Ga naar de inhoud

Een Nederlandse brievenbus die Bolivia een fortuin zou kunnen kosten

Door
Bilaterale Investeringsverdragen ontstaat een nieuwe hiërarchie, waardoor
commerciële belangen belangrijker worden dan de bescherming van het publieke
belang, en de grenzen tussen publieke en privé belangen ernstig en misschien
wel definitief vervagen. (1)

10 min leestijd
Placeholder image

 
(Geschreven door Corporate
Europe Observatory, februari 2008.
Engelstalige
origineel, vertaling:
Globalinfo/Tijn van Beurden)

Nederland
is al lang een goede plaats om ‘zaken te doen’ en steeds meer ondernemingen
ontdekken, dat er alleen maar een brievenbus nodig is om die ‘zaken te doen’.
Wat zijn die voordelen dan van een brievenbus in Nederland? Het antwoord is
simpel: ondernemingen worden zo geholpen om belastingbetaling elders te
vermijden (2) en ze kunnen zo profiteren van de voordelen van de
ondernemingsvriendelijke bilaterale investeringsverdragen (BITs) die Nederland
heeft met andere landen.

In
Nederland zijn ongeveer 20.000 van die brievenbusondernemingen gevestigd en dat
aantal stijgt gemiddeld met vijf per dag.(3). Een van de ondernemingen die
profiteert van die ondernemingsvriendelijke omgeving is Euro Telecom Italia
N.V. (ETI), een volle dochtermaatschappij van Telecom Italia spa. ETI heeft
geen noemenswaardige commerciële belangen en ook nauwelijks personeel (4) in
Nederland, maar wil toch het bilaterale investeringsverdrag (BIT) dat Nederland
met Bolivia in 1995 heeft getekend, gebruiken om een zaak tegen Bolivia voor te
leggen aan het arbitrage tribunaal ( ICSID, International Center for the
Settlement of Investment Disputes) van de Wereldbank. Het bilaterale verdrag
tussen Nederland en Bolivia bevat enkele ongehoord strenge bepalingen die vrij
ongebruikelijk zijn: de term ‘investering’ heeft een vrij ruime betekenis en
het verdrag is ook van toepassing op investeringen van vr de inwerkingtreding
van het verdrag. (5)

ETI
heeft arbitrage gevraagd, omdat de regering van Evo Morales stelde, dat ETI die
een meerderheidsaandeel van de grootse telecommunicatieonderneming van Bolivia,
ENTEL bezit, een slechte dienstverlening gaf. Ook werd niet genoeg geïnvesteerd
in z’n telecommunicatie-infrastructuur, terwijl tegelijkertijd wel miljoenen
dollars winst het land uit werden geëxporteerd.(6) De Boliviaanse regering
heeft een commissie benoemd om de dienstverlening van ETI te onderzoeken, en
heeft om de betaling van achterstallige belastingen gevraagd. Ook is geprobeerd
te onderhandelen met ETI over het terugkopen van de voormalige publieke telecommunicatieonderneming,
ETI zou daarvoor worden gecompenseerd.(7). ETI reageerde furieus en claimde dat
door een onderzoek naar zijn dienstverlening en de poging om te onderhandelen
over renationalisatie van ENTEL, Bolivia de investeringen van ETI en zijn
winstpotentieel had ‘vernietigd’. Zo zou het voor Bolivia goedkoper worden om
ENTEL te renationaliseren.(8). Een nogal paradoxale verklaring gegeven het feit
dat ENTEL winstgevend blijft opereren en ook doorgaat met reclame te maken voor
nieuwe producten en diensten in Bolivia.(9) In plaats van te onderhandelen met
Bolivia, koos ETI een veiliger weg, door een verzoek tot arbitrage in te dienen
bij het ICSID van de wereldbank.

