Ga naar de inhoud

Gaan de EU-landen de banken weer redden? (deel 2)

In een eerder artikel  concludeerden we dat de banken tien jaar na de crisis vrolijk verder gingen met gerommel met de boekhouding, het manipuleren van markten, belastingontduiking en geld witwassen. Maatregelen om banken veiliger te maken zijn onvoldoende, tegenstrijdig en soms zelfs contraproductief. De maatschappelijke kosten van bankreddingen waren torenhoog, de schade aan de reële economie die ze met hun crisis veroorzaakten gigantisch en onherstelbaar. Tegelijkertijd zijn de maatschappelijke opbrengsten van banken laag en de vraag rijst of banken eigenlijk wel waarde toevoegen. Met andere woorden, leveren de banken ons eigenlijk wel wat op?

16 min leestijd

(Door Gerrit Zeilemaker, oorspronkelijk verschenen op Ander Europa, foto ECB FRankfurt door Frank Friedrichs cc/flickr)

Bankroof is een initiatief van dilettanten. De echte professionals beginnen zelf een bank. (Bertolt Brecht) (*1)

Groter en risicovoller

Al jaren wordt geroepen dat banken too big to fail zijn. Talloze experts en politici roepen dat banken opgesplitst moeten worden, waardoor ze misschien niet meer gered hoeven te worden. Toch blijven de banken groeien. Vooral in Europa. Zo is er een rapport uit 2014 van de European Systemic Risk Board getiteld ‘Is Europe Overbanked?’, wat zoveel betekent als: hebben we niet teveel bankactiviteit? En hoeveel is dan teveel als we kijken naar de behoefte van de reële economie in Europa ? En heeft de patiënt geen overgewicht?

In totaal bedroegen de activa (*2) van de banksector in de EU 274% van het bruto binnenlands product (bbp) in 2013, of 334% van het bbp inclusief buitenlandse dochterondernemingen die in de EU gevestigd zijn. Zo was in Nederland de verhouding totale activa van banken tegenover het bbp in 2018 rond de 320 procent. De vijf grootste banken in Nederland nemen hier 85% van in beslag.(*3) De Europese banksector is erg groot in vergelijking met landen buiten Europa en in vergelijking met de omvang van de Europese economie, en banken zijn geconcentreerder. Opvallend is dat de bijna verdubbeling van de omvang van de EU-banksector (ten opzichte van het bbp) sinds 1996 volledig te wijten is aan de groei van de 20 grootste banken. Sterker nog, ‘de omvang van het EU-banksector en de omvang van de grootste banken van de EU zijn twee met elkaar in verband staande verschijnselen.’

Toenames in de omvang en concentratie van de banksector waren gekoppeld aan een groter hefboomeffect bij de grootste banken. (*4) In de jaren 90 was de hefboomratio gemiddeld ongeveer 6%: banken leenden gemiddeld 17 keer meer uit dan hun eigen vermogen. Tegen 2008 was de hefboom van de grootste 20 banken gedaald tot iets meer dan 3%: er werd 32 keer meer uitgeleend dan het bedrag waarover men zelf beschikte.  Bij de ‘stresstest’ wordt nu 5,5% als minimum gehanteerd, wat een hefboomratio geeft van 18 keer het eigen vermogen. Maar men laat zich best niet misleiden door een wiskundig jargon en cijfers na de komma. De keuze van de gewichten bij de berekening van de risicogewogen activa is vrij willekeurig, en wordt vooral meebepaald door de ‘rating’ (AAA, AA-, …) die agentschappen als Standard and Poor’s, Moody’s en Fitch aan financiële producten toekennen. Tot vlak voor de financiële crash in 2008 uitbrak gaven ze nog gul AAA’s aan producten die uiterst ‘toxisch’ bleken…(*5) Het is dus best mogelijk dat een bank van vandaag op morgen evolueert van ‘gezond’ tot ‘bijna dood’…

Het rapport vermeldt verder dat sommige landen banksystemen hebben die een zodanige omvang hebben bereikt dat ze te groot zijn om door hun respectieve nationale regeringen gered te worden in geval van een systeemcrisis. Bovendien hebben deze landen een lagere economische groei op de lange termijn.

