Ga naar de inhoud

Het vampierverdrag tussen EU en Mercosur stoppen!

Op 28 juni 2019 bereikte de EU een princiepsakkoord over een handelsverdrag met Mercosur. Mercosur (‘Gemeenschappelijke Markt van het Zuiden’) is een douane-unie tussen Brazilië, Argentinië, Uruguay, Paraguay en Bolivië en is de vierde grootste interne ‘vrije’ markt ter wereld. Geassocieerde landen zijn Bolivië, Chili, Colombia, Ecuador, Guyana, Peru en Suriname;  Nieuw Zeeland en Mexico hebben een observerend statuut.

5 min leestijd

(Vertaling door Ander Europa, foto CC BY-NC-ND 2.0, GUE/NGL)

Tegen het afsluiten van het akkoord gingen al heel wat stemmen op. “Met de afsluiting van het akkoord geeft de EU legitimiteit aan het optreden van de extreem- rechtse Braziliaanse president Bolsonaro. In de plaats daarvan had de Europese Commissie de handelsbesprekingen moeten gebruiken als hefboom om mensenrechten en zorg voor het milieu af te dwingen.”, schreef de Belgische ontwikkelingskoepel 11.11.11.  Maar zoals 11.11.11.  aantoont is de overeenkomst Mercosur-EU nog helemaal niet rond en heeft het verzetsfront ruim de kans om er tegenin te gaan.

Dat het verzet ook in Duitsland voorbereid wordt kan men aflezen uit een bericht in die tageszeitung  (Nederlandse vertaling Ander Europa).

HET NIEUWE KOLONIALISME:

Het vampierverdrag tussen EU en Mercosur stoppen!

door Gerhard Dilger (*1)
Blog op die tageszeitung, 7 juli 2019

“Deze deal zou een triomf zijn voor transnationale ondernemingen en hun winstlogica.”

Het is geen toeval dat net nu een zogenaamd “historische vrijhandelsovereenkomst” tussen de Europese Unie en Mercosur aangekondigd wordt.

De Europese regeringen, onder leiding van Angela Merkel, hebben de politieke zwakte van Argentinië en Brazilië genadeloos uitgebuit om de herkolonisatie van Zuid-Amerika te versnellen.

Als de deal, die pas in grote lijnen bekend is door de ratificatiemarathon in de Europese parlementen geraakt zou dit voor de transnationale ondernemingen en hun winstlogica een ware triomf betekenen. Mensenrechten en de bescherming van het milieu zullen niet meer dan praat voor de vaak zijn.

Sinds 1492 speelt Latijns-Amerika in de internationale arbeidsverdeling overwegend de rol van grondstoffenleverancier. Argentinië, Brazilië, Paraguay en Uruguay zullen na de emancipatiepogingen van de 20ste en de vroege 21ste eeuw naar verwachting opnieuw en mogelijk voor altijd op die rol worden vastgespijkerd.

Van een geleidelijke reductie van de douanebarrières profiteren in Zuid-Amerika in het gunstigste geval de agrobusiness en de importsector. Kleine boeren, inheemse bevolking en arbeiders betalen de rekening met een verdere vernietiging van hun bestaansmiddelen en de uitholling van hun rechten.
Maar bedrijven uit Europa kunnen jaarlijks vier miljard euro aan heffingen besparen en daardoor competitiever wordt, juicht de Europese Commissie.
Zelfs het feit dat de automobielsector in Argentinië en Brazilië langzamer wordt geliberaliseerd dan andere is toe te schrijven aan de belangen van de Europese bedrijven, die eerst en vooral hun investeringen van de laatste jaren willen terugverdienen.

De geplande liberalisering van de handel binnen de multinationals drukt lonen en leidt tot een daling van het aantal arbeidsplaatsen.

In de toekomst zullen bijvoorbeeld goedkoper geproduceerde auto-onderdelen in plaats van lokaal te worden geproduceerd, de halve wereld rondreizen.

Naast een vanuit ecologisch oogpunt onzinnige uitbreiding van de wereldhandel dringen de Europese neoliberalen ook aan op een strengere bescherming van patenten, die bijvoorbeeld het aanbod van betaalbare generieke geneesmiddelen aan de Zuid-Amerikanen kan uithollen.

Ook in de dienstensector, bijvoorbeeld in de telecommunicatie- en IT-sector, zouden er “nieuwe business opportunities” worden gecreëerd.

Bij overheidsaankopen, die vaak worden gebruikt om de binnenlandse producenten te versterken, zal nog meer rekening moeten worden gehouden met de Europese concurrentie. En hoewel investeerders hun belangen zo nodig voor arbitragetribunalen kunnen aanvechten, mogen er ook in de toekomst geen sancties komen voor de gedeelde verantwoordelijkheid voor milieudelicten of mensenrechtenschendingen.

De ultra-rechtse Braziliaanse president Jair Bolsonaro en de Argentijnse voor zijn herverkiezing vechtende president-ondernemer Mauricio Macri smachten met alle middelen naar internationale erkenning. Het is pas deze constellatie die de door neoliberalen aan beide zijden van de Atlantische Oceaan voorbereide en bejubelde deal nu mogelijk maakt.

Toch is de uitvoering ervan nog lang niet in kannen en kruiken.

Waarom worden de details van de overeenkomst tussen de EU en de Mercosur (in werkelijkheid gaat het om een ontwerp) slechts in plakjes wereldkundig gemaakt?
“Vampiercontracten” heeft de Attac-activiste Susan George de “vrijhandelsovereenkomsten” eens terecht genoemd. Immers zodra de details aan het licht komen, bestaat er een reële kans dat ze democratisch kunnen verhinderd worden.

Het verzet komt van Zuid-Amerikaanse activisten, textielondernemers in Paraguay, vakbondsmensen in Uruguay of de peronistische kandidaat Alberto Fernández, die een goede kans maakt Macri te verslaan bij de Argentijnse presidentsverkiezingen van oktober. Vanuit hun perspectief is het neokoloniale karakter van de overeenkomst zonneklaar.
Ook in Frankrijk rommelt het, omdat het gevaar voor de lokale landbouw van nog meer ingevoerde landbouwproducten uit monocultuur altijd al werd erkend.

Waarom uitgerekend de extreemrechtse klimaatontkenner Bolsonaro, die het regenwoud in een recordtijd wil decimeren, een strategische partner voor een democratisch Europa moet zijn blijft het geheim van mevrouw Merkel en de heer Heiko Maas, de Duitse buitenlandminister.

Duitse niet-gouvernementele en kerkelijke organisaties hebben hun talrijke tegenargumenten tegen de deal reeds lang op tafel gelegd. Helaas ontbreken de vakbonden nog steeds in deze alliantie. Maar het verzet is nog maar pas begonnen!


  1. Gerhard Dilger leidt het bureau van de Rosa Luxemburg Stichting in Buenos Aires.