Ga naar de inhoud

Burgers in de bak, banken op hun gemak

In het Westen betalen burgers niet alleen de financiële kosten van een crisis die ze niet veroorzaakt hebben. Ze gaan er ook voor naar de gevangenis.

6 min leestijd

(Origineel op economielinks, eerder in het Engels verschenen in Roarmag)

In het Westen betalen burgers niet alleen de financiële kosten van een crisis die ze niet veroorzaakt hebben – herinner je de met belasting gefinancierde reddingsplannen van banken en de overheidsbezuinigingen om dezen te financieren. Ze gaan er ook voor naar de gevangenis, gezien velen in schuldenaargevangenissen belanden omdat ze door de crisis hun schulden niet meer kunnen betalen. Het is de wrede ironie van onze tijd, die alleen voorbijgaat aan degenen met erg korte geheugens.

Schuldenaargevangenissen – celstraffen voor schuldenaren die niet aan hun schuldverplichtingen voldoen – zijn een veel voorkomend verschijnsel in verschillende Westerse landen.

In Nederland is het een gangbare praktijk voor het Centraal Justitieel Incassobureau van de overheid (CJIB) om mensen tijdelijk op te sluiten als ze hun boetes niet betalen. Het gaat dan vaak niet om ernstige misdaden maar onbetaalde verkeersboetes en dergelijke. Een celstraf wordt theoretisch alleen gebruikt als laatste redmiddel tegen wanbetalers, maar in 2013 legde de CJIB toch in totaal 18.392 gevangenisstraffen op, toont hun officiële website.

Eerder in 2014 schreef het Algemeen Dagblad over de situatie van een vrouw, Gisèle Somer, met drie onbetaalde verkeersboetes. Ze was inmiddels drie keer gevangen gezet voor in totaal 18 dagen. Slechts twee en een halve week, kun je denken, maar de psychologische impact was groot en langdurig. “Het was zo vernederend, zo heftig”, vertelde Somer het AD.

Waarom betaalde Somer haar boetes niet? Het simpele antwoord: ze was failliet. Het complexere antwoord: het restaurant dat ze bezitte ging failliet vanwege een economische crisis, ze raakte verwikkeld in allerlei rechtzaken over het faillissement, en nu is ze failliet.

Officieel moet het CJIB vaststellen of schuldenaren hun schuld niet willen of niet kunnen betalen. Als ze het niet kunnen, zou het CJIB een betalingsregeling moeten treffen, zoals het laten afbetalen in termijnen. Maar het CJIB lijkt vaak niet te willen onderhandelen. “Het treffen van betalingsregelingen [met het CJIB] is godsonmogelijk”, zei de secretaris van de Vereniging van Strafrechtadvocaten het AD.

Dus Nederlandse schuldenaren als Gisèle Somer worden naar de gevangenis gestuurd. Niet alleen vanwege hun onbetaalde verkeersboetes, maar ook omdat ze failliet gingen door een economische crisis en het incassobureau van de staat geen rekening wil houden met deze bredere sociaal-economische context.

Vergelijkbare dingen gebeuren elders. Bijvoorbeeld in de Verenigde Staten. “Hoewel schuldenaargevangenissen illegaal zijn in het land, komt het steeds vaker voor dat mensen in de gevangenis belanden als een gevolg van hun schuld”, merkte NPR public radio op in 2011. Een korte documentaire over dit onderwerp uit 2014 heette ‘Naar de Gevangenis vanwege Armoede’ (‘To Prison for Poverty’). Helaas is dat de juiste diagnose van het probleem.

De armoede en schuldenproblematiek onder mensen is natuurlijk gegroeid vanwege een economische crisis die door het Westen raast. Maar hoe is die crisis begonnen?

Er is geen enkelvoudige verklaring voor de crisis, maar het had wel iets te maken met een aantal banken die een hoop winstgevende maar riskante investeringen maakten. Bijvoorbeeld toen ze gokten op een huizenzeepbel.