Universeel en fragiel

Veel EU-banken hebben een ‘universeel bank’-bedrijfsmodel: dienstverlening voor consumenten, betalen, sparen en lenen, de retail- of nutsfunctie, gecombineerd met andere activiteiten, zoals effectenhandel, derivatenhandel en leningen aan overheden. Deze laatste activiteiten hebben vooral een speculatief karakter, zeg maar het casino van de bank.Slechts 31% van de totale balans van banken in het eurogebied bestaat uit leningen aan de reële economie van het eurogebied.  Universele banken kunnen leiden tot hogere sociale kosten door de grotere, gekoppelde risicoposities en daardoor de reële economie ernstig in gevaar brengen. Je zou kunnen zeggen dat hun consumentenbankstatus wordt gebruikt als scherm waarachter ze  op effectenmarkten speculeren.

Toegang tot depositogaranties, crediteurgaranties en bevoorrechte toegang tot financiering bij de centrale bank zijn feitelijk overheidssubsidies voor universele banken, volgens het rapport. Daarover later meer. Tegelijkertijd is het businessmodel van de universele bank een bron van fragiliteit, omdat het wordt geassocieerd met hogere niveaus van blootstelling aan systeemrisico’s,  wat natuurlijk de systeemstabiliteit bedreigt.

Schaduwbanken

Europese banken blijven ook sterk verbonden met het schaduwbanksysteem door financiering te verstrekken aan onderdelen  die zich bezighouden met schaduwbankactiviteiten. De Financial Stability Board (FSB) definieert schaduwbankieren als “kredietbemiddeling waarbij entiteiten en activiteiten (geheel of gedeeltelijk) buiten het regulier banksysteem om gaan.” De omvang van het schaduwbanksysteem van de EU was in 2017 met een totaal vermogen van iets meer dan € 42.000 miljard aan het einde van 2017, goed voor ongeveer 40% van het financiële stelsel van de EU. Het rapport belicht ook belangrijke lacunes in gegevens in sommige delen van het schaduwbanksysteem, waardoor een uitgebreidere risicobeoordeling wordt voorkomen. Met andere woorden we weten niet zo veel over de schaduwbankactiviteiten.(*6)

Het Europese bankstelsel heeft een omvang bereikt, waardoor het een groot gevaar is voor de reële economie. De concentratie van banken leidt tot een lagere economische groei en kunnen bij een economische crisis die ze met hun gespeculeer vaak zelf veroorzaken hun vestigingsland in hun val meeslepen. Ondanks gepraat over ‘monitoren’ en ‘transparantie’ is veel onbekend en afhankelijk van gegevens van de banken zelf. Concluderend, de huidige, door overheden gesubsidieerde banken zijn te groot, te geconcentreerd, te machtig, te risicovol, overladen met schuld en een last.

Wereldwijd systeemrelevante banken

In 2011 in de nasleep van de crisis publiceerde de in Zwitserland gevestigde Financial Stability Board (FSB) een lijst van wereldwijd systeemrelevante banken. De FSB is een internationale toezichthouder in de financiële wereld in opdracht van de G20 landen. Ieder jaar werkt de FSB de lijst bij en in 2018 werden 29 banken als wereldwijd systeemrelevante banken bestempeld, waaronder 13 Europese banken. Europese systeembanken zijn de Nederlandse ING, de Duitse Deutsche Bank, de Franse Group BPCE, BNP Paribas, Group Crédit Agricole,  Société Générale, de Italiaanse Unicredit Group, de Spaanse Santander, de Britse Barclais, HSBC en Standard Chartered, de Zwitserse UBS en Credit Suisse.

