Ga naar de inhoud

”De opgelaaide opstand in Griekenland”

Demonstratie ten gunste van de mishandelde vakbondsleidster K. Kouneva

Het vuur dat in Athene na de kerst leek te zijn gedoofd, is opnieuw
opgelaaid. De reden is het steeds openlijker optredende fascisme en de
rassenhaat die tegen de Griekse bevolking wordt uitgespeeld.

7 min leestijd
Placeholder image

Van de website De vrije.nl 

Vorige week begonnen de straatgevechten weer nadat fascisten van de organisatie Gouden Dageraad een handgranaat hadden proberen te gooien in het Sociale Centrum van de immigranten.

Daar waren juist enige honderden mensen bijeen om te vergaderen over dienstweigering in een land waar nog steeds de opkomstplicht heerst. Onmiddellijk na deze bom gingen er weer mensen de straat op en sedertdien hebben de acties zich alleen maar uitgebreid. Ditmaal richtten de molotovcocktails zich tegen de organen van extreem rechts, zoals het conservatieve dagblad Apogevmatini, dat terugkeer van het kolonelsregime propageert.

Op donderdag 5 maart kwam weer een massale protestmars op gang. Weer werd gevocnten met de relpolitie, weer gingen winkels in de fik. Het hoofdkwartier van Gouden Dageraad werd in brand gestoken en brandde tot de grond toe af. Intussen deed de politie alles om zich nog verder gehaat te maken. Een traditioneel gevecht tussen de openbare scholen en de bekakte privéschool “Athens college” dat jaarlijks na carnaval plaats vindt, werd door de politie onderbroken omdat er anarchistische leuzen op de muren werden gekalkt.

De politie stortte zich op een dertienjarige jongen en een twaalfjarig meisje en wierpen ze op de grond. Woedende leraren en ouders hebben deze kinderen weten te bevrijden en de politie moest zich terugtrekken.

Op maandag 2 maart blokkeerden de Afghaanse immigranten en solidaire wijkbewoners in de belangrijkste kustweg van Patras, en richtten daar vlammende barricades op. Dat was het antwoord op een racistische moordaanslag waarbij twee vrachtwagenchauffeurs een Afghaan probeerden te pletten. De politie schaarde zich achter de fascisten en gingen de Afghaanse demonstranten met traangas te lijf.

In de nacht van maandag 2 op dinsdag 3 maart nam de stadsguerillagroep “de bende met het geweten” wraak op de ISAP, waarvan de bedrijfspolitie de vakbondsleidster K.Kuneva met vitriool had overgoten en die ook verantwoordelijk was voor de dood van een graffitispuiter Bens, die ze naar hoogspanningshuisje hadden gedreven, waar hij werd geëlektrocuteerd.

Gemaskerde personen verlieten in Kifisia, een villawijk in Athene, de laatste metrotrein op het eindstation en staken hem met benzine in brand. Diverse andere wagens brandden uit.
Het station en twee andere stations werden onbruikbaar

Het eerste weekend van de lente is alweer heet geweest in Athene, met protestmarsen, straatgevechten, en bezettingen met een verscheidenheid aan sociale eisen geweest. Op vrijdag 6 maart blokkeerden demonstranten het metrostation Attika van ISAP geblokkeerd, een centrale doorgangsstation tussen de twee stedelijke spoorsystemen, uit solidariteit met de vakbondsleidster K. Kouneva, die door de bedrijfspolitie van ISAP met vitriool werd verminkt. Alle kaartjesmachines werden onklaar gemaakt, om gratis openbaar vervoer te bewerkstelligen. In tegenstelling tot wat de megafoons van ISAP propageren werd er geen schade toegebracht aan het station zelf.

Later op de zelfde middag, vond er onder hozende regenbuien in de straten van Aegalao een mars plaats om tegen de stelselmatig georganiseerde fascistische aanvallen op de Pakistaanse gemeenschap in de wijk te protesteren. Tegelijkertijd werd er door de Pakistaanse gemeenschap een demonstratie gehouden vóór de gerechtsgebouwen in de Atheense binnenstad tijdens het verhoor van twee fascistische aanvallers, die wegens geweldpleging en diefstal waren gearresteerd nadat zij het huis van de immigranten waren binnengevallen, hen hadden geslagen en hun meubilair hadden vernietigd. Dit is de gebruikelijke tactiek van terreur die door neonazi’s in Athene wordt toegepast. De Pakistaanse gemeenschap is een bijzonder doelwit van extreemrechts omdat zij een politieke coalitie met linkse groepen en partijen is aangegaan.

Op vrijdag zes maart, drie maanden na de moord op Alexandros Grigoropoulos door bewapende politie, verzamelden demonstranten zich op de plaats des onheils. De lokale oproerpolitie werd aangevallen met molotovcocktails en tot diep in de nacht vonden er straatgevechten plaats.