Maar het risico lag grotendeels bij ons, niet bij hun. Het heet moral hazard. Wanneer banken weten dat ze door overheden worden beschouwd als ‘te groot om te vallen’ (‘too big to fail’), dan weten ze dat ze gered zullen worden van hun eigen ineenstorting. Banken maken daarom veel te riskante investeringen, want die zijn het meest winstgevend, en bankiers weten dat uiteindelijk iemand anders – de staat – zal betalen voor de verliezen als deze investeringen mislukken.

Het heet ook de privatisering van winsten, socialisering van verliezen. Banken maken private winsten in een gelegaliseerd casino, overheden betalen hun schulden af in geval van een verkeerde gok.

Dat is dan ook gebeurd. In de jaren na de kredietcrisis van 2008 redden overheden in het Westen hun banken met miljarden euros en dollars. In Europa werd er €56 miljard besteed aan de Royal Bank of Scotland, €52 miljard aan Hippo Real Estate, €28 miljard aan Northern Rock, etcetera. In de VS besteedde de overheid $700 miljard om de “roekeloze, enorm slecht bestuurde banken” te redden, in de woorden van Moira Herbst in de Guardian.

Om de ironie van onze tijd te benadrukken, laten we de reeks van gebeurtenissen opsommen:

  1. Grote banken (‘too big to fail’) weten dat ze gered worden door overheden in geval van hun ineenstorting
  2. Banken maken winstgevende maar veel te riskante beleggingen. Ze gokken op zeepbellen
  3. Een zeepbel knapt en ontaardt in een financiële crisis
  4. Liquiditeitsinjecties vanuit overheden om banken te redden, zoals verwacht
  5. Een economische crisis ontstaat, verergerd door overheidsbezuinigingen
  6. Een groei van werkloosheid, faillissementen, armoede en schuldproblemen onder huishoudens
  7. Gevangenisstraffen voor failliete burgers omdat ze hun schulden niet betalen

Dit is ironisch op verschillende manieren.

Ten eerste: grote banken ontvingen bailouts toen ze op de rand van de klif stonden, wat ons, normale mensen, een hoop geld heeft gekost – meer dan overheden je willen laten geloven, merkt Herbst op. Velen in de media — The Guardian, The Economist, The New York Times, Bloomberg – hebben zich sindsdien terecht afgevraagd waarom er zo weinig bankiers naar de gevangenis zijn gegaan. Echter, wanneer normale mensen failliet gaan worden ze gecriminaliseerd en gevangen gezet voor hun onbetaalde schulden door de rechtbanken en incassobureaus van de staat.

Dit is niets nieuws, zo blijkt. Zoals antropoloog David Graeber opmerkt in zijn studie van de geschiedenis van schuld:

Schulden tussen de rijksten of tussen overheden kunnen altijd heronderhandeld worden, wat ook altijd gebeurde door de geschiedenis heen. Ze staan niet in steen gebeiteld. Het is over het algemeen zo dat, wanneer armen schulden hebben aan de rijken, schuld ineens een heilige plicht wordt, belangrijker dan wat dan ook. Het idee om ze te herzien wordt ondenkbaar.

Er is nog een ironie in deze reeks van gebeurtenissen: veel mensen zijn mogelijk gevangen gezet om hun onbetaalde schulden omdat overheden doorgaans banken redden van hún schulden. Grote banken wisten dat ze uit hun faillissement gered zouden worden door overheden namens normale mensen (bulletpoint 1). Als gevolg hiervan ontstaat een financiële en economische crisis waardoor veel normale mensen failliet zijn geraakt en in de gevangenis belandden vanwege hun onbetaalde schulden (bulletpoint 7).

Wederom worden normale mensen aansprakelijk gesteld voor de ruïnes die grote banken achterlieten, zonder enige echte invloed te hebben over hun gedrag.