschakeld hebben.
Maandag trof een raket het Amerikaanse containerschip Gibraltar Eagle, niet meer in de Rode Zee maar in de Golf van Aden. Dinsdagmiddag werd weer een vrachtschip getroffen dat onder Maltese vlag, van een Griekse rederij zou zijn, telkens zonder veel schade aan te richten. Maar Qatar besloot al zijn gastankers voorlopig niet meer door de Rode Zee te sturen. Intussen zouden nieuwe VS-luchtaanvallen in Jemen uitgevoerd zijn, en VS oorlogsschepen zijn begonnen Iraanse schepen aan te houden, op zoek naar wapenleveringen voor de Houthi’s. Dit kan naar een dieper conflict met Iran leiden, maar daar zijn we misschien nog niet.
De welvaart in het nauw?
De alternatieve weg naar Azië dan wel Europa, die niet meer door de engte van Bab el Mandeb leidt maar de hele omweg langs Afrika doet, duurt voor een schp negen tot tien dagen langer, wat uiteraard de prijs de hoogte in jaagt. Schepen die toch de Rode Zee blijven bevaren hebben door de Houthi akties moeite met hun verzekeringspremies, die pijlsnel de hoogte in wippen. Dat bracht grote rederijen als Maersk of Cosco er al toe de Rode Zee en het Suez Kanaal niet meer te gebruiken. Niet alleen zou Egypte te lijden hebben als de passagerechten van het Suez kanaal zouden verdampen, men kan zo de wereldprijzen van gas en olie de hoogte in zien gaan, waarbij niemand weet waar ze zouden stoppen.
Zo gezien is het niet vreemd dat de internationale militaire operatie van de VS, Groot-Brittannië, Nederland en nog een paar Europese landen om de scheepvaart te beschermen, de passende naam Prosperity Guardian kreeg: Wachter van onze Welvaart.
Wat de bedoeling van de Houthi’s is, weten we intussen al wel. Zij doen een poging om de Rode Zee te sluiten, aanvankelijk zeiden ze voor Israëlische of met Israël verbonden schepen, later ook op Amerikaanse, om druk uit te oefenen op Israël, dat zijn oorlog in Gaza moet stopzetten. Als Israël de oorlog stopt zullen de Houthi’s hun beschietingen ook stoppen is het devies. Tot dan blijven zij voortvechten aan de kant van de Palestijnen.
Zoals altijd in het Midden-Oosten is dit een gevecht met omwegen en verborgen boodschappen en signalen. De Houthi’s zijn immers niet alleen. Zij zijn lid van de “As van verzet”, die door Iran gestuurd wordt: samen met Hezbollah in Libanon, Hamas in Palestina, en andere groepen in Syrië en Irak.
Niet al te veel daarvan is algemeen bekend. Iran is heel moeilijk leesbaar. Het zal niet zo zijn dat Teheran alle acties en operaties van Hezbollah of Houthi’s leidt of zelfs controleert. Wat het doet is sponsoring, bewapening, opleiding wellicht. Houthi, Hezbollah, Hamas behouden een waarschijnlijk hoge graad van onafhankelijkheid — het is ook zo dat zij allemaal hun eigen oorlog te voeren hebben.
Iran ook. Naast zijn traditionele, “principiële” conflict met de Verenigde Staten (“De Grote Satan”) en Israël (“De Kleine Satan”), voert sjiitisch Iran een reële zij het soms verborgen strijd met soennitisch Saoedi-Arabië om het leiderschap over de islamitische wereld. Omdat Iran al jaren bezig is met de ontwikkeling van kernwapens — geregeld verschijnen rapporten over de snelle vooruitgang die daar gemaakt wordt — vrezen Israël en andere buurlanden dat Iran, eens zover en gewoon voortgaande op zijn geografie, de duidelijke regionale grootmacht wordt, terwijl Israël zelf dan zijn monopolie als kernmacht, en dus zijn automatische overwicht verliest. Een reden voor Israël om uit te zijn op een, misschien beperkte, oorlog tegen Iran, waar het echter op z’n minst het groene licht van de VS voor nodig heeft. Dit alles is al jaren bezig.
