Ga naar de inhoud

De criteria voor vrijlating van IS-leden in Noord-Syrië

De in Noord- en Oost-Syrië gevangen genomen jihadisten van de zelfverklaarde Islamitische Staat (IS) vormen een groot probleem voor de autonome structuren in die regio. De internationale gemeenschap heeft zich afgekeerd van de verantwoordelijkheid en ontneemt geen enkele stap om de jihadisten verantwoordelijk te houden voor hun daden. Islamisten die in Syrië en andere landen in naam van IS misdaden tegen de mensen pleegden, worden op die manier door justitie ongemoeid gelaten. De politiek van straffeloosheid moedigt de milities en aanverwante structuren alleen maar aan tot nieuwe misdaden.

6 min leestijd

(Vertaling door Tommy Ryan, bron: civaka-azad.org en ANFDeutsch, waarvan de foto is)

Terwijl het westen vasthoudt aan diens standpunt dat IS enkel en alleen een militair probleem is, vormen de gevangenissen en interneringskampen met duizenden gevangen genomen jihadisten en hun familieleden voor het autonome bestuur van de regio. Door een gebrek aan middelen vormen zij een steeds groter humanitair probleem en in toenemende maten ook een gevaar voor de openbare veiligheid.

19.000 gevangen IS-leden

Momenteel bevinden zich in totaal zo’n 19.000 IS-leden in gevangenissen. 12.000 daarvan komen uit Syrië zelf, 5000 komen uit Irak en de overgebleven 2000 komen uit 55 andere landen. In de interneringskampen bevinden zich daarnaast zo’n 67.000 mensen, het grootste deel daarvan zijn familieleden van gevangengenomen jihadisten. Sinds de militaire overwinning op Islamitische Staat in mei 2019, stuit het autonome bestuur van Noord- en Oost-Syrië in steeds grotere mate op dovemans oren. Hierdoor wordt de last van Islamitische Staat op de bevolking van Noordoost-Syrië afgeschoven.

Voorstellen van het autonome bestuur

Het autonome bestuur van Noord- en Oost-Syrië heeft drie voorstellen ingediend bij de internationale gemeenschap voor de omgang met de voormalige leden van de IS:

1. De oprichting van een speciaal internationaal hof voor gedetineerde IS-leden aan de hand van de  het criteria van de plaats van het misdrijf;
2. Terugkeer van IS-gevangenen naar hun thuisland en adequate bestraffing;
3. Erkenning van de vonnissen van de processen van IS-leden door de onafhankelijke rechtbanken van het autonome bestuur in Noordoost-Syrië en internationale juridische ondersteuning.
De meeste staten zijn sceptisch tegenover deze ideeën. De westerse landen geven er de voorkeur aan om stil te staan – ondanks het feit dat de regio permanent wordt bedreigd en de middelen van het zelfbestuur steeds schaarser worden.

Amnestie voor gevangen

Hoewel het IS-probleem een hernieuwde groei doormaakt, vormt de druk op de gevangenissen een dermate groot probleem dat er de afgelopen weken door het autonome bestuur voor is gekozen om een deel van de Syrische gevangenen vrij te laten. Het gaat hierbij met nadruk niet om mensen waarvan duidelijk is dat zij beschuldigd worden van spionage, verraad, zogenaamde “eermoorden”, drugshandel en gewelddadigheden als terreuraanslagen. De gevangenisstraffen voor de gevangenen die zijn vrijgelaten zijn gehalveerd en levenslange gevangenisstraffen worden omgezet in 20 jaar. Door de amnestie komen echter ook mensen vrij die verdacht worden van ‘lichtere’ terreurdaden, zoals  IS-aanhangers uit de lagere rangorden (voor zover zij niet betrokken waren bij bloedige aanslagen en dat ze een borg hebben). In totaal voldeden 884 IS-gevangen aan deze voorwaarde voor de amnestie. 631 van hen zijn al op vrije voet gesteld en worden momenteel geïntegreerd in hun betreffende stammen.

