Ga naar de inhoud

Positie arbeidsmigranten in de 2e Kamer

Positie arbeidsmigranten versterken via Kamerdebat (16 december) en Power Resources Approach. Op 16 december debatteert de Tweede Kamer op basis van de aanbevelingen van het Aanjaagteam Bescherming Arbeidsmigranten over de situatie van arbeidsmigranten in Nederland. In hun rapport ´Van gereguleerde wantoestanden naar eerlijk werk´ gaan onderzoekers van de Erasmus Universiteit Rotterdam dieper in op de mechanismen die een rol spelen bij de structureel oneerlijke arbeidspraktijken in de land- en tuinbouwsector. Ze ontwikkelden een ´Power Resources Approach´ die arbeidsmigranten kan helpen beter op te komen voor hun belangen.

11 min leestijd

(door Rob Bleijerveld, oorspronkelijk verschenen op Supermacht, fotos komen uit de EUR beleidsbrief)

Ruim 530.000 arbeidsmigranten uit de Europese Unie werken hier in de distributie, land- en tuinbouw, bouw, schoonmaak en vleesverwerkende industrie. Zij worden over het algemeen als werkkracht ingehuurd door uitzendburo´s die ook zorgen voor hun transport en huisvesting. Velen van hen hebben door hun afhankelijke positie te maken met slechte werk- en woonomstandigheden. Daarnaast zijn ze extra kwetsbaar voor besmetting met het Coronavirus doordat ze gedwongen zijn dicht op elkaar te werken, wonen en reizen.

Aanjaagteam Bescherming Arbeidsmigranten

Volgens minister Koolmees (SZW) toonden de recente uitbraken van het Coronavirus in onder meer slachterijen [1] aan dat de arbeidsmigranten kwetsbaar zijn en dat ¨de continuïteit van vitale processen zoals in de voedselketen¨ in gevaar komt. Op 1 mei 2020 stelde de regering het Aanjaagteam Bescherming Arbeidsmigranten in onder leiding van Emile Roemer. Die moest onderzoeken hoe het risico op Coronabesmetting voor arbeidsmigranten in Nederland op korte termijn te verminderen is. En hoe de (algemene) positie van de werkers op de lange termijn te versterken is. Een nauwere samenwerking tussen diverse betrokken partijen in Nederland en de buurlanden moet werkgevers en detacherings- en uitzendbureaus die werken met arbeidsmigranten stimuleren om de wet na te leven inclusief de Coronamaatregelen.

Eerste advies: voorkom besmetting met Corona

Op 11 juni bracht het Aanjaagteam een eerste set aanbevelingen uit aan de minister [2]. De regering moet op korte termijn zorgen voor een aantal maatregelen om de situatie van arbeidsmigranten snel te verbeteren. Het gaat om minimale voorwaarden om besmettingen te beperken in bedrijven waar veel arbeidsmigranten werken. Een deel van de maatregelen kan de regering zelf treffen, een ander deel komt voor rekening van lagere overheden, werkgevers en uitzendbureaus. De onderwerpen waar het Aanjaagteam aan denkt zijn: registratie, wonen, vervoer, werken, zorgverzekering, samenwerking toezichthouders/handhavingsinstanties en informatievoorziening.

Misbruik van afhankelijkheid

Volgens het Aanjaagteam zijn arbeidsmigranten in Nederland kwetsbaar en durven ze vaak niet voor zichzelf op te komen, terwijl de Nederlandse regelgeving wel uitgaat van zelfredzame, mondige burgers. Dit zorgt voor onwenselijke situaties en in uiterste gevallen voor ernstige misstanden.