“Rebellen” aan de macht
De Houthi’s in Jemen nu, ziet men nog vaak beschreven als “rebellen’. Een “militie”, een sjiitische dan nog. In feite hebben zij de burgeroorlog om Jemen gewonnen die na de opstand in 2011 uitbrak, en controleren ze de hoofdstad Sanaa en het grootste deel van het dichtbevolkte deel van Jemen, behalve Aden. Intussen hebben ze een bloedigie agressie doorstaan waarmee Saoedi Arabië met hulp van Groot Brittannië en de VS hen van de macht wilde verjagen. Dit heeft oneindig veel slachtoffers geëist, en het heeft de VS en UK bij de Houthi’s niet geliefder gemaakt. Maar in feite zijn ze nu zo veel als een regering. Er is ook nog een zogenaamde Presidential Leadership Council, die de Saoedi’s patroneren, maar die schijnt grotendeels te opereren vanuit een hotel in Riyad.
Nu hebben ze zich dus gemengd, misschien aangemoedigd door Iran maar dat weet men niet, in de Israëlische oorlog in Gaza. Hun raketten reiken tot in het zuiden van Israël. Als de Hezbollah in het Noorden Israël zouden bestoken, en de Houthi’s in het zuiden, terwijl Benyamin Netanyahu zijn nimmer eindigende bloedige oorlog in Gaza voert en een beetje in de Palestijnse Westoever, terwijl de Westerse ekonomie stil dreigt te vallen door de gesloten Rode Zee, dan begint die optelsom toch naar een serieus conflict te wijzen. De VS kan daar nauwelijks in tussenkomen, om van de Europese Unie maar te zwijgen.
Het ontbrekende element hier is Iran, dat wel met geestdrift vuurtjes lijkt te stoken, maar helemaal geen zin blijkt te hebben in een open oorlog met wie dan ook. Die open oorlog, die bijna automatisch naar een veel omvattender conflict zou kunnen leiden. Daar heeft dus niemand zin in. De VS niet, de Hezbollah blijkbaar ook niet, alleen misschien bepaalde lieden in de regering van Israël, die er hun politieke loopbaan mee verbonden zien.
Alleen de Houthi’s dan? Waarvoor doen ze het? Zeker niet op bevel van Teheran. Als leger geworden “militie” zijn ze verre van opgewassen tegen militaire zwaargewichten als de VS of Israël ook al kan het moeilijk zijn ze zomaar uit te vegen. Politiek wegen ze als relatieve nieuwkomers wellicht niet erg zwaar in de Arabische wereld. Kwade tongen zijn het dan misschien, die suggereren dat Palestina voor Houthi’s ver van hun bed is, maar dat zij, door hun solidariteit met de Palestijnen, hun eigen geloofwaardigheid en autoriteit in de islamitische wereld opkrikken en zodoende aan bondgenoten winnen die ze wellicht nog nodig zullen hebben in de slagschaduw van groot en rijk en soennitisch Saoedi-Arabië.
Zo worden de Palestijnen ook weer geïnstrumentaliseerd zou men kunnen zeggen, maar dit keer dus door bondgenoten die de oorlog willen stopzetten. Weer blijkt de achillespees van de problemenknoop in het Midden-Oosten in Palestina te liggen. Daar, in Gaza, gaat de oorlog, gaat het moorden onverminderd voort. Officiële cijfers uit Gaza zeggen dat het dodencijfer sinds 7 oktober opgelopen is tot meer dan 24.100 doden en 60.834 gekwetsten. In Israël zelf groeit ontevredenheid over de oorlog, in het leger die hem moet voeren en waar ook ongemakkelijk veel doden vallen, maar vooral bij de bevolking, die wil dat de regering haar prioriteit verlegt, van het vernietigen van Hamas, wat militair onbegonnen werk is, naar het vrij krijgen van de meer dan honderd gijzelaars die Hamas nog heeft. Hoe langer de oorlog duurt, hoe kleiner de kansen worden om die gevangenen terug te zien. Meer en meer Israëli’s dringen aan op onderhandelingen. Niet omdat ze enige empatie zouden voelen voor de Palestijnen die systematisch uitgemoord worden, dat hebben ze niet, maar omdat ze hun zonen en dochters willen terugzien. Hoe het van hieruit met Israël zelf verder moet, is een open vraag.