Ga naar de inhoud

Wie zijn nu de piraten?

Een vreemde diplomatieke rel speelt momenteel tussen Spanje en De Seychellen. Spanje wil dat de eilandstaat voor de Oostkust van Afrika toestaat dat Spaanse vissersboten zware bewapening meevoeren om zich “te beschermen tegen piraterij”. De Nederlandse marine was kort geleden vergelijkbaar bezig.

5 min leestijd
seychellen

 

Danilo Perez vat op de Duitse Indymedia website de Spaanse perikelen samen, vergezeld van links naar artikelen in dagblad El Pais. Spanje wil z’n vissersboten toerusten met mitrailleurs tot kaliber “50,. Maar De Seychellen wil slechts een veel kleiner kaliber accepteren (7.62 milimeter) omdat anders de vissersboten zwaarder bewapend zouden zijn dan zijn eigen marine.

 

De Spaanse vissersboten gebruiken de Seychellen onder andere om op tonijn te vissen in de Indische Oceaan. Het gevolg is bekend; de zee raakt in snel tempo leeggevist en lokale kleinschalige vissers hebben het nakijken (en de honger). Dat is een voorname voedingsbodem voor de opkomende piraterij.

 

En andersom: door de dreiging van overvallen door piraten, zijn ‘buitenlandse’ vissers weggebeleven en is de visstand gedeeltelijk hersteld. Er is een geruchtmakende documentaire over feestende lokale vissersgemeenschappen in Kenia waar dat verband direct wordt gelegd:

{youtube}A3AXFeBfUao{/youtube}

Op weblog sargasso was onlangs een artikel te vinden van Kassim Mohammed (overgenomen van Zam Afrika Magazine) over een operatie van de Nederlandse marine in hetzelfde gebied in April. Kassim Mohammed vraagt zich af waarom een Nederlands marineschip zich leent om een operatie uit te voeren tegen Somalische piraten die een Iraans vissersschip ingenomen hebben, maar niet optreedt tegen de illegale visserij door datzelfde schip. Overigens werden bij die ‘operatie’ twee ‘piraten’ doodgeschoten en overboord gegooid “omdat “de kans te verwaarlozen was dat nabestaanden opgespoord zouden kunnen worden”. Journalisten konden die nabestaanden in een mum vinden. Hierbij het originele stuk van Kassim Mohammed:

 

Rekruteer piraten voor kustwacht

 

Wanneer beseft de internationale gemeenschap dat het sturen van marineschepen het Somalische piratenprobleem niet zal oplossen? In april voerde de Nederlandse marine een landing uit op de Somalische kust om de bemanning van een Iraanse visserboot te bevrijden. Tijdens de operatie werden zestien Somalische piraten gevangen genomen. Twee daarvan kwamen om het leven, wat tot enige controverse leidde. Het doel van de marine is toch om piraten levend te vangen? Een operatie kan natuurlijk wel eens uit de hand lopen, maar er blijft een vreemd luchtje aan deze zaak hangen.

 

Tot verontwaardiging van veel Somaliërs wierpen de Nederlandse mariniers de lichamen van de twee omgekomen piraten zonder pardon in zee. Het was te heet om ze te bewaren, verklaarde een woordvoerder achteraf, en bovendien was de kans dat de nabestaanden konden worden opgespoord te verwaarlozen. De nabestaanden, die niet veel later zonder veel problemen door de pers waren opgespoord, waren niet onder de indruk van deze verklaring. Maar het signaal van de Nederlandse marine was wel duidelijk aangekomen: de internationale gemeenschap heeft er geen problemen mee om Somaliërs te behandelen als uitschot van de allerlaagste soort. De regel dat elke misdadiger recht heeft op een eerlijk proces geldt blijkbaar niet zodra de Somalische landsgrenzen worden overschreden. Marinecodes gelden blijkbaar voor iedereen, behalve voor Somaliërs.

 

Dat is niet het enige luchtje aan deze zaak. Wat deed de Iraanse vissersboot in de Somalische territoriale wateren? Wist de kapitein soms niet dat het daar gevaarlijk was? Of nam hij bewust een risico, wetend dat de internationale piratenbestrijders hem toch wel te hulp zouden komen?

 

Hij zou niet de eerste zijn. Onderzoek aan de University of Minnesota wees onlangs uit dat er elk jaar voor zo’n 300 miljoen dollar aan vis wordt gevangen in Somalische wateren door Chinese, Japanse, Griekje, Taiwanese, Zuid-Koreaanse, Indiase, Italiaanse, Franse en Iraanse schepen.

 

Met Somaliërs die terugvechten loopt het zelden goed af. Er vallen bijna maandelijks doden door het ingrijpen van de internationale troepenmacht, zonder dat de pers er veel aandacht aan besteedt. Veel effect hebben die militaire acties overigens niet: het aantal piraten groeit nog steeds, net als de schade voor de internationale scheepvaart (inmiddels is die schade de 10 miljard dollar per jaar overschreden).

 

Tragischer dan het lot van de piraten is nog het lot van de Somalische vissers. Als bij-effect van de piratenbestrijding zijn immers ook zij vogelvrij verklaard in hun eigen viswateren. Wie er Somalisch uitziet, doet er goed aan zich niet in de buurt van de Somalische kust te vertonen. Geen haan die immers nog kraait naar een paar dode Somaliërs meer of minder.
Als de internationale gemeenschap werkelijk zou willen dat er een einde kwam aan de piraterij, zou ze eens moeten kijken naar alternatieve oplossingen. Het sturen van marineschepen is weinig effectief. Bovendien bevoordeelt het buitenlandse vissers en benadeelt het Somalische, wat naast oneerlijk ook erg gevaarlijk is: visserij is immers het enige fatsoenlijke alternatief voor piraterij als inkomstenbron voor Somalische kustbewoners.

 

Duivel

 

Is het geen veel beter idee om de Somaliërs hun eigen kust te laten bewaken? Waarom leidt de internationale gemeenschap wel een Afghaanse politiemacht op en geen Somalische kustwacht? Goede recruten te over: het stikt in Somalië van de zeemannen die goed met wapens overweg kunnen. Momenteel huren grote misdaadsyndicaten ze in, om tegen betaling van een paar duizend dollar schepen te kapen (want denk niet dat de huidige piraten net als vroeger de buit gezellig onderling mogen verdelen – achter de kapers die het vuile werk opknappen gaat een heel netwerk schuil van geraffineerde misdadigers die er met het grootste deel van de losgelden vandoor gaan).

Als maffiosi jonge Somaliërs kunnen recruteren, waarom kan de internationale gemeenschap dat dan niet? Leid ze op, geef ze een fatsoenlijk salaris en laat ze de veiligheid van de Somalische kust zelf bewaken. Jini ninkii keenaa bixiya, ‘wie de duivel meebrengt weet ook hoe hij hem weer weg moet krijgen’, luidt een Somalisch gezegde. Iedereen heeft in landen als Irak

en Afghanistan het geringe effect van een buitenlandse troepenmacht kunnen zien. Wanneer wordt de les geleerd? De internationale gemeenschap zal waarschijnlijk nog jarenlang vele miljoenen verspillen aan marineoperaties die weinig effect hebben, behalve dat veel mensen onnodig zullen omkomen. Maar uiteindelijk zal de onvermijdelijke conclusie zijn: piraterij is een Somalisch probleem, dat door Somaliërs zal moeten worden opgelost.