Ga naar de inhoud

Slavernij En De Nieuwe Vorm Van Slavernij

De mens is een wolf voor de mens. Dit citaat lijkt de Franstalige auteur Adil Goumma het dichtst bij het cynisme van de mens ten opzichte van zijn medemensen te liggen. Hij zegt dichtbij, omdat de Engelse filosoof Thomas Hobbes, die aan deze metafoor dacht, zeker niet had gedacht dat de mens veel wreder zou zijn dan de carnivoor. De uitbuiting van de mens door de mens is een schande die al bestaat sinds de wereld geboren is en waarvan de methoden in de loop der tijd zijn geëvolueerd en verergerd. En nu de slavenhandel weer het licht ziet, is het goed om even het geheugen op te frissen om vervolgens iets op te merken over een nieuwe vorm van slavernij. Adil Goumma schreef er een rubriek over die ik vertaalde.

4 min leestijd

(Door Adil Goumma, vertaling en inleiding Thom Holterman/Libertaire Orde)

 

Driehoekshandel

Adil Goumma: Tegen het einde van de 15e eeuw zou de geschiedenis een ongekend traumatisch fenomeen leren kennen. De slavenhandel. Handelaren, concessiehouders en bestuurders hadden de Afrikaanse kusten bezocht op zoek naar stevige mannen en jonge vrouwen om hen tot slaven te maken. Deze werden naar de westkust getransporteerd. In dit verband zei erop gewezen dat de landen van het Iberisch schiereiland als eersten slavenhandel hebben bedreven. Later, aan het eind van de 16e eeuw, beconcurreerden Frankrijk, Nederland, Groot-Brittannië en Denemarken elkaar in de slavenhandel. In die tijd van de grote zeevaart hadden reders het idee om ‘Negers’ naar Amerika te vervoeren om ze te verkopen of te ruilen voor producten.

Dit is het begin van de driehoekshandel, een uitdrukking die verwijst naar het proces van uitwisseling en handel tussen Frankrijk, Afrika en het Caribisch gebied. Boten verlieten Frankrijk; zij verscheepten goederen van allerlei soort: glaswerk, wapens, juwelen…. enz. Als ze dan in Afrika aankwamen, meestal in Senegal, ruilden ze hun vracht voor slaven. De reis ging verder naar de Antillen, waar jaarlijks zwarten werden ‘gelost’ in ruil voor suiker, vanille en diverse tropische producten, die weer naar Frankrijk werden gebracht om te koop te worden aangeboden.

Men kan zeggen dat het tijdperk van de moderne commerciële samenleving (société marchande) begint met de commercialisering van menselijke wezens. Gelet hierop zou het naïef zijn te geloven, dat de afschaffing van de slavernij in Engeland in 1833 een daad van pure menselijke ingeving was. Het economisch argument woog namelijk zwaar bij deze beslissing: men had door dat de arbeid van vrije mannen minder kostte dan dat van slaven. De aanklacht tegen mensenhandel leidde evenwel niet systematisch tot effectieve repressie; de handel in zwarten nam dankzij de Engelse multinationals zelfs toe. De ambivalente houding kon ook weer naar een andere kant doorslaan in de strijd tegen slavenhandelaren. Die was namelijk bevorderlijk voor de ontwikkeling van de betrekkingen tussen de Britse en Afrikaanse heersers: het was een grote stap in de richting van de kolonisatie van Afrika. Dat is allemaal geschiedenis.

Moderne slavernij

Momenteel heeft de uitbuiting van de mens ten behoeve van de mens niets van zijn schande verloren, alleen is die heel subtiel en te indiscreet om opgemerkt te worden. Wie kapitalisme zegt, zegt slavernij. Een van de grootste paradoxen van het kapitalistische systeem is het verwijzen naar vrijheid, terwijl het ons in een staat van afhankelijkheid en onderwerping brengt…. ‘Ik zou nooit zonder mijn kop koffie in de ochtend kunnen’, kan iemand zeggen, waar een ander het wellicht over thee heeft. Maar let wel, het zijn producten die, relatief gezien, pas onlangs in onze samenleving een bestaan hebben gevonden: de tijd van hun overvloedige commercialisering in het begin van de zeventiende eeuw voor koffie en slechts een paar decennia geleden voor thee. En de voorbeelden vermenigvuldigen zich met dit soort verslaafden voor wie het niet beschikbaar zijn van bepaalde producten een wreed gebrek betekent.

Het commerciële kapitalisme volgt een eenvoudige strategie: je wendt aan iets vervolgens wordt er een behoefte van gemaakt. Dit kan worden geïllustreerd aan de hand van frisdranken die bijna gratis werden gedistribueerd tot er vraag naar ontstond. Hetzelfde is aan de hand met sport, en in dit geval voetbal, dat op alle tv’s was te zien om meer verslaafden te krijgen voordat het op de meest lucratieve wijze, achter betaalmuren, kwam. De nieuwe slaven zijn zich niet eens bewust van hun staat van onderworpenheid, waarvan de kettingen met fluweel omwikkeld zijn en met een laagje moderniteit bedekt. [..]

Adil Goumma (vertaling Thom Holterman; overgenomen van de site L’Encre noir)

[Adil Goumma is docent Frans in Marokko; hij promoveerde in de Franse letteren op een proefschrift over christelijke missionarissen in het koloniale tijdperk: tussen theologische omzwervingen en kolonialisme.]