Ga naar de inhoud

Alternatieven voor de ineengestorte Doha Ronde

De Amerikaanse auteur Lendman beschrijft de aantasting van de economische macht van de VS in de Wereld Handels Organisatie. De grootmacht trekt daaruit geen consequenties en dreigt aan de eigen fouten ten onder te gaan.

10 min leestijd
Placeholder image

In zijn artikel “Alternatives to the collapsed WTO Doha Round talks” van 23 augustus beschrjft Stephen Lendman [1] de aantasting van de economische macht van de VS in de Wereld Handels Organisatie WTO en hoe de grootmacht weigert daaruit consequenties te trekken. De VS dreigt net als andere grootmachten in het verleden ten onder te gaan aan de eigen fouten.
Ingekort door Rob Bleijerveld.

Lendman ziet de opstelling van de VS als belangrijkste reden voor de opschorting van de Doha Ronde na 5 jaar van onderhandelingen. “Zoals vaker eiste de VS nu ook de grootste winst op, bood zelf zeer weinig en verwachtte de ontwikkelingslidstaten te kunnen dwingen om akkoord te gaan.”

Maar opkomende economische machten Brazilië en India en anderen weigerden hieraan toe te geven. Zelfs handelscommissaris Mandelson merkte op, dat de VS een “buitenproportionele” prijs van de ontwikkelingslanden vroeg en dat “surely the richest and strongest nation in the world, with the highest standards of living, can afford to give as well as take.” De VS beschouwt zichzelf als de de facto heerser van de wereld en eist daarom het recht op om de regels vast te stellen en verwacht dat alle anderen daaraan gehoorzamen. Maar het tij keert en een groeiend aantal landen heeft genoeg van wat Washington verstaat onder ‘vrijhandel’, een handel die in feite niet ‘eerlijk’ is.

In het WTO-onderhandelingsproces beloofde de VS veel, bijvoorbeeld op het voor ontwikkelingslanden belangrijke gebied van de landbouw. Mooie woorden werden gespendeerd aan de ‘geest van de Doha Ontwikkelingsronde’, maar toen het op daden aankwam, weigerden de Amerikanen hun landbouwbeleid – de Farm Bill – drastisch te wijzigen. Zelfs een WTO-vonnis over katoen-subsidies (na een Braziliaanse klacht) leidde niet tot relevante beleidswijzigingen. De onbetrouwbaarheid en onoprechtheid van de VS bleken ook uit de verwikkelingen rondom de kwestie van de ’tarief- en quotavrije markttoegang’ voor de Minst Ontwikkelde Landen (MOL’s). De VS wilden hen een regeling opdringen waarbij de rijke landen zelf mogen kiezen welke producten zij ‘gevoelig’ achten en willen uitsluiten (‘3%-pakket’). In feite betekent dit markttoegang voor de MOL’s voor producten die ze niet (op concurrerende wijze kunnen) produceren maar geen toegang voor goederen die ze wel concurrerend produceren.

Lendman wijst vervolgens op de bilaterale ‘vrijhandelsverdragen’ die de VS met andere staten afsloot of waarover de VS nu onderhandelt [2]. Het karakter daarvan (een-tegen-tegen onderhandelingen achter gesloten deuren) en de uitkomst (afspraken die soms verder gaan dan de WTO-bepalingen) geven aan dat de VS niet geleerd heeft van de WTO-mislukkingen uit het verleden: Seattle, Cancún en nu in Genéve. Met de nadruk op bilaterale akkoorden proberen de Amerikanen stapje voor stapje de eenheid in de ontwikkelingswereld te ondermijnen. Hoewel onzeker is of de Amerikanen zo hun nederlaag om zullen kunnen zetten in een gedeeltelijke overwinning, is wel duidelijk dat ze ondanks dat Doha aan het infuus ligt, danwel al dood is, niet af willen stappen van hun “free trade”-benadering.

Het Bolivariaanse Alternatief

Ondertussen wordt de Amerikaanse dominantie van de neoliberale eenrichtingsweg en de ‘race to the bottom’ betwist. Met name in Latijns-Amerika groeit de geest van weerstand die geïnspireerd wordt door een nieuw experiment, het Alternativa Bolivariana para las Americas (ALBA).

ALBA moet volgens Lendman een alternatief worden voor de ‘vrijhandelsakkoorden’ die gebaseerd zijn op de WTO-regels en maatregelen van IMF en Wereldbank, welke zorgen voor toenemende armoede en ellende. De VS en de Amerikaanse transnationale ondernemingen willen met deze ‘vrijhandelsakkoorden’ een supranationale “economische grondwet” vestigen die via bindende handelsregels de rijke landen bevoordelen en transnationals in staat stelt om de wereldmarkten te overheersen.