Op zaterdag 7 maart organiseerde het Feministische Centrum van Athene, een organisatie met diepe historische wortels en een lange geschiedenis van strijd, een protestmars in solidariteit met K. Kouneva, die nu een orgaantransplantatie moet ondergaan om haar leven te redden. De mars ging naar het parlementsgebouw en daarna naar het ziekenhuis Evangelismos waar Kouneva werd behandeld. Er werden leuzen geroepen „deze maatschappij stinkt van testosteron, agenten zijjn fascistische moordenaars“ en de „zelforganisatie van vrouwen zal het graf van de werkgevers zijn”.

Tezelfdertijd marcheerde in Perama, het door armoede getroffen havengebied van de hoofdstad, een demonstratie door de straten; men viel de havenpolitie aan met verfbommen en verbrijzelde de hoofdingang van het stadhuis uit protest voor de dood van acht arbeiders in juli, die waren omgekomen in het schip FRENDSHIPGAS, en tegen de gerechtelijke vrijspraak van de bedrijfeigenaars en directie door de Griekse hoven en de ten hemel schreiende veroordeling van één van de dode arbeiders als schuldig aan het arbeidsongeval.

Op zaterdag 7/3, bezette de plaatselijke volksvergadering van Exarcheia de grote parkeerplaats tussen de plaats van de moord op Alexandros Grigoropulos en het zwaar bewaakte hoofdkwartier van de PASOK (Socialistische Partij) met een voorstel om één van de laatste open ruimten van de stad te vorderen en te eisen dat die zou worden veranderd in een park en niet in het zoveelste blok kantoren.

De wijkbewoners hielden gedurende de hele dag een collectieve maaltijd, met wijn en dansen, hielden workshops en braken het asfalt stuk, om daar pijnboom en olijfbomen te planten. In de avond van Zaterdag werd een groot schilderij, bedoeld als geschenk aan de Griekse opstandelingen van de Zapatistas in Chiapas geplaatst op de muur van het gebouw tegenover de moordplaats, die al volgeplakt was met honderden brieven en met een marmeren plaquette door de familie van de jongen. De dag werd afgesloten met een groot concert.

Op zaterdag avond zeven maart hielden protestgroepen van de LGBT (De Griekse COC?) van Athene een demonstratie bij de ingang van de Nationale Opera, waar de première van Dvorzjaks Rusalka de vorige nacht door het Staatsorkest werd onderbroken, die homofobe pamfletten aan het publiek uitdeelde, waarin de Franse spelregisseur werd gebrandmerkt als propagandist van „homoseksuele perversies“. Het spel was bijna geannuleerd nadat er een tussen het publiek een gevecht was ontstaan tussen het homofhobe tuig dat achter dat farizeïsme stond en mensen die wilden dat het orkest ophoepelde. Toen de demonstranten met toestemming van de directeur het operagebouw probeerden binnen te gaan, werden zij tegengehouden door leden van het Staatsorkest, die hen niet toestonden om hun verklaring voor te lezen, hen met geweld aanvielen, hen vuistslagen toebrachten en de regenboogvlag vernietigden, die zij bij zich droegen.

Van het stadsguerillafront valt te melden dat op de ochtend van zaterdag 7 maart de kantoren van de Nationale Elekrticiteitsmaatschappij met brandbommen werden aangevallen; zeven bedrijfswagens brandden tot de grond toe af. Op zondag acht maart ’s morgens vernietigde een reeks aanvallen het winkelcomplex in Dafni, Zuid-Athene volledig, en werden het kantoor van OAED, het secretariaat-generaal van werkgelegenheid in de voorstad Kalithea, en het kantoor van de arbeidsinspectie in de voorstad Agioi Anargiroi, ernstig beschadigd.

Aan de andere kant heeft een organisatie van fascistische politieagenten zijn oprichting aangekondigd in de extreemrechtse pers. In zijn communiqué, schold de groep ASPIS (Patriotische Kracht van de Politie; een acroniem dat schild betekent) identiek aan de paramilitaire groep die de weg voor de junta van 1967 had voorbereid, de vakbondsleden van de politie uit voor hielenlikkers van links, en dreigt ze het anarchistische geweld en terroristische aanvallen met dezelfde middelen te beantwoorden.

De organisatie doet onder andere hulde aan de gendarmes die in december 1944 met succes het laatste royalistische bastion in Athene tegen het communistische bevrijdingsleger verdedigden, en zo een bruggenhoofd vormde voor de Britse invasie die daaruit voortkwam. Analisten menen dat het communiqué eerder een vorm van psychologische oorlogvoering door het Ministerie van Openbare Orde of van de geheime diensten is dan een echt document.

Enne: voor de toeristen:
De Akropolis (Parthenon) blijft gesloten wegens een staking van onbeperkte duur: de suppoosten hebben van hun werkgever, het Ministerie van Cultuur, nog vier maanden loon tegoed.
Bron: www.libcom.org