Ga naar de inhoud

De ECB moet ophouden een klimaatramp te subsidieren

Zeventig Europese ngo’s, sociale en milieuorganisaties doen vandaag een oproep aan de Europese Centrale Bank (ECB) om haar financiële steun aan vervuilende industrieën stop te zetten. Er is immers gebleken dat de ECB in het kader van haar ‘ Corporate Sector Purchasing Programme’ (CSPP) reeds miljarden euro goedkoop geld ter beschikking heeft gesteld van de sector van de fossiele brandstof.

3 min leestijd

(Bron: Ander Europa)

QE4People, Friends of the Earth Europe en  Corporate Europe Observatory hebben daarom een oproep gelanceerd die door 70 organisaties, waaronder Ander Europa, wordt  ondersteund.

U vindt hieronder de gemeenschappelijke verklaring.

De ECB moet ophouden een klimaatramp te subsidiëren

Het economisch beleid moet bijdragen tot de strijd tegen sociale onrechtvaardigheid en klimaatverandering, inplaats van vervuilers en speculanten te steunen.

Sinds juni 2016 heeft de Europese Centrale Bank (ECB) meer dan 60 miljard € in de economie van de eurozone gepompt door het opkopen van bedrijfsaandelen. Dit maakt deel uit van een programma van geldcreatie dat bekend is als ‘quantitative easing’, bedoeld als stimulans voor de economie van de eurozone. Maar onder de noemer ‘groei’ steunt dit programma bedrijven die aan de basis liggen van de klimaatcrisis.

Onder de uitverkoren bedrijven zijn er die behoren tot de meest vervuilende van de planeet. De ECB heeft niet in detail bekendgemaakt hoeveel ze per bedrijf besteedde. Maar het heeft er alle schijn van dat olie-en gasbedrijven zoals Shell, Total en Repsol heel belangrijke bedragen ontvingen, net zoals autoconstructeurs en snelwegbedrijven. Er werden bijvoorbeeld 11 keer obligaties van Shell gekocht. Anderzijds blijkt er uit de lijst van aangekochte obligaties heel weinig geïnvesteerd te worden in hernieuwbare energie, terwijl er een geval is waar een nationale centrale bank 68% van haar aankopen deed in de koolstofgebonden industrie.

Met andere woorden, slechts zes maanden nadat de Europese landen het Akkoord van Parijs hadden getekend begon goedkoop geld te stromen in de zakken van reuzenbedrijven die reeds een comfortabele toegang hadden tot de kapitaalmarkten, en van wie de activiteiten van nature destructief zijn voor het klimaat, en bijgevolg voor het leven en het levensonderhoud van mensen overal ter wereld.

Wat ook de redenen mogen geweest zijn waarom de ECB deze obligaties uitkoos, een dergelijk programma kan onmogelijk gerechtvaardigd worden in het licht van de klimatologische noodsituatie. Alle instellingen van de Europese Unie, en al haar lidstaten, hebben de verantwoordelijkheid om te vechten tegen de klimaatverandering. Miljarden investeren in bedrijven met een hoge koolstofproductie is duidelijk in tegenspraak met het tegenhouden van een desastreuze klimaatverandering.

Het is vrij duidelijk dat goedkoop geld voor grote bedrijven het enige is dat de ECB bereikt met haar koopprogramma van obligaties. Het levert alleen extra inkomen op voor een beperkt aantal rijke beleggers, terwijl kleine en middelgrote bedrijven die voor veel tewerkstelling zorgen opzij geschoven worden.

Een degelijk economisch beleid zou daarentegen kunnen leiden tot investeringen van sociaal en ecologisch nut waarin de traditionele banksector niet wil investeren.

Dat zijn voldoende redenen om van koers te veranderen.

Wij vragen vooreerst transparantie, als eerste stap. Het is onaanvaardbaar dat de ECB niet bereid is haar aankopen openbaar te maken. Het publiek heeft het recht te weten welke bedrijven ervan profiteren, en het bedrag te kennen dat aan elk bedrijf afzonderlijk besteed wordt.

We vragen in de tweede plaats een koersverandering. De financiering voor fossiele brandstoffen moet stopgezet worden. Er moet volledige overeenstemming zijn tussen de strategie bij het opkopen van obligaties en de sociale en ecologische doelstellingen van de EU, waaronder de klimaatdoelstellingen van Parijs.

Wij vragen ten derde dat de beleidsmakers in Europa een alternatief zouden uitwerken. Wat we willen is een aanpak onder democratische controle, gericht op investeringen die jobs creëren en ons op weg helpen om de klimaatcrisis te bestrijden.