Ga naar de inhoud

Nu is het officieel: Bedrijfs-COP21

Blauwwassers sponsoren klimaatconferentie Verenigde Naties. De eerste sponsors van de ‘historische’ VN-klimaatconferentie (COP21) van december 2015 zijn informeel bekend gemaakt: het luxe merk Luis Vuitton en Suez Environment. De laatste speelt een sleutelrol in de Franse fracking lobby (schaliegas en -olie).

6 min leestijd

(Oorspronkelijk verschenen bij solidariteit)

Volgens Maxime Combes (ATTAC) werden eerder in de media BMW, Vattenfall (Zweeds elektriciteitsproducent) en New Holland Agriculture (landbouwmachines) genoemd.

Alleen een kwestie van tijd

De kwestie was niet óf bedrijven COP21 zullen sponsoren, maar welke. In november 2014, nadat de Franse senaat het budget had gekort, kondigde de regering aan op zoek te gaan naar sponsors in de private sector. Maar de regering beloofde ngo’s keer op keer niet dezelfde fouten te maken als bij COP19 in Warschau, twee jaar geleden. Toen lukte het een aantal grote vervuilers – waaronder olie-, gas- en kolenproducenten – zich in ‘VN-blauw’ te hullen en te claimen dat ze meededen aan de aanpak van de klimaatverandering. De Franse regering beloofde ook in maart een volledige lijst van sponsors vrij te geven, maar die is er nog steeds niet.

Blauw is het nieuwe zwart

Zijn de genoemde sponsors klimaatvriendelijk of gebruiken ze hun bijdragen om hun vuile imago ‘blauw’ te wassen?
Suez Environment is een Franse multinational, nummer twee op de wereldranglijst van milieudienstverleners en gespecialiseerd in water. Toen de stad Buenos Aires (Argentinië) met grote steun van de bevolking het waterbeheer weer in eigen hand nam, diende Suez een klacht in via het ‘inverster-to-state’ (ISDS) mechanisme dat de belangen van investeerders zeker stelt en vaak deel uitmaakt van internationale handelsverdragen. Suez Environment kreeg 405 miljoen euro schadevergoeding.
De expertise van het concern op het gebied van afvalwaterbehandeling maakt het concern te gelde in kolenmijnen en frackingindustrie. Daarmee heeft het een direct belang in deze vervuilende industrie. GDF Suez – ook in kolen en fracking – heeft meer dan een derde van de aandelen van Suez Environment in handen. Dat verklaart ook de deelname van Suez in een nieuwe lobbyclub voor fracking, het Centre for Non-conventional Hydrocarbons.

Het concern Moet Hennessey – Louis Vuitton is niet betrokken bij de winning van vuile energie. Het produceert dure en luxe spullen voor de rijken onder ons. Dat staat haaks op het idee dat we de beperkte middelen van de aarde eerlijk moeten verdelen. Daarbij komt dat het een notoire belastingontduiker is, met meer dan tweehonderd bedrijfjes in belastingparadijzen. Op die manier onttrekt het concern zich ook aan een redelijke bijdrage aan de energieomwenteling die nodig is om de klimaatverandering aan te pakken. Maar als het klimaat chique wordt, laat Louis Vuitton en zijn clientèle zich de kans niet ontnemen om zich in modieus ‘VN-blauw’ te tooien.
Het eerder genoemde Vattenfall (kolen- en kernenergiecentrales) zal volgens de Franse regering geen sponsor zijn. Vattenfall voert een proces tegen de Duitse staat voor het terugdraaien van het kernenergieprogramma en won al een rechtszaak tegen Berlijn vanwege de verscherpte rendementseisen voor kolencentrales. Dan is er ook de benzine slurpende BMW die Merkel voor zijn karretje spande tegen strengere emissienormen. New Holland Agriculture werkt aan ‘climate smart agriculture’, met als effect dat de boeren afhankelijk worden van multinationals en de mislukte koolstofmarkt.