Het doel van ALBA daarentegen is te komen tot vergaande integratie van Latijns-Amerikaanse landen en tot de ontwikkeling van ‘de sociale staat’. Een staat die er voor zorgt dat de gewone mensen kunnen beschikken over voor hun levensonderhoud noodzakelijke producten en voorzieningen. De principes: aanvulling (niet concurrentie), solidariteit (niet overheersing), samenwerking (niet uitbuiting) en respect voor de souvereiniteit van elke deelnemende natie.
Belangrijk onderdeel van het ALBA-project van de Venezolaanse president Chavez (en het People’s Trade Agreement dat Cuba, Venezuela en Bolivia onderling afsloten) is de onderlinge uitwisseling van goederen en diensten buiten het internationale bank- en handelssysteem om. Zoals het ruilen van Venezolaanse olie en bouwmatarialen voor Cubaanse ondersteuning op gebied van gezondheidszorg en alfabetisering.

Het Mercosur Alternatief

Minder indrukwekkend en radikaal dan ALBA is de Zuidelijke Gemeenschappelijke Markt van Latijns-Amerika, de Mercosur.

Deze douane-unie – bestaande uit Brazilië, Argentinië, Uruguay, Paraguay en Venezuela en de ‘geassocieerde’ leden Bolivia, Chili, Colombia, Ecuador en Peru (en tijdelijk waarnemer Mexico) – was ooit bedoeld als aanvulling op het handelsmodel van de WTO. De heersende klasse uit de Latijns-Amerikaanse landen dacht met een regionaal handelsblok sterker te kunnen staan in de onderhandelingen met de VS.
Hoewel Mercosur niet in staat bleek om de VS zover te krijgen zijn onderhandelingspositie te verzachten, bewees het blok wel dat ontwikkelingslanden die samen ergens pal voor staan, in staat zijn de onderhandelingen met de VS tot stilstand te brengen. Mercosur liet zien dat ze niet akkoord wenst te gaan met de eenzijdige Amerikaanse deals die henzelf schade toebrengen.

Met het Venezolaanse lidmaatschap op 21 juli jl. is Mercosur ’s werelds derde grootste economische blok geworden [3]. Volgens de Venezolaanse president Chavez gaat Mercosur nu een nieuwe fase in. De Latijns-Amerikaanse eenheid is versterkt en het blok zal beter dan voorheen kunnen onderhandelen met de VS, EU en Japan. De Braziliaanse president Lula da Silva voegde daaraan toe dat niemand meer praat over het door de Amerikanen gepushte Free Trade Agreement of the Americas, het FTAA.

Sociale Top voor Souvereiniteit en Integratie

Of met name de Braziliaanse en Argentijnse regeringen ook de wens van Chavez zullen onderschrijven dat Mercosur nu “sociale kwesties voorrang zal geven” boven de belangen van “de ondernemersmodellen van de oude elite” is de vraag. De Mercosur-leiders konden tijdens hun recente topontmoeting echter wel kennis nemen van de straatmarsen en manifestaties van activisten van allerlei plumage. Voor het eerst hielden de Latijns-Amerikaanse sociale bewegingen hun Peoples’ Summit for Sovereignty and Integration gelijktijdig met een Mercosur-top [4]. Op hun agenda stonden zaken als anti-armoede maatregelen, rechten en eisen van inheemse volkeren, rechten van vrouwen, de bescherming van natuurlijke hulpbronnen, investeringen in onderwijs, en handelsliberalisering.

De deelnemende organisaties sloten hun top af met een verklaring getiteld “Zuid-Amerika gaat een nieuw tijdperk in,” waarin ze aangeven te zullen strijden voor een alternatief voor de falende neoliberale ‘vrijhandels’plannen. Hun motto: “Tegen vrijhandelsovereenkomsten – vóór integratie van de volkeren. Tegen buitenlandse schulden en bemoeienis door internationale financiële instellingen – vóór economische onafhankelijkheid. Tegen militarisering – vóór zelfbepaling. Tegen honger en armoede – vóór betere verdeling van rijkdom.”

Rusland

Net zoals de macht van Mercosur meer politiek dan economisch is, is dat ook het geval bij andere opkomende machten, zoals Rusland, China en India.

Volgens Lendman zijn de verhoudingen tussen Rusland en de VS al enige tijd gespannen, omdat Rusland weigert zijn economie geheel te laten domineren door Amerikaanse bedrijven. Zo gaat het in tegen de eisen van de VS met betrekking tot het WTO-toetredingsproces, waarop Bush het proces stopzette. Putin’s reactie was om Chevron en Conoco-Phillips te beletten gas- en olievelden in de Barends Zee te ontwikkelen. Tevens werd een deal met Chavez gesloten: wapens en militaire uitrusting in ruil voor deelname aan de bouw van een pijpleiding in Venezuela [5].

Daarbij trad Rusland in 2001 toe tot de Shanghai Cooperation Organization (SCO) – een belangrijke energie-alliantie met China, Kazachstan, Kyrgystan, Tajikistan and Uzbekistan, waaraan ook Iran binnenkort zal gaan deelnemen. Het SCO lijkt bedoeld om te voorkomen dat de VS de olie- en gasrijke Euraziatische-Kaspische regio zal overheersen. Nadat de pro-Amerikaanse president Yushchenko van Ukraine gedwongen werd af te treden, is de kans groot dat ook dat land zal toetreden tot de SCO, waarmee de invloed van de VS op Rusland nog meer afneemt.