7000 IS-leden voor het gericht

De vrijlating en resocialiseren van de gevangenen zorgt voor grote discussies. Dit komt door de grote veiligheidsrisico’s die hiermee gemoeid gaat en het karakter van de misdaden die de vrijgelaten strijders hebben begaan.

Alle mensen die voor de Amnestie in aanmerking kwamen zijn zorgvuldig gecontroleerd stelt Hesen Silêman, covoorzitter van het hoogste volksverdedigingsgerechtshof (Koerdisch Dadgeha Parastina Gel) in Noordoost-Syrië. Sinds de oprichting van de vollksverdedigingsgerechtshoven in 2014 zijn er zo’n 7000 rechtszaken geweest tegen Syrische staatsburgers die in verband werden gebracht met IS. Dit jaar alleen al vonden er 900 processen plaats.

“Tegenover IS-kaderleden van hogere rangen, zoals die met leidinggevende functies en bewapende structuren, waarvan is bewezen dat zij misdaden hebben gepleegd, zullen we ons uiteraard niet milder opstellen. Bij de vrijgelaten gevangenen gaat het hoofdzakelijk over mensen die in voormalige IS-gebieden civiele functies hebben vervuld, bijvoorbeeld administratief of economisch en die hun straffen grotendeels uitgezeten hebben” stelt Hesen Silêman. De gevangenen worden beoordeeld op basis van berichten uit de juridische comités van de gevangenissen en de gerechtshoven. “In deze berichten wordt hoofdzakelijk gekeken of degenen die van de amnestie gebruik kunnen maken een gevaar voor de samenleving kunnen vormen.”

Silêman legt verder uit dat alle ex-gevangenen met tussenperioden gecontroleerd worden door de veiligheidstroepen. Voor de strafvermindering zijn er onder andere intensieve gesprekken gevoerd door de Democratische Syrische Raad (MSD) en Raad van Stammen in Noord-Syrië. “De grote families hebben zich garant gesteld voor de laag-rangige IS-gevangenen.”

IS vormt een blijvend gevaar voor de gehele regio

Hoewel IS territoriaal verslagen is, vormt de militie nog altijd een groot veiligheidsrisico voor de hele regio zo stelt de jurist. Voor de nieuwe vorming van slapende cellen vormt een steeds groter probleem. “Onze veiligheidseenheden houden telkens nieuwe operaties tegen celstructuren van Islamitische Staat. Daarbij worden regelmatig jihadisten gevangengenomen. Maar de institutionele – en daarmee bedoel ik de strafinrichtingen – en de juridische infrastructuur in Noordoost-Syrië is ontoereikend. We hebben geen ruimte voor deze mensen zo stelt Silêman.

Buitenlanders wachten op een proces

Een groot probleem vormen ook de jihadistische IS-aanhangers uit het buitenland. “We hebben tot noch toe nog geen één van hen voor kunnen laten komen. Het is daarbij o.a. onduidelijk of zij na veroordeling in Syrië hun straf moeten uitzitten. Wij worden hierin nog in onze middelen nog in onze capaciteiten ondersteund.” Het autonome bestuur is dan wel een dialoog op internationaal niveau begonnen, toch heeft dit tot op heden nog tot niets geleid. “Tot op heden hebben we hiermee nog geen bevredigende vooruitgang geboekt.”

“IS is niet alleen ons probleem”

De afgelopen tijd sterkt IS weer aan. Het is al enige tijd duidelijk dat de organisatie zich aan het hergroeperen is en een reorganisatie doorvoert. De situatie is ernstig stelt ook Hesen Silêman. “Gemeenschappelijk optreden tegen IS heeft zich tot noch toe vooral beperkt tot het militaire vlak. Op juridisch vlak is er nog altijd geen samenwerking in zicht. Dit vormt echter een nieuwe mogelijkheid voor IS om weer opnieuw op te leven.” Er moet snel begonnen worden om de noodzakelijk stappen te zetten. “IS is immers niet alleen ons probleem. Het is iets dat de hele wereld aan gaat.” [Iets dat de aanslagen van de afgelopen weken enkel verder onderstrepen][1]

[1] De zin tussen haakjes is een toevoeging van de vertaler