De voorgestelde nieuwe Europese Commissie
11 september 2019 – Gisteren maakte de toekomstige voorzitter van de Europese Commissie, de gewezen Duitse minister van defensie Ursula von der Leyen, bekend met welke ploeg ze vanaf 1 november a.s. de Unie in de volgende vijf jaar wil besturen. Wie zegt ‘besturen’ denkt aan een regering, en de Europese Commissie wordt inderdaad vaak als de regering van de Europese Unie (EU) voorgesteld.
(Door Herman Michiel, oorspronkelijk verschenen op Ander Europa, Foto van ΝΕΑ ΔΗΜΟΚΡΑΤΙΑ flickr.cc2.0)
Maar de Europese ‘uitvoerende macht’ is er dan wel een van een speciale soort: ze heeft het monopolie op het wetgevend initiatief, een bevoegdheid die volgens de geplogenheden van de burgerlijke democratie toekomt aan een verkozen parlement. Het Europees Parlement evenwel kan alleen, samen met EU-Raad van Ministers, wetsvoorstellen uitgaande van de Europese Commissie goedkeuren (en ze tot op zekere hoogte amenderen) of afkeuren.
Commissie: communautaire versus nationale belangen?
Een tweede eigenaardigheid van de Europese Commissie is haar dubbelzinnige positie in het Europees institutioneel kader. “De Commissie behartigt, net zoals het Parlement, de belangen van de Unie, het ‘communautair’ belang”, luidt het, terwijl de Raad van Minsters en de Europese Raad (staats- en regeringsleiders) de belangen van de lidstaten vertegenwoordigen. Maar de hele procedure waarmee de Commissie tot stand komt bewijst dat het om een getouwtrek tussen, en ook binnen, de lidstaten gaat, waarbij de grote lidstaten en vooral de ‘Frans-Duitse locomotief’ de knopen doorhakken. Als von der Leyen tegen ieders verwachting uit de hoed kwam als Commissievoorzitter was dit een element van de deal tussen Merkel en Macron waarbij deze laatste ‘zijn’ Christine Lagarde in de voorzittersstoel van de Europese Centrale Bank parachuteerde. Dat zijn Belgische vriend en aftredend premier Charles Michel ‘Europees president’ werd (voorzitter van de Europese Raad) zal ook wel druk besproken geweest zijn tussen Parijs en Berlijn 1. En welke akkoordjes er tussen de partijen binnen elke lidstaat gesloten worden om de ‘nationale commissaris’ aan te duiden, daar heeft men ook het raden naar.
In ieder geval werden aan Frau von der Leyen 26 namen doorgespeeld van kandidaat-commissarissen: oudgediende Frans Timmermans voor Nederland, gladde aal Didier Reynders voor België, Sylvie Goulard voor Frankrijk, enzovoort. Zesentwintig kandidaten plus von der Leyen zelf, dat is er één per lidstaat, behalve Groot-Brittannië dat in mei wel 73 europarlementariërs naar Straatsburg stuurde, maar als hint dat het menens is met de Brexit geen commissaris meer naar Brussel. Wie het hele lijstje wil zien kan terecht bij de persmededeling van de Commissie, of met nog wat fotootjes en gossip bij Politico.
Evenwichten
Vervolgens moest von der Leyen de portefeuilles verdelen onder de kandidaten. Een moeilijke evenwichtsoefening, wordt gezegd, want er zijn belangrijke, minder belangrijke en onbelangrijke portefeuilles, zoals er belangrijke, minder belangrijke en onbelangrijke lidstaten zijn, en grote, middelgrote en kleine politieke fracties, en grote en iets minder grote ego’s. Met één succes kan de EU in ieder geval al uitpakken: met 13 vrouwen en 14 mannen is de toekomstige Commissie zo goed als gender-evenwichtig. Wat de bevoegdheden betreft is er een bijkomend evenwichtsprobleem. Sinds de vorige Commissie Juncker is er niet alleen een informele hiërarchie tussen de commissarissen, maar ook een formele. Er zijn acht ‘vice-voorzitters’ met meer armslag dan de gewone commissarissen; bovendien zijn drie ervan ‘uitvoerend vice-voorzitter’ (wat in het Engels nog beter klinkt: executive vice-president). Frans Timmermans, die verantwoordelijk wordt voor klimaatactie en o.a. de European Green Deal, is één van de drie, maar hij zou ontevreden zijn omdat de Let Dombrovskis ook die rang in de pikorde kreeg, wat tot verwatering van de hiërarchie leidt; Frans had gehoopt die hoge eer alleen met de Deense Margrethe Vestager (concurrentie en digitalisering) te moeten delen.
