Ga naar de inhoud

Naomi Klein: ‘Ik zag de toekomst: het is moord’

30
januari 2008 (MO) – Naomi Klein werd wereldberoemd met No Logo, het boek dat
bij het begin van deze eeuw de salontafels van alle andersglobalisten sierde.
Eind 2007 publiceerde ze een écht onmisbaar boek voor wie zich afvraagt wat er
in de wereld gebeurt, en waarom. De Shockdoctrine beschrijft de manier waarop
neoliberale ideologen natuurrampen en maatschappelijke turbulenties gebruiken
om privatiseringen en liberalisering door te voeren. Klein vergelijkt die
aanpak met de martelpraktijken in gevangenissen en elektroshocks om
gedragsverandering te bekomen.

12 min leestijd
Placeholder image

Dit
uitstekende interview van Hans van Scharen met Naomi Klein verscheen in het
maandblad MO* (Nr. 51, februari 2008). Aanleiding is het nieuwe boek van Klein,
namelijk De shockdoctrine. Het verscheen eerder op de website yabasta.be

Naomi
Klein werd enkele jaren geleden door neoliberale macho’s smalend een
"antiglobaliseringsbabe" genoemd, maar eigenlijk is ze een charmant
politiek dier, dat bijzonder veel gevoel voor timing en promotie heeft. Haar
jaarlange, wereldwijde tournee sloot ze eind december af met een persconferentie
in Chiapas, Mexico, waarop Subcomandante Marcos De Shockdoctrine aanprees als
een noodzakelijk en gevaarlijk boek. ‘Want je kan begrijpen wat erin beschreven
staat’, aldus el Sub.

Daarmee
zitten we meteen bij de vraag welke weg er door de andersglobalisten is
afgelegd tussen No Logo en De Shockdoctrine. Voor het eerst in jaren zal het
Wereld Sociaal Forum niet als zichtbare, gecentraliseerde tegenhanger van het
Wereld Economisch Forum samenkomen. Er zal wel nationale of regionale actie
zijn. Is dat een teken van kracht of eerder van verzwakking?

Naomi
Klein:
Ik was aanwezig bij de eerste edities van het WSF en denk dat die wel
degelijk mondiale kracht uitstraalden. De Fora waren echt een plaats waar veel
mensen inspiratie putten uit allerlei Latijns-Amerikaanse bestuursmodellen,
zoals het participatieve budgetbeheer uit Brazilië, de aanpak van de Beweging
voor Landloze Boeren en de visie en strategie van de Zapatistas. Het werd
lastiger toen de aanpak van de fora centralistischer werd, daarom denk ik dat de
decentralisatie van dit jaar heel positief is.

De
discussie en de strijd terugbrengen naar het lokale vlak is ook van belang om
een tegengewicht te organiseren voor de "rocksterpolitiek" met mensen
als Bono en Geldof en het G8 make poverty history-model. Dat is écht een stap
terug. Ik heb mijn kritiek op het Wereld Sociaal Forum, maar het was nog altijd
een heel pak beter dan het model van "Bono-isering" dat we nu zien.
Het WSF maakt sociale, zelfgeorganiseerde en democratische bewegingen uit de
hele wereld zichtbaar, bewegingen die eigen voorstellen hebben om armoede uit
de geschiedenis te bannen. Vaak zijn die wat radicaler en duurzamer dan alleen
wat extra liefdadigheid.

Het WSF
laat zien dat mensen in staat zijn om voor zichzelf te spreken met eigen
ideeën. Het toont de absurditeit en het neokolonialisme van een groep blanken
die op een persconferentie tijdens een G8-top vertellen wat Afrika nodig heeft.
De "Bono-isering" van de strijd voor rechtvaardigheid is echt
schandalig en ik vind dat het Afrika Social Forum zich daar met alle kracht
moet tegen verzetten.

U bent
de voorbije jaren van rampgebied naar rampgebied gereisd: Sri Lanka na de
tsunami, New Orleans na Katrina, Irak na de invasie, enzovoorts. Wat doet dat
met u als mens?


