We worden belazerd door regering en autofabrikant
Reporterre opent de beschouwing met: ‘Zonder het minste voorbehoud van de heersende klasse zou de elektrische auto het ‘schone’ voertuig zijn. Maar zoals wij in een groot onderzoek laten zien, vanaf de productie van de accu’s tot aan hun levensduur, via de vernieuwing van het wagenpark, het gewicht van de voertuigen en het gebruik ervan, is het ecologische karakter van de elektrische auto helemaal niet duidelijk’.
Het volgende simpele geloof wordt er bij de bevolking zowel door de autofabrikanten als door regeringen (de politiek dus) ingepompt. Om te stoppen met vervuilen, hoeft u alleen maar van auto te veranderen. Dit was althans de boodschap die de Franse regering in mei jongstleden de wereld in stuurde toen zij het steunplan voor een ‘schone auto’ van 8 miljard euro lanceerde. Ook de Nederlandse regering is met allerlei (belastingtechnische) subsidies bezig deze zaak te steunen. Wordt hier de waarheid geen geweld aangedaan? Ja. Tussen 2010 en 2019 zijn er op zijn minst 85 studies over deze kwestie verschenen. Er is een punt waarover consensus bestaat; ik citeer Reporterre :
‘De productie van een elektrisch voertuig vergt veel meer energie en stoot twee keer zoveel broeikasgassen uit als de productie van een thermisch voertuig. Dit is vooral vanwege de productie van de accu en de motorisering (elementen van zijn voortbrenging). Het maken van analyses van de levenscyclus van het product (de auto) bestaat uit het kwantificeren van de ‘grijze’ emissies en het berekenen van het aantal kilometers dat deze vervuilende productie heeft afgelegd. Dit dient om te evalueren wat het elektrische voertuig voordelig maakt ten opzichte van zijn benzine of diesel tegenhanger. Een van de cruciale parameters voor de vraag is uiteraard de oorsprong van de energie die wordt gebruikt om het voertuig te produceren, en vervolgens de oorsprong van de elektriciteit die het voertuig aandrijft: nucleaire, kolen, diesel, hernieuwbare energieën (zoals wind- of zonne-energie)?
Een andere parameter is de grootte van de accu, die kan variëren van 700 kg in een Audi e-Tron tot 305 kg in een Renault Zoe. Alles hangt ook af van de levensduur van de accu, want als deze vervangen moet worden, kan de uitstoot die verband houdt met de productie ervan worden verdubbeld voor hetzelfde voertuig. Bij PSA (de groep Peugeot/Citroën) en Renault hebben de accu’s een garantie van 8 jaar voor 160.000 afgelegde kilometers (rekening houdend met het feit dat ze ook hun vermogen verliezen als ze niet worden gebruikt).’ Dat wordt dus rekenen om te bekijken of duurzaam en ecologisch zó ‘groen’ is dat het argument goed ‘verkoopt’. Want in een kapitalistische wereld gaat het om de winst die met handel gemaakt kan worden.
Er zijn allerlei variabelen te bedenken om de boel een (on)juiste voorstelling van zaken te geven. Neem bijvoorbeeld de elektrische Volkswagen Caddy, legt Reporterre uit. Die stoot minder CO2 uit dan een thermische. Dat is weer niet het geval als de accu in China wordt geproduceerd (met steenkool). Als hij in Europa wordt geproduceerd, kan hij slechts concurreren met een auto met een benzinemotor vanaf 137.000 tot 207.000 km. En dan moet men hopen dat hij zo lang mee gaat zonder dat de accu hoeft te worden vervangen! Wanneer de accu in China geproduceerd is met een sticker erop ‘fabricage Europe’ – kan daar dus mee ‘gesjoemeld’ worden. Het prijsverschil is dan mooi meegenomen en ook de winst.