Na de evenwichtsoefening komt dan nog de public-relationsoefening: de kandidaat-commissarissen moeten zich weten te verkopen bij de commissies van het Europees Parlement die gespecialiseerd zijn in de materie van de aspirant-commissaris. Het lijkt meer op de sollicitatieprocedure voor een hoge managementfunctie dan op een poging tot democratische aanstelling, en het gaat inderdaad over flink betaalde posten: rond de 23.000 € per maand voor een vice-voorzitter, 20.000 € voor een ‘gewone’ commissaris, extra’s niet bijgerekend. Het Parlement moet de voorgestelde Commissie in haar geheel goedkeuren of afwijzen. PR-oefening of niet, het neemt niet weg dat de nieuwe Commissie er zal kunnen op wijzen dat ze ‘democratisch verkozen’ is door het Europees Parlement…
‘Vernieuwing’
Het is traditie geworden dat een nieuwe Commissie aantreedt met de belofte dat ze de lessen van de vorige mislukkingen geleerd heeft en het anders zal aanpakken. Zowat elke Commissie is de Commissie van de laatste kans. Een derde evenwel van de nieuwe Commissie bestaat uit oudgedienden van de vorige. Wat vernieuwingen in de Commissie zelf betreft is er de verregaande hiërarchisering in de verantwoordelijkheden, zoals reeds vermeld. Er wordt ook een nieuw ‘departement’ (directoraat-generaal) opgericht, ‘DG Defence Industry and Space’ waarvoor de Franse ex-defensieminister Goulard verantwoordelijk wordt. Dit is een bevestiging van de trend die we de laatste jaren waarnemen (*2): de EU werpt zich steeds meer op als een would-be geopolitieke macht, die droomt van een Europees Pentagon en een ‘performante’ wapenindustrie, waarvoor ze ook miljarden euro subsidies ter beschikking stelt. Sommigen zullen er natuurlijk een bewijs van de pacificatie van het naoorlogse Europa in zien dat een gewezen Duitse defensieminister aan een gewezen Franse defensieminister de verantwoordelijkheid toewijst voor de militarisering van Europa…
Een andere vernieuwing is van terminologische aard, maar met een onthullend ideologisch karakter. Aan de Griekse kandidaat-commissaris Margaritis Schinas (gewezen woordvoerder van Jean-Claude Juncker) werd de portefeuille toegekend voor de ‘bescherming van de Europese levenswijze’ (protection of the European way of life). Het blijkt over niets anders te gaan dan over immigratie en veiligheid! Migranten zijn een bedreiging voor onze superieure Europese levensstijl en zelfs voor ons leven zelf! De kans is groot dat deze stupide terminologische PR-misstap ongedaan wordt gemaakt, maar er is geen enkele aanwijzing dat de Commissie von der Leyen een eind zal maken aan de Fort Europa politiek met zijn duizenden doden in de Middellandse Zee.
Sociale vooruitgang in de komende vijf jaar?
In een merkwaardig vlugge reactie prees het Europees Vakverbond (EVV, ETUC in het Engels) zich gelukkig met de voorgestelde Commissie. “De verdeling van de Commissieportefeuilles zoals vandaag aangekondigd is een hoopvol teken dat de EU sociale vooruitgang kan realiseren in de komende vijf jaar”, meent de Europese vakbondskoepel. “Het EVV juicht het feit toe dat de voorgestelde Commissie een genderevenwicht vertoont en een sleutelpositie geeft aan politici die de noden van werkende mensen begrijpen.”
Misschien denkt het EVV dat ze met dergelijke goodwill en beleefdheidsformules meer succes zal behalen met haar lobbystrategie dan in het verleden, of misschien is het een vorm van schrikachtig fluiten in het donker. De reden voor deze naïeve holle formules kan men echter aflezen uit de volgende grafiek, die de portefeuilleverdeling over de Europese politieke families vergelijkt van de voorgestelde Commissie von der Leyen (links) met die van de vorige Junckercommissie:
Kijk eens aan, 10 sociaaldemocraten (S&D) onder von der Leyen, tegen maar 8 onder Juncker! Slechts 9 christendemocraten (EPP) in plaats van 14! Een linksliberaal (RE) meer en zelfs een groene (*3) Als het strategisch denken van de Europese vakbondskoepel zich tot dit niveau heeft herleid ziet het er niet goed uit voor de sociale vooruitgang in de volgende vijf jaar! (hm)
Voetnoten
(*1) Over Lagarde, Reynders, Michel en de eerder reeds aangewezen Sassoli en Borrell, zie Solidair 9 september.
(*2) Zie bv. De risico’s van het nieuwe EU Defensiefonds, Ander Europa, november 2018.
(*3)Dit slaat op de Litouwer Virginijus Sinkevičius van de Boeren en Groenen Unie, die echter met het groen gedachtengoed weinig te maken lijkt te hebben.