Naomi Klein: Hmm, I’ve seen the future, brother: it’s
murder, om Leonard Cohen te citeren.
Al was het niet mijn Canadese landgenoot Cohen van wie ik die
uitspraak leerde, maar van een vriendin uit Iran, toen ze me vertelde wat het
betekent om het regime van de ayatollahs te overleven. Ik ervaar die rampen als
een voorbode van een dystopische maatschappij, het volkomen tegengestelde van
de utopische samenleving.

Wat
zich afspeelde in New Orleans is meer dan een exces van de dolgedraaide
Amerikaanse maatschappij of van de blunderende regering-Bush. Het is de
logische consequentie van een ideologie die overal ter wereld veel macht heeft
en die de rol van de overheid wil beperkten tot het overdragen van welvaart van
de staat naar private bedrijven. Je ziet het in zijn meest naakte vorm in Irak,
met bedrijven als Halliburton, Bechtel en Blackwater, die al het geld dat
bedoeld was voor Irakezen incasseren zonder daar iets voor te doen.

In New
Orleans zie je hetzelfde. In het herbouwde French Quarter zijn de mensen weer
aan het feesten. Tegelijk blijven zoveel wijken in puin liggen en functioneren
openbare diensten niet meer. Hetzelfde gebeurde in Argentinië na de economische
crisis. Je vraagt je af: is dit ook onze toekomst, banken die er met het geld
vandoor gaan? Ik heb verschillende variaties van het instorten van dit
ideologische model gezien. En dit soort observaties gaven mij een sterk gevoel
van urgentie. Want het vacuüm dat het neoliberalisme nu in sommige landen
creëert, wordt opgevuld door religieus fundamentalisme, door fascistische
ideologieën.

Mensen
hebben vaak het gevoel dat ze niet opkunnen tegen de Halliburtons van deze
wereld.

Naomi
Klein:
Mensen voelen zich vaak klein, ja. Daarom vind ik het belangrijk om aan
te tonen dat de rechtse, neoliberale ideologie zo vaak gebruikt maakt van
crises, shocks of rampen, juist omdat ze geen steun van de meerderheid heeft.
Als dat wel zo was, hoefden ze die rampen niet te exploiteren om hun agenda
door te drukken. Het feit dat velen zich klein en gemarginaliseerd voelen, toont
het succes aan van de propaganda die stelt dat dit het vrijemarktdenken de
dominante, overheersende idee is. Dat is namelijk niet zo.

In De
Shockdoctrine valt u vooral de econoom Milton Friedman en zijn Chicago-boys
aan. Dat is toch geen nieuwe kritiek?

Naomi
Klein:
Mijn boek is inderdaad gebaseerd op bestaande kritieken, maar plaatst
die in een mondiaal perspectief. Ik beschrijf de logica waarbij crises en
shocks over heel de wereld doelbewust worden geëxploiteerd. Ik val dus de
centrale stelling van de radicale vrijemarktideologie aan, die stelt dat hun
ideologie samenvalt met democratie. Terwijl het invoeren van een
vrijemarktideologie op zoveel plaatsen gepaard ging met het indammen van
democratie: van Latijns-Amerika over Jeltsin die het parlement liet aanvallen
tot de tanks op het Chinese Tienanmenplein.

Ik toon
in het boek heel duidelijk aan dat de ideologie van de Chicago-school veel
groter en breder is dan die ene universiteit. Waar het om gaat, is dat er een
soort omgekeerde klassenstrijd plaatsvond, waarbij elites macht naar zich
toetrokken. En daarmee zeg ik weer niets nieuws: veel economen spraken al over
een soort contrarevolutie van elites tegen de welvaartsstaat. Het is de rode
draad van wat zich tussen 1973 -de coup van generaal Augusto Pinochet op
president Salvador Allende in Chili- en vandaag afspeelt.

Is dat
meer dan een goed gevonden complottheorie?

Naomi
Klein:
Ik citeer zoveel mogelijk uit neoliberale bronnen, zoals de von
Hayek-archieven en de correspondentie van Friedman, onder andere met Pinochet.
Met die historische feiten in handen moet je zelf geen complotten meer
bedenken. John Williamson, de uitvinder van de Washington Consensus – de
informele samenvatting van de neoliberale ideologie- schrijft zelf dat er nooit
een voorbeeld is geweest van een land dat de Washington Consensus accepteerde
zonder dat er sprake was van een diepe crisis. Hij stelde daarbij de vraag of
het mogelijk was om pseudo-crises te creëren om zo alsnog de neoliberale
omwenteling door te voeren. Dit soort schadelijke citaten werden nog nooit op
grote schaal verspreid. Daarom doet mijn boek pijn en probeert men mij met veel
enthousiasme in de hoek te drukken van de samenzweringsdenkers.