Het Aanjaagteam constateert dat veel arbeidsmigranten die in Nederland werken fatsoenlijk werk, een fijne werkgever en een prettig onderkomen hebben. Maar er zijn ook werkgevers die de positie van arbeidsmigranten bewust maximaal uitbuiten, zowel binnen wat de wet toestaat als ook op onwettige wijze. Dit leidt tot een problematiek die zowel schadelijk is voor de arbeidsmigranten als voor de burgers en de bedrijven in Nederland. Denk bijvoorbeeld aan overlast door slechte huisvesting en oneerlijke concurrentie door misbruikmakende bedrijven.

Tweede advies: ´Geen tweederangsburgers´

Op 30 oktober bood het Aanjaagteam haar tweede set aanbevelingen aan, getiteld ´Geen tweederangsburgers – Aanbevelingen om misstanden bij arbeidsmigranten in Nederland tegen te gaan´ [3]. Centraal uitgangspunt daarbij is het zoeken naar een structurele oplossing voor de positieverbetering van arbeidsmigranten en naar het verminderen van hun afhankelijkheid van uitzendbureaus en inleners.

Nieuwe set van normen en waarden

¨Er is een nieuwe set van normen en waarden nodig waar het gaat om de omgang met arbeidsmigranten. We moeten ze dus gaan zien als gelijkwaardige en volwaardige deelnemers aan onze samenleving. Lokale en nationale overheden moeten bewust beleid gaan maken rondom arbeidsmigranten en moeten de regelgeving op gebied van arbeidsomstandigheden en huisvesting aanscherpen. Er moet effectieve handhaving komen op elk aspect van arbeidsmigratie, inclusief controle achteraf. We moeten de zelfredzaamheid van arbeidsmigranten stimuleren en beter zicht krijgen op arbeidsmigratie,¨ aldus het Aanjaagteam.

Tijdens een Algemeen overleg op 16 december bespreekt de Tweede Kamer de adviezen van het Aanjaagteam [4].

´Van gereguleerde wantoestanden naar eerlijk werk´

Onderzoekers Siegmann, Quaedvlieg en Williams van het International Institute of Social Studies (Erasmus Univeristeit Rotterdam) presenteerden op 8 oktober in Den Haag een beleidsbrief getiteld ´Van gereguleerde wantoestanden naar eerlijk werk. Betere omstandigheden voor arbeidsmigranten in de Nederlandse landbouw´ [5]. Deze beleidsbrief is gebaseerd op het Nederlandse hoofdstuk van de vergelijkende studie ´Worden arbeidsmigranten alleen uitgebuit in Zuid-Europa? Case Studies over Arbeidsmigranten in Duitsland, Nederland en Zweden´. die in juli uit kwam [6].

De onderzoekers constateerden dat arbeidsmigranten in de Nederlandse hoogproductieve landbouwsector gebukt gaan onder oneerlijke arbeidsomstandigheden, waaronder structureel lage lonen en slechte leefomstandigheden, onzekere contracten en gevaarlijke werkomstandigheden. De Covid-19-pandemie heeft deze wantoestanden in de schijnwerpers gezet.

De huidige regelgeving en het economische model maken deze structureel oneerlijke arbeidspraktijken mogelijk en ze treffen vooral arbeidsmigranten uit Midden- en Oost-Europese landen (MOE-landen).

Aanpak wantoestanden en zwakke positie

In hun beleidsbrief stelden Siegmann, Quaedvlieg en Williams stappen voor om de structurele wantoestanden aan te pakken en om fatsoenlijk en eerlijk werk in de Nederlandse landbouw te versterken. Ze onderzochten verschillende mechanismen die de wantoestanden van arbeidsmigranten mogelijk maken en hun onderhandelingspositie verzwakken.

Institutionele mechanismen

De wantoestanden rondom de migranten uit de MOE-landen worden grotendeels mogelijk gemaakt door de Wet Flexibiliteit en Zekerheid uit 1999 (Flexwet). Het drie-fasensysteem van die wet functioneert niet; het merendeel van de arbeidsmigranten in de landbouw blijven zelfs na jarenlang werken steken in de eerste fase. Wettelijk is het werkgevers toegestaan hun werknemers te ontslaan nog voor de eerste contractuele fase is afgesloten.