Met die accu blijft het tobben in deze ‘vergroende’ wereld. Reporterre : ‘De productie ervan is zeer vervuilend: vergiftiging en eutrofiëring (overdracht van een overmaat aan voedingsstoffen aan het milieu) van de zoetwatervoorraden, verlies van biodiversiteit, toxiciteit voor de mens, radioactieve vervuiling, inbeslagneming van landbouwgronden, enz. De geraadpleegde onderzoekers merken op dat ‘het weglaten van de gevolgen van de productie van elektronica bijna systematisch is’ in de meeste tot nu toe gepubliceerde studies. Eveneens wordt daarin zeer weinig rekening gehouden met andere vormen van vervuiling, afgezien van de uitstoot van broeikasgassen.’
In een rapport van het Europees Milieuagentschap van 2018 is dezelfde vaststelling te lezen: ‘de uitstoot van NOx, CO2 en kleine deeltjes bij de productie van elektrische voertuigen is 1,5 tot 2 keer zo hoog als die van voertuigen met een fossiele verbrandingsmotor. De gevolgen op het gebied van bodem- en waterverontreiniging worden verdubbeld of zelfs verdrievoudigd, voornamelijk door de winning en raffinage van metalen en de elektronische productie. Dit is des te zorgwekkender omdat deze berekeningen weinig meer bieden dan schattingen, die deels gebaseerd zijn op cijfers van industriëlen – mijnbouwbedrijven bijvoorbeeld staan niet echt bekend om hun transparantie.’
De regering helpt?
Laten we eerst even kijken naar iemand die als minister loog en daarom vertrok, Halbe Zijlstra. Hij kwam vervolgens terecht, bij de ‘betonmaffia’. Daar is hij goed op zijn plaats begrijp ik. Het Algemeen Dagblad van 24 september 2020 schrijft het openlijk: ‘Halbe Zijlstra loog over zijn rol bij het goedkeuren van granulietstort’. Dat goedje gaat door aanraking met water allerlei giftige dingen loslaten. Die zakken langzaam in de bodem weg en komen dan in water terecht dat als grondstof voor de drinkwaterwinning wordt gebruikt. Er moest wel eerst een stortvergunning worden verleend. Daarover ontstond heisa.
Belanghebbende was het bouwbedrijf VolkerWessels waarvan Zijlstra topman is. Die zou het wel even regelen, want zijn bedrijf moest toch van de rotzooi af en het zal ze een zorg zijn wat er van komt. Wie dan leeft, die dan zorgt. Zo is het altijd met milieuvervuiling gegaan. Alle regels rond integriteit werden geschonden. Daarin speelde Zijlstra een belangrijke rol. Wat ik hiermee wil benadrukken: de onbetrouwbaarheid van politiek en multinationaal bedrijfsleven in een kapitalistische wereld. Getracht wordt dit via taal onzichtbaar te maken.
De jonge Franse letterkundige Sandra Lucbert heeft daar iets taalkundigs over ontwikkeld. Zij deed dat in het kielzog van wat ooit de Duitse filosoof Victor Klemperer bedacht met zijn Lingua Tertii Imperi (LTI; De taal van de Duitse Derde rijk). Lucbert smeedde haar Lingua Capitalismi Neoliberalis (LCN; De taal van het neoliberalisme). Het is in de taal waarin alles in het perspectief van een wereld van de pure financiële waardebepaling gedrongen wordt (je verpakt de boel in het woord ‘schoon’ en daarmee wordt het witter dan wit…). Zij smeedde haar LCN naar aanleiding van het proces tegen France Télécom en de golf van zelfdodingen binnen dat bedrijf. Het is de taal die ook door regeringen wordt gebruikt. Reporterre demonstreert dat als volgt.