ICSID
staat inderdaad bekend als ondernemingsvriendelijk, in 36 procent van de
voorgelegde gevallen, werden aan ondernemingen compensatie toegekend (dikwijls
inclusief een bedrag voor ‘gederfde toekomstige winst’). In 34 procent van de
gevallen werden financiële schikkingen buiten de rechtbank om getroffen.(10)
Voor landen is het niet mogelijk om klachten tegen ondernemingen aan het ICSID
voor te leggen, hoe slecht een onderneming zich ook binnen zijn grenzen heeft
gedragen. Blijkbaar zijn winsten belangrijker dan de rechten van mensen die
zelf willen bepalen hoe hun maatschappij zou moeten worden georganiseerd. Zoals
Yves L. Fortier, ironisch genoeg een raadsvoorzitter van de ICSID, het bondig
formuleert: ‘Commerciële arbitrage dient maar een doel, dat is de
commercie'(11). Het ICSID vervangt nationale soevereiniteit door een ondernemingsvriendelijke
supranationaal rechtssysteem dat geen verantwoording hoeft af te leggen aan een
hogere rechtbank. De invloed van het ICSID is feitelijk nog veel groter, alleen
al de dreiging met arbitrage is genoeg om een nationaal hervormingsprogramma te
ontmoedigen.(12)

 

Image

Ondertekening ICSID-verdrag in 1966

De
regering van Evo Morales, die zich bewust was van de onrechtvaardigheid van het
ICSID, gaf op 2 mei te kennen de overeenkomst met het ICSID op te zeggen(13).
Bolivia was daarmee het eerste land dat zoiets ooit deed. Het ICSID verdrag
bepaalt echter dat een opzegtermijn van 6 maanden van toepassing is. ETI
deponeerde zijn klacht op 12 oktober en het ICSID antwoordde op 29 oktober, net
een paar dagen voor de opzegtermijn zou verlopen, dat het de zaak wilde
behandelen. Bolivia ging toen zonder succes in beroep. Gelet op andere
artikelen in het ICSID verdrag is het onduidelijk of een opzegtermijn wel van
toepassing is. De besluitvormingsprocessen van het ICSID zijn vrij langdurig,
en een beslissing zal waarschijnlijk pas tussen juli 2009 en maart 2010 vallen,
en dat is dan alleen maar over de jurisdictie.(14) Maar als Bolivia weigert om
het ICSID te erkennen, zoals het nu doet, dan kan het bij verstek worden
veroordeeld en dan zou de zaak snel kunnen worden afgewikkeld.(15)

Door
863 groeperingen uit 59 landen werd een petitie naar Wereldbank-president
Robert Zoellick gestuurd naar aanleiding van de actie van ETI. Verder dienden
15 Nederlandse organisaties een verzoek in bij de Nederlandse regering. Daarin
verzochten de NGO’s de Nederlandse regering om Bolivia te steunen en een
onderzoek in te stellen naar het misbuik door ondernemingen van het verdrag dat
Nederland heeft met Bolivia. Het ministerie van economische zaken reageerde
voorspelbaar en wilde zich niet in de zaak mengen, door te stellen dat ‘dit een
geschil is tussen een Nederlandse investeerder en de Boliviaanse regering. De
Nederlandse staat is hierin geen partij en heeft geen mening over de inhoud van
de zaak en de juridische basis waarop de onderneming zijn claim heeft ingediend.’
(16) Wat het ministerie niet in zijn antwoord vermeldde, is dat Nederland
aanzienlijke inkomsten ontvangt in de vorm van belastingen op
kapitaalstransacties die via die brievenbusondernemingen lopen en soortgelijke
financiële instituten. In 2006 liepen de bruto transacties van die
ondernemingen en instellingen op tot EUR 4,6 triljoen, dat is meer dan negen
keer het Nederlandse BBP.(17) Er is ook een grote groep belastingconsulenten en
adviseurs die hun diensten aan die financiële instituten aanbieden, naar
schatting 2500 mensen vinden zo werk in die sector. De Nederlandse regering
ontvangt ongeveer EUR 1,2 miljard aan belastingen elk jaar. Robert Zoellick
reageerde niet eens op de bezorgdheid van de NGO-gemeenschap, en bevestigde zo
de ondemocratische aard van de ICSID en de Wereldbank. De Italiaanse telecom
gigant kan er intussen op vertrouwen dat het tribunaal in zijn voordeel zal
beslissen. Robert Sills, raadsman voor ETI verklaarde: ‘ETI vertrouwt erop dat
het tribunaal zich bevoegd zal verklaren en de zaak verder zal behandelen’ (18)
Gelet op de uitspraken ten gunste van ondernemingen in het verleden, is dat
vertrouwen gerechtvaardigd.

