Ga naar de inhoud

Hypocrisie in de internationale economie

Deed je het nog niet, begin er dan nu mee. Een beschimpende schaterlach voor iedere keer dat je een westers politicus China de les hoort lezen over de vrije markt.

5 min leestijd
Placeholder image

 

(Dit verhaal is overgenomen van weblog sargasso)

In de film Manufacturing Consent zegt Noam Chomsky: “There is no more morality in world affairs, fundamentally, then there was at the time of Genghis Khan. [There’s] just different factors to be concerned [with].”

Aan die opmerking moest ik denken toen ik onlangs een analyse van Hans Moleman in de Volkskrant las. Moleman beschrijft de spanningen tussen China, India, en alle landen daaromheen. (Het stuk is hier te lezen voor abonnees.) In het slot verwoordt een Indiase analist één van de irritaties die de VS regelmatig richting China uiten: dat ze wel doen alsof ze een vrijemarkteconomie hebben, maar eigenlijk vals spelen!

De aanklacht luidt als volgt: China schaadt de economische belangen van andere landen omdat het de Yuan kunstmatig laag houdt. Een goedkope Yuan zorgt ervoor dat Chinese producten goedkoop zijn in het buitenland. Zo lang China de Yuan laag houdt, kan niemand met de Chinese bodemprijzen concurreren. China verdient aan export, Europa en de VS blijven beteuterd achter met enorme handelstekorten. Dit alles is oneerlijk en slecht voor de wereldeconomie.

Na het uitspreken van deze aanklacht steken de VS en Europa graag de loftrompet over de vrijemarkteconomie en hoe het onderwaarderen van je munt daar niet in thuis hoort. China, gedraag je! Hou je aan de regels!

Eén maat / twee maten
Afgezien van de vraag of het voor de VS iets zou uitmaken als China de Yuan los laat, moeten we onszelf toch in de spiegel kijken en vragen: houden wij ons eigenlijk wel aan ‘de regels’? In een column getiteld Fort Europa legt econoom Kees Vendrik uit dat Europa op belangrijke terreinen juist anti-kapitalistisch te werk gaat:

“Mensen worden helemaal niet beloond naar hun productiviteit, zoals vrijemarkteconomen graag beweren. De grote verschillen in beloning wereldwijd zijn ook geen product van de vrije markt, maar van het tegendeel daarvan, namelijk vergaande beperking van migratie…

Liberalen moeten nog maar eens uitleggen waarom zij als fervent pleitbezorger van de vrije (wereld)markt tegelijkertijd al jaren hoofdaannemer zijn van het grootste kartel dat de economie kent: de gesloten arbeidsmarkt. Europa maakt nauwelijks plaats voor de vreemdeling, zeker nu de rechtse populisten aan invloed winnen. De thuismarkt wordt zwaar beschermd en kosten noch moeite worden gespaard om de grenzen gesloten te houden.”

Als iemand zijn markt beschermt, is het wel Europa. Vendrik schrijft hier over het beperken van arbeidsmigratie, iets waar de VS ook goed in is. We kunnen ook de vele miljarden aan Europese landbouwsubsidies noemen. Of we kunnen overheden bekritiseren om het in leven houden van falende instituties op de financiële markten, zonder ze daarna met harde hand te dwingen gezond te worden.

Het punt is hier dat niemand zich aan ‘de regels’ van de vrije markt houdt. Er zijn nog wel hardcore vrije marktfundamentalisten. Neem ’superinvesteerder’ Jim Rogers, die meent dat Europa Griekenland failliet had moeten laten gaan:

 

{youtube}zdaAalaWGVo{/youtube}

Dit soort mannen verdedigt het pure kapitalisme, waar economische entiteiten die falen ook echt falen, dat wil zeggen failliet gaan. Maar politici willen — om begrijpelijke en min of meer legitieme redenen — die pijn nu niet op hun bevolking afwentelen (als het dan echt moet, dan toch liever na de volgende verkiezingen).

En zo blijven we allemaal meedoen in een systeem waarvan iedereen weet dat het niet werkt, rennen we als hamsters in het rad van de zogenaamd “vrije markt”, waar overheden en supra-nationale zwaargewichten als het IMF de kosten van nationale financiële debacles op zich nemen, terwijl ze zuchtend onder hun eigen schuldenlast anderen oproepen zich toch vooral aan de regels te houden van het kapitalistische systeem dat zo gekoesterd wordt omdat haar marktmechanismen altijd onderscheid maken tussen een rotte en een gezonde appel. Wanneer we dat toestaan.

In het Westen lossen we onze acute problemen (ze heten schulden) op door ze te verplaatsen en hoewel onze oplossingen geen oplossingen zijn, wijzen we anderen graag op de juiste oplossing.

Daarbij geloven de echte fantaten — we noemen ze neoliberalen —  dat ze het morele gelijk van het kapitalisme aan hun zijde hebben. We horen dan praat over laissez faire, een onzichtbare hand, en trickle-down economics. Filosoof Hans Achterhuis heeft in De utopie van de vrije markt laten zien dat deze kapitalistische concepten net zo utopisch en net zo disfunctioneel zijn als die van het communisme.

Als westerlingen China de les lezen gebruiken ze wetten van de vrije markt die ze zelf aan hun laars lappen. De hypocrisie viert hoogtij, en hoewel Barack Obama bepaald geen Ghengis Khan is, ben ik bang dat Noam Chomsky gelijk heeft. Andere tijden, andere poppetjes, andere taal. Maar altijd een machtsstrijd tussen mannen die meten met de morele maat die ze het beste uitkomt.