De banken worden beoordeeld “op basis van een op indicatoren gebaseerde benadering van de waardering. De indicatoren worden berekend op basis van gegevens van het vorige fiscale jaareinde verstrekt door banken en gevalideerd door de nationale autoriteiten. Deze indicatoren en de noemers worden vervolgens gebruikt om een score te berekenen.” (*7) Dus ook hier weer vindt de beoordeling plaats op basis van door de banken zelf geleverde gegevens. Bovendien wordt nauwkeurigheid gesuggereerd door het gebruik van de verschillende indicatoren, terwijl een verschuiving in de gewichten van de indicatoren tot andere uitkomsten kunnen leiden. Maar wat veel belangrijker is: er zijn dus 29 banken die als financiële snelwegen voor verspreiding van crises werken, en daarmee de gehele economie grote onherstelbare schade kunnen toebrengen. In 2012 vertegenwoordigde de impliciete subsidie aan wereldwijde systeembanken in de Verenigde Staten tot $ 70 miljard, en tot $ 300 miljard in het eurogebied, afhankelijk van de schattingen. (*8) In 2016 rekende het IMF uit dat de jaarlijkse subsidie zo’n 50 miljard euro per jaar is voor de 29 systeembanken (*9) Laten we zo’n bank eens als voorbeeld nemen.

Deutsche Bank de gevaarlijkste bank ter wereld

Deutsche Bank (*10) behoorde nog in 2018 tot de derde gevaarlijkste bank van Europa en werd alleen gepasseerd door de resten van het Belgische Dexia SA en het Italiaanse bankenwrak Banca Monte dei Paschi di Siena SpA. Het IMF noemde  Deutsche Bank ‘waarschijnlijk de meest riskante bank ter wereld’ (*11) Ik neem Deutsche Bank als voorbeeld, omdat Duitsland, de meest ontwikkelde en machtigste economie van Europa, toch sterke, gezonde en betrouwbare banken zou moeten hebben. Duitsland leidt niet alleen economisch, maar ook politiek in Europa en schrijft dikwijls andere Europese landen het beleid voor. Bovendien staat Duitsland in de corruptie-index, die staten classificeert op basis van het gepercipieerde corruptieniveau, op nummer 11 van 180 onderzochte staten. (12) Dat is toch niet niks zou je zeggen. De Duitse bankiers zijn waarschijnlijk van een aparte slag.

Deutsche Bank is in 1870 opgericht en groeide en fuseerde snel. In 1929 was het de grootste bank van Duitsland. Na de bankencrisis van 1931 werd ze deels genationaliseerd, maar in 1936 werd de bank weer geprivatiseerd. Tijdens Hitlers bewind ontsloeg de bank haar Joodse medewerkers en was betrokken bij de overdracht van bezit van Joods eigendom aan niet-Joden. Banken in bezet gebied werden ondergebracht bij Deutsche Bank. In 1999 werd bekend dat de bank betrokken was bij de financiering van het concentratiekamp Auschwitz. Na de oorlog werd de bank opgesplitst, maar vanaf 1952 groeide de bank weer door fusies en samenvoegingen. In 1989 nam de bank een Britse bank over en in 1999 werd de Amerikaanse Bankers Trust ingelijfd. In 2010 nam de bank de Duitse  Postbank over en verwierf delen van de Nederlandse ABN AMRO. De Postbank leverde 14 miljoen klanten met veel spaargeld, waardoor de bank minder afhankelijk werd van andere banken voor de financiering van de activiteiten. (*13) In 2011 werd de bank met een reeks van andere (Europese) banken als systeemrisicobank aangemerkt wat betekent dat ze onder extra toezicht staat en extra kapitaal moet aanhouden. (*14)

Grossieren in schandalen

Deutsche Bank is bij vrijwel alle schandalen van de laatste tijd betrokken geweest. Een kleine horrorkeuze:

  • In 2010 was  Deutsche Bank (DB) betrokken bij het failliet van de Duitse middenstandbank IKB. DB had de middenstandsbank hypotheekderivaten, ‘rampzalig schrootpapier’, aangesmeerd. Zelf hadden ze deze hypotheekderivaten al verkocht.
  • In 2010 werd DB door een tipgever vanuit het bureau van de openbare aanklager gewaarschuwd voor een ophanden zijnde razzia in een onderzoek wegens belastingontduiking.
  • In 2011 was DB betrokken bij verdachte transacties van de cameraproducent Olympus naar een rekening op de Kaaimaneilanden.
  • In 2012 werd bekend dat twee medewerkers van DB betrokken waren bij de manipulatie van de LIBOR-rente.
  • In 2012 vond een razzia bij DB plaats en werden vijf traders gearresteerd op beschuldiging van belastingfraude bij handel in emissierechten. Vijfhonderd politieagenten en belastingambtenaren doorzochten het hoofdkantoor in Frankfurt. DB was al in 2009 gewaarschuwd. Later kwam er het witwassen van geld  en poging tot obstructie van de rechtsgang bij. Eén van de betrokken traders ontving over 2008 een bonus van 80 miljoen euro. Later werden belastende e-mails van de topmanager Jain gevonden.
  • In 2013 wordt DB extra gecontroleerd door de Duitse financiële toezichthouder in verband met de vaststelling van de Euribor.
  • In 2013 kondigde de Duitse financiële toezichthouder controles aan naar de totstandkoming van de goud- en zilverprijs, ook bij DB.
  • In 2013 valt het FBI het kantoor van DB in New York binnen wegens vermeende manipulatie van wisselkoersen.
  • In 2014 sloeg de aandeelhoudersvergadering van DB op tilt. Het management wilde de salarissen en bonussen van het toppersoneel verdubbelen. Aan de topmanagers van de investeringsbank werd in 2013 4,5 miljard betaald aan bonussen en salaris, de totale winst van de bank was 681 miljoen euro. “Moeten we mensen die ons benadelen zoveel betalen, zodat ze bij ons blijven” brieste een verontwaardigde aandeelhouder. “De salarissen zijn marktconform”, antwoordde het management koeltjes.
  • In 2016 wordt bekend dat het DB-filiaal in Moskou van 2011 tot 2015 bij een witwasschandaal van zo’n 10 miljard dollar betrokken was. Weer hadden de waarschuwingssystemen van de bank gefaald.
  • In 2018 werd weer een razzia gehouden in het concernkantoor in Frankfurt in verband met een witwasaffaire. De openbare aanklager werd vergezeld door 170 politieagenten.
  • In 2019 was  DB alweer betrokken bij het witwasschandaal van het filiaal van de Danskebank in Estland.
  • In 2019 kon de DB ternauwernood een nieuwe razzia in verband met de Panama Papers afwenden.(*15)
  • Op dit moment loopt in Nederland een proces van de woningbouwcorporatie Vestia tegen DB wegens het bewust aansmeren van buitensporig veel rentederivaten die Vestia helemaal niet nodig had. Vestia kon ternauwernood en tegen hoge kosten gered worden door andere woningcorporaties en eist nu geld terug van DB. DB verdiende in totaal 34 miljoen euro aan Vestia. Een bankier van DB noemde Vestia: ‘een kip met de gouden eieren.’ (*16)

Tot zover deze lang niet volledige opsomming van schandalen. Nu de bank zelf.

Grootste bank ter wereld en een reus op lemen voeten

Op zijn piek in 2007 claimde Deutsche Bank de titel van grootste bank ter wereld met een totaal aan  activa van 2000 miljard en een winst van 6,5 miljard. (*17) In het jaarverslag van 2018 is het balanstotaal tot  1348 miljard gedaald en heeft de bank in 2015 een verlies van 6.772 miljoen geleden, over 2016 een verlies 1.356 miljoen en in 2017 een verlies van 735 miljoen. In 2018 maakte de bank een minuscuul winstje van 341 miljoen. (18)

De bank noteert een boekwaarde van ruim 61 miljard maar de marktwaarde is behoorlijk minder: nog geen 15 miljard euro. Haar aandelen staan historisch laag: € 6,65 per aandeel. In 2015 waren de aandelen nog € 30 waard, een daling van bijna 80 procent. Deutsche Bank rapporteert in haar risicorapport van 2017 een bruto kredietrisico van 364 miljard, waarvan netto 20 miljard overblijft. Alleen die 20 miljard euro wordt op de balans vermeld. Maar het geheel berust op een totaal aan derivatenposities van ruim 48.000 miljard! (19)Dat laatste bedrag is enorm als we dat vergelijken met het eerder genoemde balanstotaal van de bank en haar huidige marktwaarde. Zo is de hoeveelheid uitstaande derivatenposities meer dan 14 keer (!) groter dan het jaarlijkse bruto binnenlands product van Duitsland, zo’n 3.300 miljard.