De
Heritage Foundation (een conservatieve en neoliberale denktank die campagne
voert voor een strikt gelimiteerde overheid in een vrije markt, traditionele
Amerikaanse waarden en een sterke defensie, nvdr) lanceerde twee weken nadat de
dijken in New Orleans het hadden begeven 32 "oplossingen vanuit de vrije
markt". Dat ging van het opheffen van arbeidsrechten tot het vervangen van
het openbare onderwijs door privéscholen. Ik zeg dus niet dat zij de crisis
veroorzaken, wel dat ze klaar staan om erop in te spelen.

Dit
soort informatie brengt rechts in verlegenheid in een tijd dat de ideologie
zich in Noord-Amerika al in een crisis bevindt. Alan Greenspan, de voormalige
voorzitter van de Amerikaanse centrale bank, publiceerde net een boek waarin
hij stelt dat mensen niet meer geloven in de economische theorie van trickle
down effects (als de rijken rijker worden, zullen ook de armen daar op termijn
beter van worden) vanwege de enorme ongelijkheid in de VS.

Collega
John Vandaele schreef een boek over de verschuivende machtsverhoudingen in de
wereld onder de titel De stille dood van het neoliberalisme. Vecht u niet tegen
een reeds verslagen vijand?

Naomi
Klein:
Ik vrees dat neoliberalisme nog leeft (lacht). De meer
"vreedzame" modellen om het neoliberalisme in te voeren, zoals de
vrijhandelsakkoorden van de Wereldhandelsorganisatie of de voorwaarden die het
IMF en de Wereldbank oplegden, riepen zo veel weerstand op dat overgeschakeld
werd op brutalere methoden. De Amerikaanse overheid gebruikt het IMF niet meer,
maar valt gewoon Irak binnen en doet wat ze wil.

De
nieuwste fase waarin het rampenkapitalisme in de VS is beland, is precies het
privatiseren van de reactie op rampen, het voeren van oorlog, het verzorgen van
de veiligheid. De schandalen in Irak rond beveiligingsbedrijf Blackwater
toonden dat het meeste werk in Irak wordt uitgevoerd door bedrijven. Bedrijven
als Blackwater zien gewoon nieuwe markten en willen zich nu ook met
vredeshandhaving gaan bezighouden, en ze willen dat bijvoorbeeld in Darfoer
doen.

Na de
aardbeving in Peru kreeg het privébedrijf Anmar het contract om
vluchtelingenkampen te bouwen. Vergeet de ngo’s, geef het geld een aan een
bedrijf dat ervaring heeft, bijvoorbeeld in het bouwen en beheren van
geprivatiseerde gevangenissen. En dus bouwden ze in Peru kampen compleet met
McDonalds. Precies wat we ook in Irak zien op de Halliburton-legerbases. Een
soort dienstverleningsindustrie voor oorlog en rampen. Het is dus een risico
als Europeanen zeggen dat het neoliberalisme dood is, en niet zien dat deze
gigantische nieuwe markten nu geopend worden. En, hoe ironisch, deze markten
groeien mede dankzij klimaatverandering en daaraan verbonden rampen en
conflicten.

De
neoliberale doctrine ondergraaft zichzelf dus niet?

Naomi
Klein:
Misschien wel. Maar mijn centrale boodschap is dat het gebruik van
shocks en crises de botsing van ideeën in de weg stond. Ik zeg dus niet dat we
de strijd om ideeën verloren hebben, wel dat veel van onze ideeën eenvoudigweg
niet de kans kregen om serieus besproken of uitgeprobeerd te worden. De
vakbeweging Solidarnosc in Polen had best een visie op een derde weg tussen
staatscommunisme en barbaars kapitalisme. Alleen kregen ze nooit de kans hun
ideeën uit te voeren omdat ze werden gemanipuleerd door het IMF en de andere
shocktherapeuten.

