Ga naar de inhoud

Extreem rechts bouwt aan internationaal netwerk

Wat de extreem-rechtse goeroe Steve Bannon niet lukte, heeft de Duitse belastingbetaler zojuist nieuw leven ingeblazen: een Nationalistische Internationale. Dankzij de Duitse regering staat extreem-rechts op het punt om zijn eigen welgestelde wereldwijde denktank te krijgen, compleet met het soort politieke academie dat Bannon zo dierbaar was in zijn plan voor wereldheerschappij.

15 min leestijd

(Door John Feffer, oorspronkelijk verschenen op Tom Dispatch, met toestemming vertaald door globalinfo.nl (die van donateurs leeft) foto Hossam Al Hamalawy Flickr/CC2.0)

Het geschenk van Duitsland aan extreem-rechts is de Desiderius Erasmus Stichting, de afdeling openbaar beleid van de meest prominente extremistische partij van het land, de Alternative für Deutschland (AfD). Erasmus, een Nederlandse humanist uit de Renaissance die vooral bekend is om zijn ironische essay “Lof der Zotheid”, zou ontzet zijn geweest over zo’n grotesk misbruik van zijn naam. De AfD, tenslotte, heeft zijn politieke basis gebouwd op een reeks dwaasheden die diametraal tegenover het humanisme staan, van zijn aanvankelijke anti-immigratie kruistocht tot zijn huidige toenadering tot de anti-vaccinatie meute.

Vreemd genoeg heeft de AfD bij de recente Duitse verkiezingen ondermaats gepresteerd: haar parlementaire delegatie verloor 11 zetels. Toch is de partij, door iets meer dan 10% van de stemmen te halen, voor de tweede achtereenvolgende keer in het parlement gekomen. Als gevolg daarvan komt zij in aanmerking voor wat alle andere grote partijen ook krijgen: overheidssteun voor haar stichting. Tenzij de juridische pogingen om deze steun tegen te houden slagen, zal de Erasmusstichting binnenkort tientallen miljoenen per jaar van de belastingbetaler ontvangen.

Beschouw dat als een buitengewone steun in de rug voor extreem-rechts wereldwijd, aangezien de AfD zal worden gefinancierd om over de hele wereld buitenposten van haat op te richten. De stichting van de linkse partij Die Linke, de Rosa Luxemburg Stiftung met een wat toepasselijker naam, heeft al kantoren in meer dan 20 landen. De stichting van de Groene Partij, genoemd naar de Nobelprijswinnende Duitse romanschrijver Heinrich Böll, is in meer dan 30 landen aanwezig. Extreem-rechts heeft sinds de hoogtijdagen van het fascisme in de jaren dertig van de vorige eeuw niet meer zo’n kans gehad op wereldwijde expansie.

Het idee dat de AfD zich zou kunnen bezighouden met iets wat ook maar in de verste verte lijkt op “politieke vorming” zou lachwekkend moeten zijn. Maar dat is precies hoe de stichting de komende federale meevaller wil gebruiken: om een nieuwe generatie van extreem-rechtse denkers en activisten aan te werven en op te leiden. De Erasmus Stiftung wil meer dan 900 mensen aanwerven voor haar politieke academie en aanverwante onderwijsinstellingen. Dat is nog ambitieuzer dan de academie van intellectuele “gladiatoren” waarvan Bannon ooit droomde om op te richten in een voormalig klooster op het Italiaanse platteland.

De Erasmus-website meldt niets over haar wereldwijde ambities. Afgaande op het laatste platform van de AfD, verwacht men echter dat de stichting Euroskeptici zal verzamelen om de vernietiging van de Europese Unie te beramen; het anti-immigratie platform van de AfD zal EU-tegenhangers in heel Europa vergaren zoals de Lega in Italië, het Vlaams Belang in België, de Rassemblement National van Marine Le Pen in Frankrijk, en verscheidene extremistische groeperingen in de Balkan; en geld zal pompen in het vestigen van een “respectabel” gezicht voor het witte nationalisme door netwerken te vormen tussen identitaire groeperingen in Noord-Amerika, de voormalige Sovjet-Unie, en Australazië.