Derivaten, financiële massavernietigingswapens

Hoe werkt die handel in derivaten eigenlijk? Een eenvoudig voorbeeld van Arno Wellens en Thomas Bollen van Follow The Money geeft dat goed weer. Stel dat Deutsche Bank “afspreekt om over 6 maanden 250 duizend kippen te kopen van een kippenboer, voor 4 euro per stuk. Tegelijkertijd heeft Deutsche ook een contract afgesloten om over 6 maanden 250 duizend kippen voor 4,10 euro aan een fabrikant van kipnuggets te leveren. Dat heet een gesloten positie: Deutsche is verzekerd van zowel levering als afname van kippen en loopt eigenlijk geen risico op de prijsontwikkeling van pluimvee. De marge van 10 cent per kip is pure winst. De waarde van de contracten bedraagt respectievelijk 1 miljoen euro en 1,025 miljoen euro; netto komt daarvan slechts 25 duizend in de boeken te staan.” (*20)

Deutsche Bank functioneert dus als tussenpersoon en hoeft niet eens direct in contact te staan met de kippenboer of fabrikant. Er kan een keten van derivatenposities ontstaan. Maar als nu de kippenboer of fabrikant failliet gaat dan is de positie open geworden. Bij het uitbreken van een crisis kunnen vele bedrijven failliet gaan en in hun ondergang een serie aan derivatencontracten openbreken en een lawine veroorzaken die banken kan meesleuren.

Nationale kampioenen of wankele kalkoenen

In 2018 probeerde Deutsche bank ook nog te fuseren met de Duitse Commerzbank die in 2011 nog als systeembank op de FSB-lijst stond. Beide banken hoorden bij de stresstest van de Europese banken nog bij de tien zwakste banken. De fusie brak echter af tot grote spijt van de economisch commentator van het weekblad Die Zeit, Mark Schieritz.

Zijn commentaar is te kenmerkend om te negeren: “De Duitsers bouwen geweldige auto’s en prachtige machines, maar met de banken ging bijna alles mis. Deutsche Bank en Commerzbank zijn de laatste twee particuliere instellingen van internationaal belang – en zelfs zij verkeren na een aantal schandalen en misleide speculaties in zo’n deplorabele toestand dat zij vroeg of laat door een buitenlandse kredietinstelling opgeslokt zullen worden. De vierde grootste geïndustrialiseerde natie ter wereld zou dan niet langer over een eigen grote bank beschikken.” Hij eindigde bijna met een snik: “Wat als een Amerikaanse bank Volkswagen een lening weigert?” 21

Opmerkelijk was de betrokkenheid van de Duitse regering bij de fusiepoging, en op dit moment zijn onderhandelingen gaande over een fusie tussen de Nederlandse ING en de Commerzbank waarbij de Nederlandse en Duitse regering nauw samenwerken om een Europees ‘zwaargewicht’ te vormen. ING was alvast bereid zijn hoofdkantoor van Amsterdam naar Frankfurt te verhuizen. (22)

Banken blijven een groot risico voor de reële economie, slokken impliciet overheidssubsidies op en blijven groeien. Door hun risicovolle manier van zakendoen blijven de banken kwetsbaar en dreigen tijdens een crisis hele economieën in hun val mee te slepen. Toch blijven de financiële activiteiten als de nutsfunctie en gedegen investeringen aan bedrijven belangrijk binnen een ontwikkelde economie. Is er een alternatief? Jazeker. Dat is het onderwerp voor het derde en laatste deel van deze serie.


