Ga naar de inhoud

Duitse industrie: oorlog om grondstoffen

Sinds een jaar hebben de grote Duitse industrieconcerns zich georganiseerd in een grondstoffenalliantie. Dit verbond, ‘Rohstoffallianz’, heeft tot doel de bevoorrading van de Duitse bedrijven veilig te stellen. Om dat te bereiken zijn ze voorstander om militaire middelen in te zetten.

8 min leestijd
Placeholder image

(Oorspronkelijk verschenen op Uitpers.be – webzine voor internationale politiek)

In een interview met het Duitse ‘Handelblatt’ pleitte de voorzitter van de ‘Rohstoffallianz’, Dierk Paskert, voor een strategisch buitenlands en veiligheidsbeleid om de grondstoffenbevoorrading van de Duitse economie te verzekeren. Deze politiek moet als doel hebben een vrije en transparante grondstoffenmarkt tot stand te brengen, maar het zou volgens Paskert naïef zijn te denken dat de algemene ontwikkelingen deze richting uitgaan. Daarom moet Duitsland, volgens Paskert, samen met de partners van de EU en NAVO meer verantwoordelijkheid opnemen qua buitenlandse politiek en veiligheid. “Verantwoordelijkheid in de veiligheidsproblemen” is een vergoelijkende omschrijving voor militaire interventies. Dat toont zijn verwijzing naar NAVO duidelijk aan, een militair bondgenootschap met de grootindustrie. Paskert pleit dus in bedekte termen voor een oorlog om grondstoffen.

In het edito schrijft het ‘Handelsblatt’ openlijk waar het om gaat: “Komen er oorlogen om grondstoffen?“. De geschiedenis toont aan dat de strijd voor grondstoffen de basisoorzaak vormt voor vele conflicten. De bevoorrading qua grondstoffen is de basis voor de economie en welstand van een land en heeft bijgevolg een geopolitieke betekenis. In een artikel naar aanleiding van het interview met Paskert, “Expedition Rohstoffe, Deutschland neuer Kurs”, schrijft het blad dat de industrie meer overheids- en militaire engagement wenst voor het veiligstellen van grondstoffen.

Nog altijd volgens het ‘Handelblatt’ vindt deze eis van de industrie een bereidwillig oor in regeringskringen en bij politici. Voor de Duitse Bondsregering is het veiligstellen van grondstoffen een strategische keuze in haar buitenlands beleid. Het is voor de Duitse regeringskringen dan ook duidelijk dat grondstofpartnerschappen niet volstaan. Er moet tevens een veiligheid en militair instrument opgebouwd worden.

wapenexport

Volgens diezelfde krant wil de regering Merkel een coördinator benoemen die de belangen van de industrie met deze van de ‘Bundeswehr’ beter op elkaar dient af te stemmen om de toegang tot grondstoffen te garanderen. De strategische partners van Duitsland, zoals onder andere Saoedi-Arabië, moeten met de nodige wapentechnologie gesteund worden. Volgens de ‘Merkel-doctrine’ kunnen ze dan hun rol spelen van afschrikking, eventueel zelf optreden, vooraleer Duitsland zou gedwongen worden om eigen soldaten in te zetten. De Duitse wapenexport is verdubbeld. Hiermee is Berlijn de derde grootste wapenexporteur geworden. Volgens de Duitse vredesbeweging heeft de regering Merkel in 2011 haar goedkeuring gegeven voor exportvergunningen voor de komende jaren ter waarde van 10,8 miljard euro. Deze wapens gaan voor het merendeel naar spanningsgebieden waar mensenrechten dagelijks worden geschonden. In 2012 beliepen bijvoorbeeld de wapenexporten naar de lidstaten van de Gulf Cooperation Council 1,42 miljard euro. De Verenigde Arabische Emiraten is een goede klant, maar Saoedi-Arabië spant de  kroon. De soennitische oliemonarchieën zijn de vrienden van de Amerikaanse en West-Europese elite en zijn voor het Westen de gedroomde tegenspelers voor het sjiitische Iran.