CEO
sprak met Rocio Rocabado een inwoner van La Paz, de hoofdstad van Bolivia. Ze
vertelde CEO, nauwelijks hoorbaar door de krakende telefoonverbinding, dat ze
heel blij was met wat Evo Morales had gedaan. ‘Hij wint natuurlijke en
strategische voorzieningen, zoals gas, water, elektriciteit en telecommunicatie
terug. Verder probeert hij algemene gezondheidszorg en scholing voor iedereen
in te voeren en ik ben blij met zijn pogingen om ENTEL terug te krijgen.’ CEO
vroeg wat er gebeurde toen ENTEL werd overgenomen door ETI in 1995: ‘De prijzen
gingen onmiddellijk omhoog, ENTEL kwam zijn verplichtingen om in landelijke gebieden
te investeren niet na en probeerde ook belastingbetaling te vermijden. Zelfs nu
hebben mensen in landelijke gebieden geen telefoon, mogelijk is dat niet
winstgevend?’ vroeg ze zich af.

De
Europese Unie is nu op een vrij agressieve manier bezig met een nieuwe
generatie vrijhandelsovereenkomsten in het kader van het ‘Global Europe’
project. Een onderdeel daarvan is een vrijhandelsovereenkomst (FTA) met de
Andes Gemeenschap, waar Bolivia deel van uitmaakt. De EU claimt dat deze
vrijhandelsovereenkomst, die verdere opening van de markten en andere
voorrechten voor de Europese dienstensector met zich mee zal brengen, meer
welvaart en banen zal brengen. In het licht van de Boliviaanse ervaringen met
Telecom Italia en Bechtel, lijken dat vrij loze beloftes.

==========================

Enkele
gegevens.(19)

Aantal
Bilaterale Investeringsverdragen in 1989: 385 Aantal Bilaterale
Investeringsverdragen in 2006: meer dan 2500

Aantal
bekende rechtszaken uit investeringslanden per 2006: 255 (20) Aandeel van rechtszaken
aangespannen sinds 2002: meer dan 2/3 van alle gevallen.

Aantal
gevallen die in behandeling zijn bij de ICSID: 109 Aantal gevallen waar het
inkomen van de investeerder het BNP van het land overtreft: 7 (21)

Percentage
van aantal afgehandelde en in behandeling zijnde gevallen: ‘ontwikkelingslanden
met een midden inkomen’: 74% ‘ontwikkelingslanden met een laag inkomen’: 19% G8
landen: 1,4%

Percentage
van zaken met betrekking tot: diensten (water, elektriciteit, telecommunicatie
en afvalverwerking): 42% olie, gas en mijnbouw: 29%

====================

Bechtel
versus Bolivia ( 22)
Image

De
Amerikaanse (uit de VS) multinational Bechtel werd in 2000 gedwongen Bolivia te
verlaten, nadat zijn dochtermaatschappij Aguas del Tunari de waterprijzen met
meer dan 50% had verhoogd. Daardoor ontstonden drie algemene stakingen en
woedende straatprotesten in Cochabamba, de derde stad van Bolivia. De
Boliviaanse regering probeerde het contract met Bechtel te beschermen, riep de
noodtoestand uit en arresteerde de protest-leiders in het holst van de nacht in
hun woonhuizen.

De
onderneming ging naar het ICSID en claimde $ 25 miljoen aan schade en $ 25
miljoen aan gederfde winst. Daarbij werd gebruik gemaakt van de bilaterale
investeringsovereenkomst die Bolivia had met Nederland. Het geschil werd echter
uiteindelijk met een symbolisch bedrag geschikt in 2006.