De onzekere arbeidspositie door de flexibilisering wordt verergerd door het onvermogen van de Inspectie SZW (Arbeidsinspectie) om arbeidsnormen te bewaken en te handhaven.

Structurele mechanismen

De onzekere positie van de arbeidsmigranten wordt versterkt doordat zij in hoge mate afhankelijk zijn van hun werkgevers. De aangeboden arbeids-, huisvestings-, transport- en zorgverzekeringscontracten zijn onderling verbonden zodat een eventueel ontslag ook kan leiden tot dakloosheid. Hierdoor zijn de werkers bang om misstanden aan te kaarten.

Ook de machtige positie van supermarktbedrijven binnen de agrarische productieketen leidt tot verzwakking van de positie van de arbeidsmigranten. Op basis van hun economische positie oefenen ze prijsdruk uit waardoor telers hun prijzen moeten verlagen. En de telers vertalen deze druk naar lage lonen en onzekere contracten voor arbeidsmigranten.

Organisatorische mechanismen

Onder meer het beperkte bereik van vakbonden om arbeidsmigranten binnen de land- en tuinbouw te vertegenwoordigen, leidde ertoe dat werkers uit de MOE-landen geen collectieve stem op de arbeidsmarkt hebben.

Ook potentiële bondgenoten, zoals groepen die lobbyen voor duurzame voedselsystemen, besteden weinig tot geen aandacht aan arbeidsomstandigheden in de landbouw.

Power Resources Approach

Om te komen tot waardig en fatsoenlijk werk in de Nederlandse landbouw stellen de onderzoekers de Power Resources Approach voor [7]. Deze benadering gaat uit van een strategische analyse van huidige en toekomstige interventiemogelijkheden waarmee werknemers hun belangen binnen een gegeven economische en maatschappelijke context kunnen verdedigen.

Er zijn een 5-tal verschillende krachten te mobiliseren en te gebruiken:

1. Verenigingskracht – uitkomst van collectieve arbeidersorganisatie vorming.
2. Structurele macht – hangt af van de positie van werknemers binnen het economische systeem, op de werkplek en op de arbeidsmarkt in het algemeen.
3. Coalitionele kracht – heeft betrekking op het vermogen van werknemers om het gedrag van een werkgever te beïnvloeden door bondgenoten erbij te betrekken.
4. Institutionele macht – ligt in het vermogen van werknemers om het gedrag van andere actoren te beïnvloeden door een beroep te doen op formele of informele regels.
5. Discursieve kracht – wordt uitgeoefend door in te grijpen in openbare debatten om een bepaald standpunt naar voren te brengen.

Versterking van de institutionele macht

Nodig is een juridisch en institutioneel kader uitgaande van:

– Gelijke rechten voor arbeidsmigranten (op basis van de EU-richtlijn inzake uitzendkrachten (2008/104));
– Herinvoering van een vergunningssysteem voor uitzendbureaus;
– Institutionele vernieuwing ter terugvordering van onbetaalde lonen, overuren en vakantiegeld;
– Strengere handhaving door de Inspectie SZW uitgaande van een heroriëntatie op de werknemers als haar belangrijkste stakeholders, en een beter toegankelijk klachtenmechanisme.

Versterking van de structurele macht

– Ketenverantwoordelijkheid supermarktconcerns

Arbeidsmigranten kunnen hun structurele positie in Nederland versterken met een werknemersgestuurd mechanisme als het Fair Food Program uit de VS [8]. De arbeiders bepalen daarbij zelf de klachten-, controle- en sanctiemechanismen. De supermarktconcerns moeten hun ketenverantwoordelijkheid nemen door de toegevoegde waarde te herverdelen (als loonsverbetering) via een publiek-private samenwerking met arbeider- en migrantenorganisaties en bijvoorbeeld de Inspectie SZW.