Dit spierballenvertoon op rechts klinkt zeker onheilspellend. En toch, na de nederlaag van Donald Trump in de verkiezingen van 2020, de scherpe daling van de publieke steun voor president Jair Bolsonaro in Brazilië, en de voortdurende inspanningen om extreemrechts in Oost-Europa tegen te gaan, lijkt het vooruitzicht van een Nationalistische Internationale vandaag misschien verder weg dan pakweg vier jaar geleden.

Eén goed gefinancierde Duitse stichting zal dat vooruitzicht waarschijnlijk niet veranderen. Helaas is de Erasmusstichting allesbehalve de enige onweerswolk aan de politieke horizon.

In werkelijkheid is de wereldwijde ontgoocheling over de mainstream-politiek die de opkomst van Trump en de zijnen heeft aangewakkerd, de laatste maanden alleen maar groter geworden. Nieuwe autoritaire populisten hebben de macht geconsolideerd in landen als El Salvador – waar president Nayib Bukele zichzelf de “coolste dictator ter wereld” noemt – en staan op het punt een machtsovername te krijgen in landen als Chili en Italië. En wie weet? Misschien komt zelfs Donald Trump in 2024 weer in het Witte Huis terecht.

Met andere woorden, net toen u dacht dat het eindelijk veilig zou zijn om terug te keren in de internationale gemeenschap, kan de situatie in de wereld nog veel erger worden. Met de hulp van de Duitse belastingbetalers en geholpen door de woede over vaccinatiemandaten, een slecht functionerende wereldeconomie en de voortdurende corruptie van de machtigen, zou de rechtse wereld weer kunnen opveren en zich in de komende jaren kunnen verzekeren van meer macht en invloed.

De aanzwellende golf van reactie

Op dit moment zou Donald Trump, volgens alle wetten van de politiek, besmet moeten zijn als radioactief afval. Hij verloor zijn herverkiezing in november 2020 en zijn daaropvolgende couppoging mislukte. Hij heeft een slechte staat van dienst als het gaat om het uitbreiden van de macht van de Republikeinse Partij, en heeft diezelfde partij geholpen haar meerderheid in het Huis in 2018 en haar meerderheid in de Senaat in 2020 te verspelen. Hij wordt nog steeds geconfronteerd met meerdere rechtszaken en onderzoeken. Hij is geweerd van Facebook en Twitter.

Voor Trump is politiek echter een steen der wijzen. Hij is erin geslaagd om zijn loden stijl – om nog maar te zwijgen van zijn ontelbare persoonlijke tekortkomingen en professionele faillissementen – om te zetten in politiek goud. De grote verrassing is dat zoveel mensen blijven vallen voor dergelijk klatergoud.

Dankzij zijn fervente, immer trouwe aanhang blijft Trump de Republikeinse partij beheersen en blijft hij op koers om zich in 2024 kandidaat te stellen voor het presidentschap, zonder dat er geloofwaardige Republikeinse concurrentie in zicht is. Zelfs zijn algemene populariteit, die nooit boven de 50% uitkwam toen hij president was, is onlangs marginaal verbeterd van een dieptepunt in februari van 38,8% tot een bijna zonnige 43,4%.

Onder leiding van deze stedelijke elitist uit New York heeft de Republikeinse Partij de steden en de betrouwbare blauwe regio’s van het land zo goed als opgegeven. Toch heeft zij nu alle touwtjes in handen in 23 deelstaten, terwijl de Democraten dat in slechts 15 staten doen. Met een mengeling van gemanipulleerde kiesdistricten, het onderdrukken van kiezers, federale obstructie en een verhaal over frauduleuze verkiezingen, willen de Republikeinen de controle over het Congres in 2022 terugwinnen – iets waar de kansen steeds groter op worden – op weg naar het heroveren van het Witte Huis in 2024. Op dit moment is Donald Trump de favoriet bij de bookmakers om de volgende presidentsverkiezingen te winnen, vooral omdat hij geen Joe Biden is (net zoals hij in 2016 won door geen Hillary Clinton te zijn).