Zelfs als deze bedrijven geen officiële sponsors COP21 zijn, ze steunen wel het bedrijfsleven gezinde ‘Sustainable Innovation Forum 2015′ dat tegelijk met COP21 plaatsvindt en rijkelijk is voorzien van UNEP (de milieu organisatie van de VN) en COP21 logo’s ter ondersteuning. (*)

Topje van de ijsberg

De sponsoring is maar het topje van de massieve inbreng van de grote bedrijven voor en tijdens de klimaatconferentie. Ze gebruiken de conferentie en de parallelactiviteiten om hun oplossingen voor de klimaatverandering te promoten. Die schijnoplossingen dienen alleen om op de oude weg door te gaan – ‘business as usual’ – in plaats van de omwenteling die we nodig hebben om de klimaatverandering het hoofd te bieden.
Bedrijfsevenementen binnen de VN-klimaatonderhandelingen beïnvloeden die onderhandelingen direct. Een voorbeeld was vorig jaar de door Shell en Chevron gesponsorde aanval op de beweging voor vermindering van de investering in fossiele brandstof met de ontwikkeling van experimentele technieken als argument. Dat zal nu weer gebeuren en als het een beetje meezit, weet het bedrijfsleven een plaats aan de onderhandelingstafel zelf te bemachtigen. In Warschau wisten ze tot de voorbereidingsonderhandelingen door te dringen, terwijl de ngo’s en de klimaatslachtoffers werden uitgesloten.

Maar natuurlijk is er geen reden om te wachten tot komende december. In Parijs rijzen de evenementen om de toon voor de klimaatonderhandelingen te zetten als paddenstoelen uit de grond. Bijvoorbeeld de Business & Climate Summit in mei met UNESCO, UNEP en de World Business Council for Sustainable Development (duurzame ontwikkeling), waar onder meer Shell, Dow Chemical en de cementgigant LaFarge deel van uitmaken. In Lima, vorig jaar, hield de bevolking een groot protest tegen dit evenement tijdens de klimaatonderhandelingen. In andere hoofdsteden zijn de grote bedrijven al druk bezig met lobbyen en het organiseren van propaganda-evenementen om er maar voor te zorgen dat de regeringsleiders goed voorbereid naar Parijs vertrekken. Om daar het voorgekookte, vervuilende, maar goed verpakte verhaal af te draaien.

Een alternatief

Hoewel de beïnvloeding van de onderhandelaars door de vervuilers onvermijdelijk lijkt, is er geen reden om de manipulatie te tolereren. Een goed voorbeeld daarvan is de isolatie van de tabaksindustrie. Ngo’s en de regeringen van zuidelijke landen wisten een firewall te bouwen tussen de lobbyisten van die industrie en de ambtenaren en politici die zich met gezondheid bezighouden. Zij argumenteerden dat de door de industrie veroorzaakte schade, terwijl hun belang strijdig is met het maatschappelijke belang, zo’n strikte scheiding verdiende (schade door: ondermijning van de wetenschap, lobby tegen goede regelgeving, poneren van valse oplossingen, vorming van namaak ngo’s, sponsoring van evenementen, in dienst nemen van ex-ambtenaren en politici).
En de strikte scheiding was niet alleen van toepassing op de onderhandelingen, maar op ook nationaal niveau voor alle betrokkenen van landen die het verdrag tekenden. De fossiele brandstofindustrie valt in dezelfde categorie als de tabaksindustrie. Met gelijke methoden probeert ze maatschappelijk noodzakelijke ontwikkelingen- beperking van de winning om de klimaatverandering tegen te gaan – vanwege hun eigen belang tegen te houden.

We hebben dus een scheiding nodig tussen de grote vervuilers, onze politici en de leiders van de onderhandelingen. Onderhandse beïnvloeding dient zichtbaar gemaakt en voorkomen te worden. François Hollande en zijn regering kan het goede voorbeeld geven door samenwerking met de vervuilende industrie te vermijden, te beginnen met het COP21 sponsorschap. Zo kan worden voorkomen dat de minst sociale en milieuvriendelijke bedrijven zich in blauw hullen en mooi weer spelen.

————-

Oorspronkelijke titel “Corporate COP21 – it’s official”, 27 april 2015 verschenen op http://corporateeurope.org/climate-and-energy/2015/04/corporate-cop21-its-official. Vertaling Jan Taat. Het Engelstalige artikel is voorzien van 25 bronverwijzingen. De lobby van de industrie is dus op stoom, maar de (internationale) vakbeweging moet nog haar leden overtuigen van de noodzaak om hier in actie te komen (zie ingezonden “Op een dode planeet? Daar is geen werk meer!”, 19 april 2015). Lees ook “De arbeidersbeweging loopt achter in de strijd voor het klimaat” van Daniel Tanuro in Grenzeloos (11 mei 2015) die een radicale keuze voorstelt.

(*) Zie: http://www.cop21paris.org