Dit ligt in het verlengde van de aanbeveling van het Aanjaagteam Bescherming Arbeidsmigranten (¨actoren in agrarische productieketen verantwoordelijk stellen voor eerlijke en fatsoenlijke arbeidsomstandigheden¨) en van de doelstelling van het Convenant Voedingsmiddelen van het Nederlandse Platform Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen 2018 (¨leefbaar loon garanderen voor arbeiders in de voedselketen¨).

– Leefbaar loon door samenwerking boeren en arbeidsmigranten

De vereniging SOS Rosarno in Zuid-Italië gaat verder dan het werknemersgestuurde herverdelingsmodel van de FFP in de VS. Vanuit een coöperatief verband tussen (kleinschalige) boeren en arbeidsmigranten is een alternatieve agrarische productieketen opgezet waar de lonen en prijzen van producten worden bepaald op grond van menselijke basisbehoeften.

Dit model kan ook in ons land worden toegepast en opgeschaald waarbij de overheid minimumprijzen vast stelt voor landbouwproducten waarin fundamentele arbeidsnormen een voorwaarde zijn voor de prijsbepaling. De toegenomen bewustwording over de zwakke plekken in het huidige voedselsysteem te midden van de Covid-19 pandemie biedt een kans voor een noodzakelijke paradigmaverschuiving.

Versterking van de verenigingsmacht

– Vakbonden moeten de onderhandelingspositie van arbeidsmigranten versterken door middel van organisatie als cruciale stap te midden van een veranderende arbeidsmarkt, een arbeidsmarkt die wordt gekenmerkt door een toenemend aantal internationale contractuele relaties die niet gunstig uitvallen voor de werkers;

– Vakbonden moeten hun innovatie bij het organiseren van de werkers afstemmen op de sociale identiteit en de culturele achtergrond van migranten, waarbij de onderling verbonden problemen worden meegenomen. De ervaring van de FNV met activiteiten gericht op arbeidsmigranten in Limburg en Noord-Brabant is een inspirerend voorbeeld;

– Vakbondsvernieuwing door effectieve hulp aan ondervertegenwoordigde groepen van werknemers kan de traditioneel sterke rol van de Nederlandse vakbonden in de politieke besluitvorming stabiliseren en versterken. En kan zo ook het teruglopen van de ledenaantallen helpen tegengaan.

Versterking van de coalitiemacht

– Allianties van arbeidsmigranten met duurzame landbouw, migranten- en mensenrechtenorganisaties kunnen het maatschappelijke momentum creëren dat nodig is voor een meer sociaal en ecologisch duurzame landbouw.

– Initiatieven tot verkorting van agrarische productieketens en verduurzaming van landbouwpraktijken kunnen een steun zijn voor arbeidsmigranten (leefbare lonen), boeren (fatsoenlijke prijzen) en consumenten (betaalbaar biologische voedsel). Dergelijke initiatieven kregen sinds het uitbreken van de Covid-19-pandemie een sterke impuls.

Versterking van de discursieve macht

Bovengenoemde voorstellen kunnen een belangrijke bijdrage leveren ter versterking van de positie van arbeidsmigranten op weg naar de garantie van een eerlijke en fatsoenlijke werkplek in de Nederlandse landbouw. Ze moeten wel gepaard gaan met een verschuiving in het publieke debat en mediadiscours gericht op het zichtbaar maken en herwaarderen van de bijdrage van de arbeidsmigranten.

Op naar herwaardering

De onderzoekers concluderen dat de arbeidsmigranten moeten worden geherwaardeerd als steunpilaar voor de Nederlandse landbouw.