Omdat hij zich niet kandidaat kan stellen als koning van de wereld, geeft Trump weinig om het opbouwen van internationale allianties, maar het groeiende potentieel voor hem om in 2024 opnieuw aan de macht te komen, heeft rechtsgeoriënteerde populisten over de hele wereld geïnspireerd om te geloven dat ook zij hun land kunnen leiden zonder de vereiste vaardigheden, ervaring of psychologische stabiliteit. Inderdaad, van president Rodrigo Duterte van de Filipijnen tot president Daniel Ortega van Nicaragua, vulgair en venijnig zijn is een aantal van hen al te goed van pas gekomen.

Nog verontrustender is de nieuwe generatie politici in de stijl van Trump die wereldwijd de kop opsteekt. In Chili bijvoorbeeld heeft de ooit traditionele conservatief José Antonio Kast zichzelf omgevormd tot een extreemrechtse populist en in november de eerste ronde van de presidentsverkiezingen van dat land gewonnen. Aan de andere kant van de Stille Oceaan, op de Filippijnen, vindt een al te letterlijk politiek huwelijk plaats tussen autoritarisme en populisme: Bongbong Marcos, de zoon van de beruchte voormalige dictator Ferdinand Marcos, heeft Sara, de dochter van Rodrigo Duterte, gekozen als zijn running mate bij de presidentsverkiezingen van volgend jaar. Volgens opiniepeilingen liggen ze nu al ver voor op de concurrentie. In Frankrijk, waar Marine Le Pen al een decennium lang de extremistische stemmers in haar greep heeft, daagt journalist Éric Zemmour haar van rechts uit met zijn voorspellingen over een komende burgeroorlog en een islamitische machtsovername.

Ondertussen versterken de volgelingen van Trump in Amerika hun internationale banden om een wereldwijd veld van dromen te creëren. Voor velen van hen blijft Hongarije de thuisplaat van datzelfde veld van dromen. Rechtse aanhangers stromen massaal naar Boedapest om te leren hoe de premier van dat land, Viktor Orbán, de meest liberale uithoek van Oost-Europa heeft omgetoverd tot het meest reactionaire land van de regio. (Toegegeven, hij heeft nu stevige concurrentie van de Partij Recht en Rechtvaardigheid in Polen en de Sloveense Democratische Partij van Janez Janša, naast andere rechtse krachten in Oost-Europa).

Typisch genoeg bezocht voormalig vicepresident Mike Pence in september Boedapest om Orbáns “gezinsgerichte” anti-abortus versie van het sociaal beleid te prijzen. Deze zomer zond (de extreemrechtse tv-presentator, vert.) Tucker Carlson een volledige week van zijn Fox News programma uit vanuit diezelfde stad. Daarbij wijdde hij een hele show aan Orbáns virulent anti-immigratie initiatieven, met als kopregel: “Waarom kunnen we dit niet in Amerika hebben?” In feite zijn de meest reactionaire politieke types van dit land zo verliefd op Hongarije dat ze de jaarlijkse Conservative Policy Action Conference volgend voorjaar in Boedapest plannen, wat zo’n transatlantische band alleen maar zal versterken.

Vergeet niet dat Orbán in 2002 na één ambtstermijn uit het ambt van premier werd gezet, om in 2010 weer aan de macht te komen. Sindsdien regeert hij. De Trumpistas dromen van zo’n politieke comeback in Amerika.

Elders in Europa heeft de Spaanse extreem-rechtse partij Vox haar eigen Disenso Foundation opgericht om een reactionaire “Iberosfeer” te verenigen die Mexicaans rechts, extremisten in Colombia, de familie Bolsonaro in Brazilië, en zelfs de Texaanse senator Ted Cruz omvat.  Maar de West-Europese staat die het meest waarschijnlijk het voorbeeld van Hongarije zal volgen, is Italië. Op dit moment zit premier Mario Draghi, het voormalige hoofd van de Europese Centrale Bank, een technocratische regering voor in Rome. De Italiaanse politiek stevent echter af op neofascisme. De partij die onlangs de top van de peilingen heeft bereikt, Broeders van Italië, heeft haar wortels in een groep die in de nasleep van de Tweede Wereldoorlog werd opgericht door fanatieke aanhangers van de fascistische dictator Benito Mussolini. De partij promoot een anti-vaxx “Italië eerst” agenda en zou, als er vandaag verkiezingen zouden worden gehouden, waarschijnlijk een regeringscoalitie vormen met de extreem-rechtse Lega Partij en de rechtspopulist Silvio Berlusconi’s Voorwaarts Italië.