Wapenexport naar crisisgebieden lost geen enkel probleem op, maar dat zal de westerse en de Duitse wapenindustrie een zorg wezen. De Duitse wapenverkoop zal nog verder groeien, zoveel is duidelijk. Bij Rheinmetal is de productie van de ABC Leopold tanks en de Boxer pantservoertuigen volop aan de gang. De regering Merkel heeft al positief geantwoord op de vraag van Saoedi-Arabië voor een meerjarencontract ter waarde van 10 miljard euro. Saoedi-Arabië wil voor zijn grensbewaking patrouilleboten kopen, kostprijs per stuk tussen 10 tot 25 miljoen euro. Ze moeten binnen de twee jaar na ondertekening van het contract geleverd worden. De Duitse wapentechnologie wordt blijkbaar in Riyad zeer gewaardeerd. De Duitse wapenexport in 2012 naar dat land is 9 maal groter dan in het jaar 2011.

militaire garantie

Maar naast het bewapenen van de vrienden, wil de regering in Berlijn dat de ‘Bundeswehr’ zich meer op haar nieuwe taak als verdediger van strategische belangen concentreert. Om deze gang van zaken te verduidelijken citeert het ‘Handelsblatt’ verschillende beleidsrichtlijnen die het in stand houden van de vrije neoliberale wereldhandel en de toegang tot de strategische grondstoffen als de hoofdopgave voor de ‘Bundeswehr’ beschrijven. Daarmee wil men een territoriaal verdedigingsleger omvormen tot een paraat aanvalsleger.
Tot nog toe hebben ‘Bundeswehr’ en NAVO  in de officiële propaganda, vlotjes overgenomen door de gevestigde media, hun optreden in Balkan, Afghanistan en in andere wereldregio’s altijd verantwoord met humanitaire motieven in de strijd tegen het internationaal terrorisme. De werkelijke reden van hun interventie moest voor de publieke opinie verborgen blijven om de instemming van de man en vrouw in de straat te krijgen. Komt er verandering in deze communicatiestrategie? De Duitse minister van landsverdediging, Thomas de Maizière, pleitte op 3 januari in een interview met de ‘Süddeutsche Zeitung’ om de officiële motivering van militaire interventies aan te passen: “ De Internationale militaire interventie moet realistisch uitgelegd en verantwoord worden en de motivering mag niet pathetisch zijn”.

Deze Thomas de Mazière is de zoon van een hogere ‘Wehrmacht’officier en was jarenlang inspecteur van de ‘Bundeswehr’. Onder zijn regie maakt men ijverig werk van een snelle ombouw naar een interventieleger. Meer nadruk komt te liggen op verkenning, een verbetering van transportcapaciteit en op snel inzetbare gevechtstroepen. Bovendien wil hij dat het Duits leger uitgerust wordt met bewapende onbemande vliegtuigen (drones) en twee “ Joint Support Schips” die in staat zijn om de vijand te intimideren.

Gelijktijdig neemt Duitsland steeds meer deel aan de groeiende agressiviteit van de imperialistische oorlogen. Tijdens de Irak oorlog en ook in 2011 in Libië nam Berlijn nog een terughoudende houding aan, maar nu ondersteunt het ten volle het Franse optreden in Mali en de oorlogsvoorbereiding van het Westen in Syrië. Op de achtergrond wordt het alsmaar duidelijker dat het hier om een strijd voor grondstoffen gaat, vooral tegenover China. De chef van de grondstoffenalliantie, Dierk Paskert verklaarde tijdens de ‘Wirtschaftswoche’ van voorbije zomer : “Wanneer we bedenken dat China praktisch 40 procent van alle grondstoffen verbruikt en de behoefte van het land verder toeneemt, wordt het mij onbehaaglijk. China is een grote stofzuiger, we moeten ons bijgevolg ernstige zorgen maken over de grondstoffenbevoorrading van de Duitse industrie”.