‘De ‘schone auto’ die door het [Franse] regeringsplan wordt aangeprezen is duidelijk een misbruik van de taal. Wat de CO2 -uitstoot betreft, is het vermogen van elektrische voertuigen om deze te verminderen niet duidelijk en is het zelfs contraproductief wanneer de elektrische auto wordt gezien als een eenvoudige vervanger van de auto met verbrandingsmotor.’ Wat is er onder meer nodig voor? ‘Om te beginnen een intensief gebruik: een elektrisch voertuig moet veel kilometers afleggen om zijn productie te compenseren, wat het geval is voor stadsbusjes. Het moet ook gaan om doelgericht gebruik: elektrische voertuigen zijn alleen zuinig als ze een kleine accu hebben, dus grote modellen die het mogelijk maken om met een bereik van 500 km op vakantie te gaan, zijn ecologisch niet rendabel.’ Reporterre voert dan Maxime Pasquir op van het ‘Agence de la maîtrise de l’énergie’. Hij betoogt: ‘Vergeleken met het idee dat de elektrische auto ons gaat redden moet men bedenken dat het nog steeds een voertuig is. Om vervuiling en klimaatverandering te beperken, is de eerste hefboom echter soberheid: het beperken van reizen, het verkorten van logistieke ketens. Dan: gebruik maken van openbaar vervoer, fietsen, voertuigen delen. En alleen als laatste redmiddel, gebruikmaken van de technische efficiëntie van voertuigen.’ Het betreft een gedeelde observatie met ‘Carbon 4 ’: ‘Elektrische tanks die twee ton wegen hebben niets met ecologie te maken. Elektrische mobiliteit kan de thermische mobiliteit niet vervangen door dezelfde toepassingen. We zullen het niet kunnen doen zonder soberheid.’
Als het om beleid gaat, stimuleert de regering dan primair de ‘schone auto’ of de ‘soberheid’? De Franse regering heeft daar een antwoord voor. U bent vol goede bedoelingen en bedenkt eens op de site van het Franse ministerie van Ecologisch Transitie te kijken. Daarmee volgt u wat Reporterre ook deed. Op de pagina ‘Premie op de omzetting, Ecologische bonus: alle hulpmiddelen voor schone mobiliteit ’, vindt u in de linker kolom de knop: ‘Wat als u elektrisch reed?’. Die wordt u aangeraden aan te klikken als u zich aangesproken voelt. Daar leert u dat het elektrische voertuig niets minder is dan ‘een hulpmiddel ten dienste van het milieu’. Geweldig! En bovendien hoeft u niets te veranderen, want ‘een elektrische auto past waarschijnlijk bij uw behoeften’. Voer nu uw dagelijkse gewoontes en voorkeuren in een zoekmachine in en u vindt een breed scala aan glanzende auto’s: SUV-modellen van alle merken, de 2,2-tons Tesla Model S met 540 kg accu. Maar wat is dàt nu? U ziet nog wel het logo van de regeringssite, maar u zit op een pagina die elektrische mobiliteit promoot (Avere).
Reporterre daarover: ‘Het is ministerie van Ecologische Transitie dat u daarheen stuurt, en zijn logo, van respectabele grootte, staat nog steeds rechtsboven. Toch zijn we direct van ‘schone mobiliteit’ naar de economische belangen van de autofabrikanten gegaan. Zonder… transitie, zou men kunnen zeggen, aangezien de internetgebruiker eenvoudigweg wordt uitgenodigd om het elektrische model ‘dat bij hem past’ te kopen, zonder na te denken over het gebruik ervan en met een potentieel catastrofale ecologische balans.’
Zo worden we dus belazerd, in Frankrijk. En zou het in Nederland anders gaan? Halbe Zijlstra is wel weg, maar al die anderen niet. Als ze evenwel uit de politiek weg zijn, weten ze zich zonder omweg te redden in het grote bedrijfsleven, want daar komen we regelmatig hun namen weer tegen. Het blijven ‘bunkerbouwers’…
Thom Holterman (samenvatting en bewerking van het artikel getiteld ‘Non, la voiture électrique n’est pas écologique’ van Célia Izoard, in Reporterre van 1 september 2020; integraal te lezen, klik HIER .)
[Beeldmateriaal Rue Dénoyez (Paris, 2020); een straat vol streetart , zonder auto.]