Ondertussen vullen verschillende rechtse nationalisten en populisten hun CV’s op voor een toekomstige rol als hoofd van een nieuwe Nationalistische Internationale. De Russische president Vladimir Poetin maakt wellicht de meeste aanspraak op de titel, gezien zijn jarenlange steun voor rechtse en eurosceptische partijen en de manier waarop hij Rusland heeft gepositioneerd als de antiliberale macht bij uitstek.

Maar sluit de Turkse president Recep Tayyip Erdoğan niet uit. Hij heeft het goed gemaakt met extreem-rechts in zijn eigen land, terwijl hij Turkije probeert op te werpen als regionale hegemoon. Hij raakt steeds meer gedesillusioneerd over zijn NAVO-collega’s, koopt wapens van Rusland en zinspeelt er zelfs op Turkije tot de nucleaire club te laten toetreden. En vergeet ook premier Narendra Modi van India niet. De Hindoe-nationalist maakt overuren om China in toom te houden en heeft ook hard gewerkt aan sterke betrekkingen met rechts in zowel de VS als Israël.

Het zal niet gemakkelijk zijn om uit zulke ongelijksoortige landen een echte as van illiberalisme te creëren, gezien de geopolitieke rivaliteit, ideologische verschillen en persoonlijke ambities. Toch vormen het falen van de huidige mondiale instellingen – en het liberale internationalisme dat hen bezielt – een krachtige lijm met het potentieel om werkelijk ongelijksoortige elementen in een opkomend rechts samen te houden, en zo tot een nieuwe versie van mondiaal fascisme te komen.

Wanneer de toekomstige leden van een Nationalistische Internationale beweren dat de status quo kapot is – een razende pandemie, een op hol geslagen klimaatverandering, aanhoudende economische ongelijkheid, duizelingwekkende aantallen ontheemden op de vlucht – en beweren dat zij precies het plan hebben om dat te verhelpen, zullen veel niet-extremisten de boodschap maar al te overtuigend vinden. Met weinig hoop en wanhopig op zoek naar verandering, zijn de ontevredenen en rechtelozen bereid gebleken om de luidruchtige nationalisten en reactionaire populisten een kans op macht te geven (wat, gezien hun gewetenloze tactieken, misschien alles is wat ze nodig hebben).

Het redden van de wereld (van de liberalen)

Een van de meest hardnekkige symbolen van de internationale politiek is zeker de muur geweest. Denk maar aan de Chinese Muur, ontworpen om de opeenvolgende dynastieën te beschermen tegen de plunderingen door nomadische buitenstaanders. Veel metropolen over de hele wereld hebben een deel van de historische muren behouden die hen ooit als stadstaten vestigden. De Berlijnse Muur was het meest zichtbare symbool van de Koude Oorlog, terwijl de grensmuur van Trump het enige infrastructuurprogramma van zijn presidentschap was (ook al is het nooit echt gebouwd).

Extreem rechts is nu – dank u, Donald Trump! – geobsedeerd door muren, en put daarbij niet alleen uit de geschiedenis maar ook uit een diep reservoir van angst voor de buitenstaander. Net als “bezuinigingen” voor neoliberalen, hebben “muren” zich bewezen als het wondermiddel voor extreemrechts als antwoord op bijna elke vraag. Immigranten? Muur ze buiten. Klimaatverandering? Bouw nu muren om toekomstige golven van wanhopige vluchtelingen voor opwarming van de aarde te voorkomen. Economische achteruitgang? Hé, installeer die tariefmuren. Boze buren? Muren van wapentuig en raketafweer zijn het voor de hand liggende antwoord.

Extreem-rechts beschouwt niet de stijgende zeespiegel, maar de globalisering – handelsstromen, het verkeer van mensen, de uitbreiding van het internationale bestuur – als het tij dat moet worden ingedamd. Populisten van extreem-rechts zijn druk bezig allerlei dijken te bouwen om dergelijke ongewenste mondiale stromen buiten te houden en de nationale controle te behouden in een steeds chaotischer wordende wereld.