zwarte bladzijden

Deze roep van de Duitse industrie voor een grondstoffenoorlog herinnert ons aan sombere hoofdstukken uit de Duitse geschiedenis. De Duitse plannen in de eerste wereldoorlog om grote delen van Frankrijk, België en Afrika in te palmen, beantwoordden toen aan de ideeën van de grote Duitse kopstukken uit de industrie, het politiek en militair apparaat. Dezelfde economische kringen steunden nadien Hitler, omdat zijn wereldveroveringsplannen en streven naar “Lebensraum im Osten” beantwoordden aan hun expansionistische drang naar grondstoffen en markten, en uiteraard vooral ook omdat hij de georganiseerde Duitse arbeidersbeweging in alle ijver vervolgde en vernietigde.

Zo was er de bijeenkomst van 20 februari 1933 in het paleis van de Reichtagspräsident Herman Göring met een 20 koppige delegatie van de Duitse industrie geleid door Krupp, waar onder anderen ook Verenigte Stahlwerke en IG Farben vertegenwoordigd waren.  Op deze bijeenkomst legde Hitler aan de Duitse industriëlen zijn beleidsplannen uit. De bijeenkomst had in de eerste plaats tot doel om de financiële steun te krijgen voor de aanstaande verkiezingen. Gustav Krupp dankte Hitler voor zijn klare uiteenzetting en politieke visie, die de Duitse industrie een belangrijke rol in het toekomstige Duitsland verzekerde. Hij ging ook aankloppen bij Hoechst, AEG, Siemens, Deutsche Bank, Dresdner Bank en anderen. In totaal verzamelde het kruim van de Duitse industriële en financiële wereld toen drie miljoen RM voor de verkiezingscampagne van de NSDAP, de partij van Hitler.

lobby

Vandaag behoren dezelfde Duitse concerns of hun opvolgers tot de bovenvermelde grondstoffenalliantie. De grote chemische concerns BASF en Bayer, de opvolgers van het beruchte IG. Farben, de staalreus Thyssen Krupp, een fusie van twee grote promotors van de nazi’s, het Volkswagen concern, dat op initiatief van Hitler opgericht werd, het autoconcern BMW waarvan de hoofdaandeelhouder, de familie Quandt, een groot deel van zijn vermogen verkreeg door de dwangarbeid en andere misdaden van de nazi’ s. De huidige grondstoffenalliantie werd, zoals men kan nalezen op hun website, eind 2010 opgericht door de voorzitter van het Bundesverband der Deutsche Industrie, Prof. Dr.Hans-Peter Keitel,  om de ontwikkeling op de grondstoffenmarkten en mogelijke antwoorden voor de Duitse industrie te onderzoeken. Aan het hoofd staat nu Dierk Paskert, die voordien lid was van de raad van bestuur van E.ON, een van de grote Duitse energieconcerns.

De grondstoffenalliantie heeft nauwe banden met de Bondsregering in Berlijn, niet alleen als lobbygroep maar ook als raadgevend orgaan voor de industrie. In opdracht van de minister voor economie, Philipp Röslerr, beheert het ook het stimuleringsprogramma dat de voorwaarden bepaalt om de terugbetaling te waarborgen van kredieten voor de wereldwijde ontginning van zeldzame grondstoffen zoals antimonium, beryllium, kobalt, gallium, germanium, grafiet, indium, magnesium, niobium, platina metalen, wolfram, enz.

Dat de Duitse industrie – zoals trouwens ook deze uit de andere westerse landen – voorstander is van, en openstaat voor oorlog om haar greep op de nodige grondstoffen veilig te stellen, is een zeer verontrustend signaal.

Bronnen:
Peter Schwarz- Deutsche Industrie und Regierung planen kriege um Rohstoffe
Hermannus Pfeiffer- Rüstungsexporte verdoppelt
Olaf Standke- Neues Rüstungsgeschaft mit Riad
Reiner Zilkenat – Spendable Industrie