DIY en de creatieve klasse-vijand
Hoe ‘Do it yourself´ onderdeel geworden is van het heersende economische en politieke systeem (en wat daartegen te doen).
Toen we aan het discussiëren waren over de invulling van het laatste 2.Dh5-festival (*) waren we het al snel eens dat het hoofdmotief een vervolg op dat van een jaar eerder zou moeten zijn. Toen stelden we de vraag ‘hoe te organiseren?’. Gezien de aanhoudende crisis, de dreigende gigabezuiniging en de verder voortschrijdende verrechtsing leek ons de noodzaak duidelijk om verder te borduren op deze kernvraag voor linkse groepen en bewegingen.
Zoekend naar beginpunten om de bestaande ideeën (en praktijk) daaromtrent in onze eigen radicalere kringen – zeg het buitenparlementair -linkse gebeuren – tegen het licht te houden, zagen we ons meteen voor het probleem gesteld dat die er eigenlijk niet of nauwelijks zijn. De Nederlandse ‘beweging’ is altijd (**) nogal wars geweest van grote woorden en theorieën, en immer erg praktisch gericht geweest. Het motto was veelal ‘niet lullen maar poetsen’.
Dit stuk is verschenen in de jongste uitgave van klasse!
“Doe het, doe het, doe het
Doe het niet alleen” (Bram vermeulen)
Als we het perspectief schetsen van de actiegroepen en radicale bewegingen waar we ons nu in bewegen, is misschien de meest toonaangevende ontwikkeling die van de kraakbeweging. Die groeide begin jaren ’80 snel en kon op verbazingwekkend veel sympathie rekenen ondanks de soms zeer militante methodes. Die kraakbeweging bouwde voort op linkse bewegingen die in de jaren ’60 en ’70 waren ontstaan, maar was daar ook een reactie op. De beweging van ’68 was immers voor een groot deel overwoekerd door studentikoze sektarische marxistische stromingen. Veel mensen die eind jaren ’70 directe actie naar voren schoven als oplossing voor problemen als woningnood, militarisme en atoomstroom, wilden daar niets (meer) mee te maken hebben. Op cultureel gebied voltrok zich een vergelijkbaar proces, met de opkomst van punk en new wave. Het was een reactie op de zouteloze progrockgroepen in de jaren ’70 en de industrie die daar omheen was ontstaan. In de muziek en kunst gold voortaan, net als in de politiek, dat je ‘het zelf moest doen’; Do It Yourself. DIY werd in feite de onomschreven ideologie van de actiebeweging van de jaren ’80. Belangrijk voor de ontwikkeling van strijdbare en flexibele actiestructuren die toen ontstonden, was dat DIY niet alleen beschouwd werd als een individueel concept. Het gold net zo goed voor collectief handelen, dat niet langer afhankelijk gemaakt werd van goedkeuring door ambtenaren of platenbazen.
Praktisch voordeel
Het ‘praktikalisme’ had veel voordelen. Dat er snel gereageerd kon worden en dat er veel actie ondernomen werd bijvoorbeeld. Ook was de beweging makkelijk toegankelijk. Je hoefde niet eerst dikke marxistische pillen doorgeworsteld te hebben, voor je mee mocht spreken. In tegendeel; je telde eerder mee als je goed was in deuren openbreken of barricades lassen. Het is echter zeer de vraag of ‘do it yourself’ nog wel volstaat als ideologie, als het dat al ooit gedaan heeft, voor de problemen die we nu om ons heen zien opwellen. Wat er in de jaren ’70 en ’80 ‘self’ gedaan werd, geschiedde voor een groot deel door gebruik te maken van diensten en steun uit de oude linkse en vaak veel gematigdere structuren (zoals vakbonden, buurthuizen, solidariteitsorganisaties, wereldwinkels en politieke partijen als de PSP). Die structuren zijn allemaal grotendeels verdwenen of dermate opgenomen in het systeem dat ze eerder bij de tegenstander horen.
Ook veel andere factoren die een voedingsbodem vormden voor de toen opbloeiende DIY-cultuur, zijn er nu niet meer (zoals kraakpanden, uitkeringen, en een sympathieke tijdsgeest). Jonge mensen die zich nu zorgen maken over maatschappelijke problemen om hen heen, hebben weinig aan de mededeling dat ze het maar ‘zelf moeten doen’. als er voor hen geen enkel aanknopingspunt in de buurt te vinden is waar ze zouden kunnen beginnen. Een zichzelf respecterende actiebeweging zou dan ook moeten werken aan nieuwe structuren en theorieën, die het mobiliseren en activeren van mensen die aan politieke actie zouden willen deelnemen, mogelijk maken. Daarvoor moeten misschien oude en ingesleten gebruiken en ideeën, ‘DIY’ voorop, afgestoft en vernieuwd worden.