Oscar
Olivera, een van de protestleiders verklaarde, ‘Multinationale ondernemingen
willen alles in een markt veranderen. Voor inheemse bewoners is water geen
handelswaar. Voor Bolivia betekent de terugtrekking van Bechtel de erkenning
van de rechten van de bevolking.’

===============

Noten:

1.
Leubuscher,S., The Privatisation of Justice: International Arbitration and the
Redefinition of the State, June 2003.

2. van
Dijk, M., Weyzig, F., Murphy, R.,The Netherlands: A Tax haven?, SOMO, 2006,
p.3.

3. van
Dijk, M., Weyzig, F., Murphy, R., The Global Problem of Tax Havens: The Case of
the Netherlands
(SOMO Tax Briefing Paper), SOMO, January 2007, p.2.

4.
Gebaseerd op door Euro Telecom Italia gedeponeerde gegevens in het Nederlandse
Handelsregister bij de Kamer van Koophandel en een interview met een medewerker
van Telecom Italia op het adres van Euro Telecom Italia, tegen CEO verklaarde
ze "We hebben hier geen medewerkers nodig om hier een onderneming te
hebben".

5.
Kavaljit, S, Why Investments Matters: The Political Economy of International
Investments
, FERN, Cornerhouse, CRBM, and Madhyam Books, 2007, p.94.

6.
CADTM, CIADI/Telecom Italia: ¡hands off Bolivia, 7 December 2007, p.1.

7.
CADTM, CIADI/Telecom Italia: ¡hands off Bolivia, 7 December 2007, p.1.

8.
CADTM, CIADI/Telecom Italia: ¡hands off Bolivia, 7 December 2007, p.1.

9.
Interview met een woordvoerder van de Boliviaanse regering op 5 februari 2008.

10.
CADTM, CIADI/Telecom Italia: ¡hands off Bolivia, 7 December 2007, p.1.

11.
Fortier, Y., "New Trends in Governing Law: The New, New Lex Mercatoria,
or, Back to the Future", ICSID Review, 2001, p.10-19.

12.
Anderson,S., Grusky, S., Challenging Corporate Investor Rule: How the World
Bank’s Investment Court, Free Trade Agreements, and Bilateral Investment
Treaties have Unleashed a New Era of Corporate Power and What to Do About It,
Food & Water Watch, Institute for Policy Studies, April 2007, p11: "Canada
even repealed an environmental health regulation in the face of one threatened
lawsuit by a U.S. corporation."

13.
Ziegler, C., From the presentation: How We Got to Where We Are — the World
Bank’s First 50 Years.

14.
Interview met Luke Peterson van het International Institute of Sustainable
Development 6 februari 2008.

15.
Interview met een woordvoerder van de Boliviaanse regering op 6 februari 2008.

16.
Antwoord van de Nederlandse minister van economische zaken op een vraag in het
parlement van de Nederlandse Socialistische Partij.

17.
Interview met Michiel van Dijk of SOMO.nl, auteur van, The Netherlands: A Tax
Haven?, SOMO, November 2006

18.
Investment Treaty News , International Institute for Sustainable Development,
January 17, 2008.

19.
Anderson, S., Grusky, S., Challenging Corporate Investor Rule : How the World
Bank’s Investment Court, Free Trade Agreements, and Bilateral Investment
Treaties have Unleashed a New Era of Corporate Power and What to Do About It,
Food & Water Watch, Institute for Policy Studies, April 2007, p.ix.

20. Er
zijn veel onbekende gevallen , omdat behandelde zaken door enkele arbitrage
instellingen geheim worden gehouden.

21. In
2005 waren bijvoorbeeld de inkomsten van Royal Dutch Shell 62 keer het BBP van
Nicaragua.

22.
Environmental News Service, BOLIVIA: Bechtel Drops $50 Million Claim to Settle
Bolivian Water Dispute
, January 19, 2006