Meer lezen:
– ¨Internationale samenwerking in aanpak van misstanden bij arbeidsmigranten,¨ AGF, 30 november 2020.
– ¨Vijftien meter per tomatenplukker, dat wordt wel duur,¨ Fooodlog, 1 november 2020.
– ¨Emile Roemer: ´Een menswaardig bestaan gaat boven flexibiliteit´,¨ Volkskrant, 30 oktober 2020.
– ¨Advies aanjaagteam: ´Scherp keurmerk huisvesting aan´,¨ Nieuwe Oogst, 30 oktober 2020.
– ¨Conceptverslag inzake nieuwe wegen voor legale arbeidsmigratie,¨ Europees Parlement, rapporteur Dalli, 9 oktober 2020.
– ¨Arbeidsmigranten betalen de prijs voor voedselzekerheid – onderzoekers presenteren 8 oktober Europees rapport,¨ Biojournaal, 7 oktober 2020.
– ¨Aankondiging Webinar Aanpak arbeidsuitbuiting op 26 oktober¨, VNG, oktober 2020.
– ¨Twee derde Nederlandse bedrijven maakt zich schuldig aan arbeidsuitbuiting,¨ Fair Work, 4 augustus 2020.
– ¨Impact van corona op ongedocumenteerden in Nederland,¨ Fair Work, 6 mei 2020.
– ¨Investico: Arbeidsmigranten onbeschermd tegen Corona-besmetting in distributiecentra,¨ Supermacht, 6 mei 2020.
– ¨Aanpak van arbeidsuitbuiting,¨ Algemene Rekenkamer, eind 2019?.
– ¨Is de aanpak van uitbuiting in de tuinbouw effectief?,¨ Supermacht, 23 maart 2019.
– ¨Staking van Poolse tuinarbeiders toont hun kwetsbaarheid en uitbuiting,¨ Supermacht. 20 maart 2015.
– ¨FNV en Kamer over schimmige uitzendconstructies, cao-ontduiking en ketenaansprakelijkheid,¨ 2 december 2014.
– ¨Prijs voor Albert Heijn en Tempo Team wegens opjaag- en intimidatiebeleid,¨ Supermacht, 22 januari 2013.
– ¨Tuinarbeid, supermarktmacht en verzet,¨ Supermacht, 16 september 2006.

Noten:
[1] Zie bijvoorbeeld: ¨Europees Parlement wil meer inspecties in Nederlandse slachthuizen,¨ Europees Parlement, 28 mei 2020 ; ¨FNV vreest coronabesmetting in Pluimvee sector, ¨We staan kont aan kont te werken¨,¨ FNV, 28 mei 2020; ¨Corona zet fruitsector op scherp,¨ Nieuwe Oogst, 6 juni 2020 en ¨Zorgen om coronabesmettingen arbeidsmigranten, ‘breder onderzoek echt nodig’,¨ NOS, 25 mei 2020.
[2] ¨Eerste aanbevelingen van het Aanjaagteam bescherming arbeidsmigranten o.l.v. Emile Roemer,¨ Tweede Kamer, 11 juni 2020.
[3] ¨Geen tweederangsburgers – Aanbevelingen om misstanden bij arbeidsmigranten in Nederland tegen te gaan,¨ Tweede Kamer, 30 oktober 2020.
[4] ¨Algemeen overleg Arbeidsmigratie,¨ Tweede Kamer, november 2020.
[5] ¨Van gereguleerde wantoestanden naar eerlijk werk. Betere omstandigheden voor arbeidsmigranten in de Nederlandse landbouw,¨ International Institute of Social Studies (EUR), 8 oktober 2020. (Overzichtspagina Erasmus Universiteit Rotterdam).
[6] ¨Are Agri-Food Workers Only Exploited in Southern Europe? Case Studies on Migrant Labor in Germany, Netherlands, and Sweden,¨ Open Society European Policy Institute, 14 juli 2020. (Overzichtspagina OSEPI).
[7] ¨The Power Resources Approach: Developments and Challenges,¨ Schmalz, Webster, Ludwig in Global Labour Journal, mei 2018.
[8] ¨The Fair Food Program¨ (Coalition of Immokalee Workers).

(Verkorte weblink: https://www.supermacht.nl/?p=10170)