Euro’s voor dollars

Meer tegenslag voor de VS dreigt door de (uitgesproken of veronderstelde) intenties van Rusland, China en Iran om een deel van hun dollarreserves om te zetten in andere valuta, waaronder de euro. Verder is Rusland van plan om zijn munt uitwisselbaar te maken met andere belangrijke valuta (net zoals China dat eerder deed). Iran is voornemens om een oliebeurs te openen en om een deel van zijn olie te verkopen in euro’s. China opende op 18 augustus al een oliebeurs, de Shanghai Petroleum Exchange, en kondigde aan binnenkort ook oliederivaten en chemische producten te gaan verhandelen. Lendman zegt te verwachten dat de yuan en later mogelijk de euro de handelseenheid zal zijn.

Deze ontwikkelingen bij elkaar vormen een ernstige bedreiging voor de Amerikaanse dominantie in de verschillende regio’s en ondermijnen de positie van de VS als economische wereldmacht. De VS zal dit niet met lede ogen aanzien en waarschijnlijk op vele fronten aktie ondernemen. Maar bovenstaande alianties van ontwikkelingslanden tonen, aldus Lendman, aan dat de negatieve gevolgen van de Amerikaanse dominantie door samenwerking kan worden tegengegaan. Daarbij kunnen deze naties bogen op de kracht van de aantallen en zijn ze wellicht in staat andere landen aan te trekken waardoor de balans nog verder kan doorslaan.

Verzet je (samen) en je zult succes hebben

De les die hieruit geleerd kan worden, is volgens Lendman dat een voldoende aantal naties eerst moeten ervaren hoe sterk ze zijn door vanuit gemeenschappelijk eigenbelang samen te werken en door te proberen overeind te blijven. De ontwikkelingslanden kunnen “schoolbully” VS van zich afschudden zodra voldoende van hen weigeren nog verder geduwd en geslagen te worden en bereid zijn terug te vechten.

De geschiedenis is op hun hand daar het er op lijkt dat de VS dezelfde fout maakt die andere dominante heersers in het verleden maakten, namelijk te vér grijpen en dan vallen. Yale-wetenschapper Immanuel Wallerstein [6] schreef: (the US) “has been a fading global power since the 1970s, and the US response to the (9/11) terrorist attacks has accelerated this decline……the economic, political and military factors that contributed to US hegemony are the same factors that will inexorably produce the coming US decline.” En professor Chalmers Johnson [7] voorspelt het uiteenvallen van het Amerikaanse ‘empire’ indien de huidige trend doorzet. Hij schetste een verontrustend scenario met een “staat van voortdurende oorlog”, het “verloren gaan van democratie” en het faillisement van de VS die zijn “grootse militaire projecten” niet meer kan bekostigen.

Zoals boven aangegeven zijn er al beloftevolle aanzetten van samenwerking gedaan om op te komen voor de eigen rechten, aanzetten die anderen kunnen inspireren mee te doen. Ook de recente gebeurtenissen in Mexico, waar duizenden mensen al geruime tijd de straten van Mexico City bezetten en miljoenen demonstreerden om presidentskandidaat Obrador te steunen, kunnen een nieuwe stimulans zijn om te strijden voor sociale gelijkheid en rechtvaardigheid in Mexico, de Latijn-Amerikaanse regio of daarbuiten.

Noten:
[1] bron: “Alternatives To the Collapsed WTO Doha Round Talks,” Stephen Lendman, 23 augustus, Znet. Email: lendmanstephen AT sbcglobal.net; weblog: sjlendman.blogspot.com Vertaald en ingekort door Rob Bleijerveld.
[2] Het gaat om 23 landen. Minder bekend zijn echter de even schadelijke verdragen onder andere naam. Zoals het US-India Knowledge Initiative dat transnationale ondernemingen vije toegang geeft tot de Indiase landbouwmarkt (Monsanto – GMO-producten; Cargill en Archer Daniels Midland – te dure tarwe) en de grootwinkelmarkt (Walmart).
[3] De politieke en economische macht van het blok kan nog groeien: Chavez stelde voor om Bolivia en Cuba tot lid te maken. Met Cuba is inmiddels een Economisch Complementatie Akkoord afgesloten over tarieven en handel. Een eventueel presidentschap voor Obrador maakt toetreding van Mexico waarschijnlijk.
[4] 20 en 21 juli in Cordoba, Argentinië.
[5] Eind augustus ging Chavez naar China om energie- en investeringsakkoorden af te sluiten en politieke steun te verwerven.
[6] In diens boek “The Decline of American Power” uit 2003.
[7} In diens boek “Sorrows of Empire”” uit 2004.

(Dit artikel was oorspronkelijk op GlobalInfo gepubliceerd door zie bericht.)