Ga naar de inhoud

Crisis Turkse Lira en gevolgen voor Italië

De Turkse lira-crisis hernieuwt de angst voor een instorting van het Italiaanse banksysteem.

5 min leestijd

(Door Allison Smith, 5 september 2018 (vertaling H. van Maasakker). Vertaling van oorspronkelijk op wsws.org verschenen artikel foto Veronica Aguilar cc/flickr en donaties voor globalinfo.nl zijn welkom)

Halverwege augustus verloor de Turkse lira bijna 40 procent van zijn waarde nadat de Amerikaanse president Donald Trump een verdubbeling van de staal- en aluminiumtarieven tegen Turkije aankondigde en Turkije antwoordde met tarieven tegen Amerikaanse invoer in Turkije.

De devaluatie van de Turkse lira bedreigt een instorting van de Turkse economie door een hyperinflatie en heeft de angst voor de voortdurende economische en financiële crisis in Italië hernieuwd. De grootste banken van Italië zijn zwaar blootgesteld aan de Turkse economie via bijna 20 miljard euro aan leningen, in euro en Turkse lira, waarvan de terugbetaling in gebreke dreigt te raken. Mocht de terugbetaling van de lening in gebreke blijven, dan zou dit kunnen leiden tot een volwaardige Italiaanse kredietcrisis en mogelijk tot een ineenstorting van de eurozone, die meer dan € 135 miljard aan Turkse schulden in portefeuille houdt.

Door de vrees voor een Italiaanse ineenstorting, verloor de Unicredit Bank van Italië 5,2 procent van zijn aandelenprijs.

De lira-crisis komt slechts enkele weken nadat de brug over de autosnelweg van Genua instortte, een gebeurtenis die de kwetsbaarheid van de Italiaanse infrastructuur, die decennia lang ondergefinancierd was en systematisch is geplunderd, verder heeft blootgelegd.

Maar volgens de economische analisten is de echte kwestie in Italië niet de daling van de waarde van de Turkse lira. De stijgende kosten van leningen om de Italiaanse overheidsschuld te dekken, zorgen voor een stijging van de Italiaanse rente in combinatie met een daling van de economische groei van 1,8 procent van het bbp naar 1,2 procent van het bbp in het tweede kwartaal van 2018. De schuldquote van Italië is meer dan 131 procent, wat betekent dat het nauwelijks in staat is om de rente te betalen, laat staan de hoofdsom te betalen.

Zwakke economische groei leidt tot lagere belastinginkomsten op hetzelfde moment dat er een toename is in de vraag naar sociale uitgaven. De crediteuren van Italië eisen dat de overheid het banksysteem in stand houdt door diepere bezuinigingen op sociale uitgaven en voortgezette pensioenhervorming.

Naarmate de nieuwe coalitieregering van Italië van La Lega (de Liga) en Movimento 5 Stelle (M5S) de volgende begroting samenstellen, wordt die nauwlettend in de gaten gehouden door de Europese autoriteiten en, nog belangrijker, de (financiële) markten, die niet toestaan dat de binnenlandse uitgaven toenemen.

De aanvallen die al sinds de wereldwijde economische crash in 2008 op gepensioneerden en werknemers hebben plaatsgevonden, hebben geleid tot een massale economische polarisatie en toegenomen sociale spanningen. De grote toename van de pensioengerechtigde leeftijd zorgde ervoor dat miljoenen ouderen in armoede leefden.
Hoewel de liberalisering van de arbeidsmarkt de werkloosheidscijfers enkele jaren geleden enigszins heeft verlaagd, zijn nu twee van de drie nieuw gecreëerde banen tijdelijk en onzeker met kortlopende contracten of laagbetaalde posities.

Volgens het meest recente rapport van het Italiaans Nationaal Instituut voor de Statistiek (Istat) loopt 30 procent van de mensen in Italië – meer dan 18 miljoen – het risico van armoede of sociale uitsluiting.

De officiële werkloosheid bedraagt 10 procent, de jeugdwerkloosheid meer dan 40 procent, de derde hoogste in Europa. In werkelijkheid is de werkloosheid veel hoger dan de officiële statistieken, aangezien meer dan 30 procent van alle Italianen in de werkende leeftijd niet wordt meegeteld omdat ze als “inactief” worden beschouwd, omdat ze niet kunnen bewijzen dat ze actief naar werk zoeken en /of dat hebben aangevraagd toen de statistieken werden samengesteld. Dit betekent dat voor de jeugd een veel hoger percentage zonder werk of opleiding is.
Het meest recente rapport van de liefdadigheidsinstelling Caritas documenteert dat voor het eerst de groep die het zwaarst door armoede is getroffen tussen de 18 en 34 jaar oud is. Volgens de katholieke liefdadigheidsorganisatie leeft één op de tien Italianen in de leeftijdsklasse 18-34 in extreme armoede en heeft de groep een sterke stijging gezien in het aantal jongeren dat vertrouwd is met (nood)centra voor voedsel, onderdak en kleding.

Een gelijk aantal mannen en vrouwen zocht hulp bij de liefdadigheidsinstelling en 60,8 procent van degenen die dat deden was werkloos. De liefdadigheidsorganisatie merkte ook een stijging van de verzoeken om hulp van mensen met een baan.

Historisch gezien is armoede vooral geconcentreerd in het Zuiden van Italië. In de afgelopen jaren heeft Caritas echter ook een duidelijke toename vastgesteld van het aantal verzoeken om hulp uit het centrum en noorden van het land.

Deze statistieken verbergen een ontwikkeling met explosieve sociale gevolgen. Terwijl de Italiaanse economie voor een mogelijke ineenstorting staat en de jeugdwerkeloosheid blijft stijgen, keren steeds meer jongeren de traditionele politiek de rug toe.

In een recent Europees onderzoek naar jongeren, waarin wordt gevraagd: “Zou u actief deelnemen aan een grootschalige opstand tegen de generatie die aan de macht is, als dit de komende dagen of maanden zou gebeuren?” antwoordde meer dan de helft, 53 procent, “ja”.”

Met sociale woede als klap op de vuurpijl richten Italiaanse politici hun aandacht op agitatie tegen vluchtelingen en immigranten, om de arbeidersklasse te verdelen in een poging om de woede van de uitgebuite en onderdrukte massa richting de meest kwetsbare delen van de bevolking te richten.

————-

Aanvulling globalinfo:

Zie ook:  Could Turkey Trigger the Next Global Financial Crisis? op alternet