Verder naar beneden in de grote bestuursketen is het geen verrassing dat extreem-rechts ook gemeenschappen cultureel wil afschermen om wat het “familiewaarden” noemt te beschermen tegen burgerlijke waarden die daar tegenin gaan, afwijkende religieuze praktijken, en afwijkende opvattingen over seksualiteit en gender. Zij wil zelfs individuen ommuren om hen te “beschermen” tegen opdringerige overheidspraktijken zoals vaccinatie-mandaten. Om dergelijke muren te beveiligen, letterlijk of figuurlijk, is er vooral behoefte aan een opgepompt leger op nationaal niveau, paramilitairen op gemeenschapsniveau, en een semi-automatisch geweer in de handen van elk gezond rechtse individu.

Dergelijke muren zijn een bescherming tegen onzekerheid, hoewel ironisch genoeg de ware bijdrage van extreem-rechts aan de moderne politieke ideologie niet zekerheid is, maar een radicaal scepticisme. Zeker, die oude rechtse Amerikaanse bende, de John Birch Society, hield zich bezig met samenzweringstheorieën over communisten en gefluorideerd water. Maar dat was niets vergeleken met de manier waarop modern politiek rechts samenzweringstheorieën heeft bewapend om permanent aan de macht te komen. Met beweringen over gestolen verkiezingen hebben Donald Trump, Benjamin Netanyahu en anderen zelfs twijfel gezaaid over het vermogen van de democratie om de kiezers te vertegenwoordigen, door te benadrukken dat alleen populistische extremisten de “authentieke” wensen van het electoraat kunnen vertegenwoordigen.

Aan de andere kant worden verkiezingen die door extreem-rechtse kandidaten worden gewonnen, zoals de recente gouverneursrace in Virginia, automatisch gedefinieerd als vrij en eerlijk. Radicale scepsis over het kiesstelsel is immers slechts een handige ladder die extreem-rechts, eenmaal aan de macht, maar al te graag wegschopt.

De finale complottheorie die zal vallen, zal ongetwijfeld de snode aard zijn van de “globalisten” die de handen ineen hebben geslagen om de “kostbare lichaamssappen” van pure Amerikanen (of Brazilianen of Hongaren) te verontreinigen. Zolang liberale internationalisten mondiale instellingen als de Wereldbank en de Wereldgezondheidsorganisatie leiden, zullen “globalisten” voor de nationalisten een nuttige speelbal zijn om hun aanhangers te verzamelen. Maar als de Trumps van deze wereld genoeg landen veroveren en met succes infiltreren in mondiale instellingen, dan zal er geen sprake meer zijn van kwaadaardige globalisten.

In dat slechtst denkbare scenario zal zelfs een Nationalistische Internationale niet langer nodig zijn als we op Hemingway-wijze ontdekken dat ook voor Trump en de zijnen de zon opgaat. Voor alle praktische doeleinden zullen rechtse populisten de wereld hebben overgenomen. Gezien hun onverschillige minachting voor pandemieën en klimaatverandering, zou zo’n overwinning natuurlijk een pyrrusoverwinning zijn.

Hun overwinning is dan ook het verlies van de mensheid.

———————-

Copyright 2021 John Feffer

————————–

Volg TomDispatch op Twitter en Facebook. Zie ook de nieuwste Dispatch Books, John Feffer’s nieuwe dystoische roman, Songlands (de afsluitende in zijn Splinterland serie), Beverly Gologorsky’s roman Every Body Has a Story, en Tom Engelhardt’sA Nation Unmade by War, en Alfred McCoy’ In the Shadows of the American Century: The Rise and Decline of U.S. Global Power en van John Dower’sThe Violent American Century: War and Terror Since World War II.

John Feffer, regelmatig bijdragend aan TomDispatch is de auteur van de dystopische roman Splinterlands en directeur van Foreign Policy In Focus bij het Institute for Policy Studies. Frostlands, een origineel Dispatch Book, is deel twee van zijn Splinterlands serie en het afsluitende deel van de trilogie Songlands, is zojuist verschenen. Hij heeft ook The Pandemic Pivot geschreven. Meer informatie over het nieuwe project van IPS project over een ‘Global Just Transition’ vind je hier.