Voetnoten

(*1) https://www.woorden.org/quotes/?auteur=Bertolt%20Brecht

(*2) Onder activa van een bank verstaat men  de geldwaarde van alle toegestane kredieten (bv. hypotheekleningen, consumentenkrediet), alle aangekochte staatsobligaties, bedrijfsaandelen en andere ‘liquide’ middelen, en tenslotte ook vaste activa als gebouwen. Deze middelen zijn ‘actief’ want ze brengen rente op, of kunnen ten gelde gemaakt worden.  Noteer dat bij de bepaling van het totaal aan activa een ‘gewicht’ kan worden toegekend in functie van de risicograad. Staatsleningen worden meestal als risicoloos beschouwd en krijgen gewicht nul, m.a.w. ze worden niet meegeteld in het gewogen activatotaal. Een risicovolle lening daarentegen wordt voor 10% meegeteld. Tegenover de activa staan de passiva: het eigen vermogen ingebracht door de aandeelhouders van de bank, vreemd vermogen als klantendeposito’s, enz.  Wanneer een bank dreigt failliet te gaan, moet ze met haar eigen vermogen proberen de schuldeisers te voldoen. Vandaar dat de verhouding tussen eigen vermogen en totaal aan activa, de ‘hefboomratio’ (zie ook verder) gehanteerd wordt om de ‘gezondheid’ van een bank te evalueren.

(*3) https://www.dnb.nl/en/about-dnb/duties/financial-stability/indicators/systemic-importance/index.jsp

(*4) Een hefboomratio wordt gedefinieerd als verhouding tussen de boekwaarde van het eigen vermogen en de boekwaarde van de totale activa. De marktwaarde kan natuurlijk behoorlijk afwijken.

(*5) Zie hierover  Eric Toussaint, Bancocratie (in het Frans), Editions Aden, 2014.

(*6) https://www.esrb.europa.eu/pub/pdf/reports/esrb.report180910_shadow_banking.en.pdf

(*7) https://www.bis.org/bcbs/publ/d296.htm

(*8) https://www.imf.org/en/News/Articles/2015/09/28/04/53/sopol033114a

(*9) https://www.imf.org/external/pubs/ft/wp/2016/wp16224.pdf

(*10) Deutsche Bank is een private bank en moet niet verward worden met de Duitse centrale bank, de Bundesbank

(*11) https://www.manager-magazin.de/unternehmen/banken/weltwaehrungsfonds-deutsche-bank-riskanteste-bank-der-welt-a-1100590.html

(*12) https://www.transparency.org/cpi2018

(*13) https://nl.wikipedia.org/wiki/Deutsche_Bank

(*14) https://www.fsb.org/wp-content/uploads/r_111104bb.pdf

(15) https://www.sueddeutsche.de/wirtschaft/razzia-banken-deutsche-bank-1.4447599

(*16) https://fd.nl/ondernemen/1304177/vestia-versus-deutsche-over-dure-wijn-en-gouden-eieren 

(*17) https://www.db.com/cr/de/docs/CSR_Bericht_2007.pdf

(*18) https://www.db.com/ir/de/download/FDS_Q4_2018_22032019.pdf 

(*19) https://www.db.com/ir/en/download/DB_Annual_Report_2017.pdf

(*20) https://www.ftm.nl/artikelen/markt-wantrouwt-banken?share=1 Zo vermelden zij dat de ING een derivatenportefeuille heeft van 3800 miljard, Rabobank van 3000 miljard en ABN/AMRO van 1200 miljard. Ter vergelijking: de Nederlandse economie heeft een bbp van 835 miljard. De totale derivatenpositie van de drie grootste Nederlandse banken is dus bijna tien keer het Nederlandse bbp…

(*21) https://www.zeit.de/2019/13/bankenfusion-deutsche-bank-commerzbank-marktwirtschaft

(*22) https://fd.nl/economie-politiek/1304057/duitsland-verkent-fusie-ing-commerzbank-met-nederland