In
Zuid-Afrika kon het ANC zijn economisch programma nooit echt uitvoeren omwille
van enorme druk van de markt. Ik denk dat ook veel mensen uit linkse hoek
ondertussen denken dat onze ideeën achterhaald, ouderwets en beschadigd zijn.
Het feit is dat we enkele vuile oorlogen verloren omdat we gemanipuleerd
werden, in plaats van dat er een eerlijk gevecht van ideeën kon plaatsvinden.

Gelukkig
biedt Latijns-Amerika vandaag nieuwe hoop. Daar zijn de linkse ideeën helemaal
niet zo vaag, omdat rechts er zo lang aan de macht is geweest op basis van
openlijk geweld en vuile trucs. Linkse ideeën krijgen er nu een kans en mensen
hebben geleerd van de fouten uit de jaren zeventig. Er bestaat een echte
betrokkenheid bij democratie in veel landen, je hoort niet het argument dat het
doel alle middelen heiligt. De nieuwe bewegingen in Latijns-Amerika zijn dus
meer gedecentraliseerd en democratischer dan in de jaren zeventig en zijn veel
voorzichtiger om geweld te gebruiken.

Gelooft
u in de veerkracht van mensen na of tijdens rampen of crises?

Naomi
Klein:
De plaatsen waar mensen het meest bestand zijn tegen de shockdoctrine,
zijn plaatsen waar mensen hebben geleerd van shocktactieken. Spanje is een goed
voorbeeld. Na de terroristische aanslagen in Madrid rebelleerden mensen tegen
Aznar en zijn poging de angst uit te buiten. Mensen zeiden letterlijk: ‘Hij
deed ons denken aan Franco.’ Dit land gaat door het moeilijke verwerkingsproces
van het recente verleden en onderzoekt niet alleen wat de shocktherapie inhoudt
maar ook hoe mensen reageren op momenten van maatschappelijke shocks. Hoe
leiders dan persoonlijke vrijheden inruilen voor meer veiligheid. Het Spaanse
proces van zelfkritisch onderzoek heeft mede tot regimeverandering geleid.

De
shockaanpak werkt dus niet altijd?

Naomi
Klein:
Dat leert ons in elk geval de ervaring van gevangenen die eraan
onderworpen worden. Alle shocks -persoonlijk of collectief- zijn deels
gebaseerd op gebrek aan informatie. Daarom het isoleren van gevangenen zo
cruciaal. Ze kunnen je pijn aandoen, maar als je weet waarom ze dat doen, als je
erop voorbereid bent, kun je niet of veel moeilijker gedesoriënteerd worden.
Een Chileense psychologe die in Toronto woont en martelslachtoffers uit hele
wereld behandelt, vertelde me dat de politieke gevangenen het achteraf altijd
beter doen, omdat zij een verhaal hebben en weten wat hen overkomt. Daarom is
kennis van geschiedenis zo essentieel. Om wat je -individueel of collectief-
overkomt in een context te kunnen plaatsen.

U
vergelijkt de manifeste shock in Irak ook met de manier waarop er hulp werd
geboden in Sri Lanka na de tsunami. Is dat niet overtrokken?

Naomi
Klein:
Het zijn verschillende gelegenheden om gelijkaardige impopulaire
maatregelen zoals privatiseringen ondemocratisch door te voeren. Als ik ngo’s
bekritiseer, dan is dat omdat ik denk dat ze het beter kunnen doen en dat weten
ze zelf ook. In Sri Lanka zijn er de People’s Reconstruction Projects, waarbij
gemeenschappen meer tijd krijgen om zichzelf weer te organiseren en hun eigen
prioriteiten op te stellen, om vervolgens met de ngo’s samen te werken. Ik
bezocht in Sri Lanka verschillende kampen en het enige dat door mensen zelf
gebouwd was, was veruit het beste kamp. De behuizing was opgetrokken uit
materialen die veel koelere onderkomens opleverden, ze bouwden het in rijen die
grensden aan een pleintje. Ze gebruikten hulpgeld, maar ik zag geen logo’s van
ngo’s. Mensen hebben fantastische ideeën. Het is tijd om die uit te voeren.