Creatief kapitalisme
Er is echter nog een tweede belangrijke reden waarom ‘DIY’ herijkt zou moeten worden. Die ligt op een wat abstracter niveau. De economische managementsmodellen van het (westerse) kapitalisme zijn de laatste tijd in snel tempo veranderd. Zelfwerkzaamheid en zelfcontrole zijn tegenwoordig bijna standaard en (uiteraard sterk gereguleerde) ‘creativiteit’ en ‘autonomie’ maken steeds vaker deel uit van het arbeidsproces. Volgens sommige arbeidssociologen, wordt kritiek en creativiteit in toenemende mate opgenomen door kapitalistische productieprocessen en vormt het de motor daarvan. De ‘popfilosoof’ Slavoj Zizek plaatst het moment van omslag exact bij de ‘creatieve opstand’ van mei ’68 en voert Starbucks op als voorbeeld. Daar koop je voor veel geld niet meer een simpel kopje koffie, maar kun je meteen je politieke kritiek kwijt door fair trade koffie te kiezen en is het interieur ook nog enigszins alternatief aangekleed. Je zou ook kunnen zeggen dat de McDonalds het toppunt is van ‘corporate DIY’ waar ze er in geslaagd zijn je te bewegen om alles zelf te doen zodat er nauwelijks nog personeel nodig is. Steeds meer bedrijven hebben ook een afdeling voor ‘corporate social responsability’ waar iets leuks gedaan wordt met goede doelen. Bij de overheid is een vergelijkbare ontwikkeling gaande en wordt je (individuele) eigen verantwoordelijkheid benadrukt bij werkloosheid of handicap, of (collectieve) bij privatisering van overheidsdiensten en nutsbedrijven.
Natuurlijk zijn het niet de werkelijke eisen van mei ’68 die het bedrijfsleven is gaan overnemen, maar een geperverteerde versie ervan die hen goed uitkomt. De belangrijkste mutatie die ze toebrachten, was de eisen (of als je het Lacaniaans wilt uitdrukken: begeerten) terug te brengen tot zuiver individueel niveau, zoals bijna alles geïndividualiseerd en gefragmenteerd is. Toch levert dat een problematische nieuwe situatie op, die in ieder geval dwingt om vraagtekens te zetten bij het te gemakkelijk terugvallen op dezelfde antwoorden en strategieën van toen. Het is bijvoorbeeld geen toeval dat de Yuppies van nu vernoemd werden naar de Yippies (van Youth International Party, de tegenbeweging in de VS in de jaren ’60 en ’70). De term werd gelanceerd door een van hun voormannen, Jerry Rubin (‘Do it!’) die in de jaren ’80 het zakenleven omarmde en verklaarde dat het feitelijk om dezelfde strijd ging. ‘Creativiteit’ wordt nu door politici en projectontwikkelaars gezamenlijk ingezet om kunstenaars gratis gebouwen te laten bewaken als anti-krakers, terwijl de buurt ‘verbeterd’ wordt (lees: alleen nog voor yuppies te betalen en op hun smaak ingericht: geen tweedehandsboekwinkels en Turkse groenteboeren meer, maar sushibars en yogatenten).
BDIY (of DDIOYB)?
DIY is dus hard aan vernieuwing toe, waardoor het weer een nuttig concept kan worden voor het bieden van handelingsperspectief en voor het afdwingen van werkelijke veranderingen. ‘Beyond DIY’ zou je kunnen zeggen. Of zoals de Hamburgse band Tocotronic zingt: Mach es nicht selbst (***).’ Don’t Do It Yourself? Of Do It Yourself but not on your own (DIYBNOYO)?
De waardevolle elementen van de oorspronkelijke DIY, die activisme en cultuur zo’n krachtige impuls gaven, moeten dan natuurlijk behouden blijven. Maar er moeten vooral elementen aan toegevoegd worden die aangepast zijn aan de veranderde samenleving en het proces van ‘hercollectivisering’ en theorievorming bespoedigen. ‘Doen’ alleen is dan niet meer genoeg. Het bestuderen en analyseren van de economische en politieke processen om ons heen, moet er integraal onderdeel van worden. Actievoerders die niet ook investeren in het opbouwen van structuren en denken over een strategie, dreigen tegenwoordig voor de karren van hun tegenstanders gespannen te worden.
———————–
*) Een jaarlijks weekend met allerhande workshops en presentaties om ‘kennis en ervaringen uit te wisselen over manieren om de wereld te veranderen’, dit jaar van 19-21 november in Tilburg, zie www.2dh5.nl
**) Dat ‘altijd’ bedoelen we dan letterlijk: al in het prille begin van de eerste arbeidersorganisaties – zeg rond de SDB en Domela Nieuwenhuis – klinkt de klacht dat elke poging tot formalisering van structuren gedwarsboomd wordt.
(***) http://www.youtube.com/watch?v=Z_VUvZuQWeM
Bram vermeulen ook trouwens
Zie voor een handig overzicht van wetenschappelijk onderzoek naar vormen van Creatief Kapitalisme het Duitstalige stuk van Silke van Dyk in Prokla 157: Gegenstrategien als (neue) Systemressource des Kapitalismus?